Advertenties
5.
Sluit de getwiste afschermingen van de motorkabels aan op de aarderail en de
fasegeleiders op de U2, V2 en W2 klemmen van de omvormer.
6.
Sluit de getwiste afschermingen van de ingangskabels en afzonderlijke aardkabel
(indien aanwezig) aan op de PE-klem van de kast en de fasegeleiders op de L1, L2
en L3 klemmen.
7.
Draai de vermogenskabelschroeven vast tot het aanhaalmoment gegeven in
Gegevens van klemmen en invoeren voor de vermogenskabels (pagina
8.
Zet de afdekkingen en montageplaat weer terug.
Aansluiting van de besturingskabels
Zie het hoofdstuk
Besturingsunit (pagina 143)
van het besturingsprogramma van de omvormer. De standaard I/O-aansluitingen
kunnen verschillend zijn voor sommige hardware-opties, zie de stroomschema's die
bij de omvormer meegeleverd zijn voor de actuele bedrading.
Sluit de kabels aan zoals beschreven onder
besturingskabel (pagina
Overzicht van aansluitprocedure van
126).
Elektrische installatie 125
voor de standaard I/O-aansluitingen
11
226).
Advertenties
