Beëindigen van het spuiten (spuit leeg, reinigen van tanks en spuitleidingen)
Reinigen:
1.
Zuigzijde op spoelen omschakelen.
→
Hefboom (Fig. 96/2) gaat in stand A.
→
Spoelwater wordt aangezogen, de
roerwerken sluiten.
2.
Schakel de inwendige reiniging in.
→
De resterende hoeveelheid wordt verdund.
3.
Schakel de inwendige reiniging uit.
→
De tankinhoud moet nu minimaal 100 liter
bedragen.
Bij machines met DUS wordt
automatisch ook de spuitleiding
gereinigd (op pagina 74).
Leeg spuiten:
4.
Zuigzijde op spuiten omschakelen.
→
Hefboom (Fig. 96/2) gaat in stand B.
→
Secundair roerwerk wordt met verdunde
spuitvloeistof gespoeld.
5.
Schakel het spuiten in; spuit de
verdunde spuitvloeistof er tijdens het rijden
uit.
6.
Zet het hoofdroerwerk op
handmatige bediening.
7.
Stel het roerwerk gedurende 30
seconden op 2 bar in (Fig. 97/1).
BAG0037.0 10.06
Fig. 96
Fig. 97
Spuiten op het veld
75