3. Handige functies
• Voordat u deze instellingen verandert, dient u te controleren of het papierformaat en -type
compatibel zijn met de papierlade waarin u het papier wilt plaatsen. De compatibiliteit van de
lade is afhankelijk van het papierformaat en -type.
Afbeeldingspositie van beide zijden van het papier aanpassen
Pas hiermee de afbeeldingspositie aan, zodat het aan beide zijden van het papier hetzelfde is.
Druk ten eerste een sjabloon af en meet de lengte van de opgegeven ruimte. Voer vervolgens de lengte
op het apparaat in om de positie van de afbeelding aan te passen.
Geef het formaat op van elk vel papier dat u gebruikt. Opgegeven instellingen worden opgeslagen als
aangepaste papierinstellingen, zodat u de volgende keer gebruik kunt maken van de opgeslagen
instellingen.
U heeft beheerdersrechten nodig om de afbeeldingspositie aan te passen.
Voorbereiding
Voer de volgende stappen uit voordat u de afbeeldingsposities aanpast:
• Schuintecorrectie met de kleurcontroller
Voer allereerst de schuintecorrectie met de kleurencontroller uit. Voor meer informatie, zie de
handleidingen van de kleurcontroller.
• Een sjabloon afdrukken
Druk na de schuintecorrectie een sjabloon af van de meegeleverde cd-rom. Selecteer een sjabloon
met een formaat dat overeenkomt met het papier dat een afbeelding bevat waarvan u de positie
op het apparaat wilt aanpassen.
• Meet het sjabloon op
Als u het sjabloon afdrukt, worden er in de hoeken pijlen afgedrukt.
Meet de lengte vanaf de hoeken van het papier tot de punt van de pijl en van de punt naar de
punten van de pijlen. Noteer de lengte vervolgens in het veld op het sjabloon. Doe dit voor beide
zijden van het papier.
58