Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Werkstukspecifieke Reciprocatorinstellingen; Instellingen Voor Bedrijfsmodus; Instellingen Voor Transportbandsynchronisatie En Reciprocatorsnelheid; Vaste Modus - Nordson iControl Bedieningshandleiding

Bedieningsinterface; configuratie, presets instellen
Verberg thumbnails Zie ook voor iControl:
Inhoudsopgave

Advertenties

Werkstukspecifieke
reciprocatorinstellingen

Instellingen voor bedrijfsmodus

Vast, synchroon met
transportband
Variabel, synchroon met
transportband
Vast, geen synchronisatie
Variabel, geen synchronisatie
Oscillatormodus (alleen
geldig bij een Vaste modus)
Afb. 3-11
Instellingen voor bedrijfsmodus
Instellingen voor
transportbandsynchronisatie en
reciprocatorsnelheid
Wanneer een synchronisatiemodus is
geselecteerd, wordt de reciprocatorsnelheid
berekend op basis van de transportbandsnelheid,
de slaglengte, het aantal spuitgangen, het aantal
pistolen en de spuitpatroonbreedte.
Zonder synchronisatie wordt de reciprocator-
snelheid bepaald door de voor de modus
ingestelde snelheid.

Vaste modus

Zie afbeeldingen 3-12 en 3-13. In de Vaste modus
hangt de werkslaglengte af van de omkeerpunten,
zonder rekening te houden met de werkstukhoogte.
De pistooltriggerpunten worden aangestuurd om de
spuitlengte te variëren op basis van de
werkstukhoogte.
Omkeerlimieten boven en beneden − Deze
limieten bepalen de slaglengte en worden gemeten
uitgaande van Oriëntering reciprocator. Stel de
bovenste omkeerlimiet in beneden de zachte
bovenlimiet en de onderste omkeerlimiet boven de
zachte benedenlimiet.
Pistool aan/uit triggerpunten − Dit zijn de
afstanden boven en beneden het werkstuk waarop
de pistolen op de neerwaartse en opwaartse
werkslagen aan en uit worden getriggerd. De
triggerpunten kunnen positieve of negatieve
waarden hebben. Als deze instellingen nul zijn,
gaan de pistolen aan en uit bij de randen van het
werkstuk.
E 2006 Nordson Corporation
Systeemconfiguratie
OPMERKING: Deze instellingen kunnen worden
aangepast via de schermen Reciprocator-
bediening toegankelijk vanuit het Hoofdscherm.
De Bediening−schermen geven ook toegang tot de
schermen Spuitgangcalculator. Gebruik de
spuitgangcalculator om de resultaten van uw
instellingen weer te geven en om met
uiteenlopende instellingen te experimenteren.
Pistolen aan neerwaarts
Pistolen uit opwaarts
Bovenste omkeerlimiet
Onderste omkeerlimiet
Pistolen uit neerwaarts
Pistolen aan opwaarts
Reciprocatorsnelheid (alleen
gebruikt voor de modus Vast
geen sync)
Afb. 3-12
Vaste modus−instellingen
Vaste modus: Positieve instellingen voor pistooltriggering
Oriëntering reciprocator (0)
Zachte bovenlimiet
Aan
Uit
Uit
Aan
Zachte benedenlimiet
Vaste modus: Negatieve instellingen voor pistooltriggering
Oriëntering reciprocator (0)
Zachte bovenlimiet
Uit
Aan
Uit
Aan
Zachte benedenlimiet
Afb. 3-13
Voorbeelden van Vaste modus−instellingen
3-17
Bovenste
Aan
omkeerpunt
Uit
Onderste
omkeerpunt
Bovenste
omkeerpunt
Aan
Uit
Onderste
omkeerpunt
P/N 7135463C02

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave