Advertenties
beschikbaar. U kunt in sommige toepassingen opgeven of deze toets moet worden ingeschakeld of niet. Voor
meer informatie over de instellingen, zie Apparaatbeheer.
15. Systeembericht
Hiermee worden berichten van het systeem en de toepassingen van het apparaat weergeven.
16. Pictogramweergavegebied
Geeft de functie of pictogrammen en widgets van toepassingen weer. Weergegeven pictogrammen kunnen
verschillen tussen de vijf startschermen. Voor meer informatie over pictogrammen op elk scherm, zie Pag. 109
"Belangrijkste pictogrammen in het [Home]-scherm".
U kunt ook snelkoppelingen toevoegen en pictogrammen schikken met behulp van mappen. Voor meer
informatie, zie Voorbereiding.
• U kunt de achtergrond van het [Home]-scherm wijzigen. Voor meer informatie, zie Voorbereiding.
• U kunt van modus wisselen door op pictogrammen op het [Home]-scherm te drukken. U kunt ook
van modus wisselen door op de functietoetsen te drukken.
• In de volgende gevallen kan de modus niet worden gewijzigd:
• Bij het openen van de volgende schermen:
• Apparaateigenschappen
• Teller
• Informatie
• Adresboekmanagement
• Huidige taak / Taakhistorie
• Het [Home]-scherm is ingesteld als standaardscherm zodra het apparaat wordt ingeschakeld. U
kunt deze standaardinstelling wijzigen bij Functieprioriteit. Zie Apparaatbeheer.
Belangrijkste pictogrammen in het [Home]-scherm
De volgende pictogrammen worden standaard weergegeven in het [Home]-scherm:
Pictogram
Printer (klassiek)
Gebruikershandleiding
Gebruikersinstellingen
Hiermee kunt u instellingen opgeven om het apparaat eenvoudig als
printer te gebruiken.
Voor meer informatie over het gebruik van de printerfunctie, zie
Pag. 327 "Afdrukken".
Druk hierop om de handleidingen voor het apparaat weer te geven.
Druk hierop om het scherm weer te geven van de systeeminstellingen
van het apparaat.
Het [Home]-scherm gebruiken
Beschrijving
109
Advertenties
