Probleem
Er treden geregeld
papierstoringen op.
Er treden geregeld
papierstoringen op.
Er treden geregeld
papierstoringen op.
Vellen worden tegelijk
ingevoerd, met
papierstoringen als gevolg.
Het papier raakt
verkreukeld.
Het papier raakt
verkreukeld.
Oorzaak
Het papier is verkreukeld,
gevouwen of gekreukeld.
Er wordt bedrukt papier
gebruikt.
Vellen kleven aan elkaar.
Vellen kleven aan elkaar.
Het papier is vochtig.
Het papier is te dun.
Problemen oplossen als u de printerfunctie gebruikt
Oplossing
• Gebruik papier dat geschikt is
voor dit apparaat. Voor meer
informatie over aanbevolen
papier, zie Pag. 175
"Aanbevolen papierformaten en -
typen".
• Gebruik papier dat is opgeslagen
onder de aanbevolen
temperatuur en luchtvochtigheid.
Voor meer informatie over het
correct opslaan van papier, zie
Pag. 212 "Papieropslag".
Plaats geen vellen die reeds
gekopieerd of bedrukt zijn.
Waaier de vellen grondig voordat u ze
plaatst. Helpt dit niet, kijk dan of het
lukt wanneer u de vellen één voor één
invoert.
Waaier de vellen grondig voordat u ze
plaatst. Helpt dit niet, kijk dan of het
lukt wanneer u de vellen één voor één
invoert.
Gebruik papier dat is opgeslagen
onder de aanbevolen temperatuur en
luchtvochtigheid. Voor meer informatie
over de aanbevolen omstandigheden
voor papieropslag, zie Pag. 212
"Papieropslag".
Gebruik papier dat geschikt is voor dit
apparaat. Voor meer informatie over
aanbevolen papier, zie Pag. 175
"Aanbevolen papierformaten en -
typen".
381