5.4
Menu machinegegevens
•
Roep met het functiekader
display
ο
"helling kalibreren" op (optie
(bladzijde 26).
ο
"Distance Control kalibreren (optie
(bladzijde 29).
•
Roep met het functiekader
display "Impulsen per liter berekenen /
invoeren" (DSM 1 en DSM 2) op, (bladzijde
33).
•
Roep met het functieveld
display "Gewenst aftakastoerental invoeren"
op, (bladzijde 36).
•
Roep met het functiekader
display "Waarde impulsen per 100m"
invoeren op of automatisch calibreren,
(bladzijde 36).
•
Met het functiekader
afzonderlijke secties permanent
uitschakelen. Het getoonde cijfer (Afb. 23/1)
informeert u over het aantal permanent
uitgeschakelde secties (cijfer 0 = geen
sectie uitgeschakeld) (bladzijde 37).
•
Met het functiekader
functie "selecteren afzonderlijke secties" de
secties in of uitgeschakeld (bladzijde 38).
→
Op het display verschijnt het woord „aan"
(Afb. 23/2) (functie ingeschakeld) of "uit"
(functie uitgeschakeld).
BAG0037.0 10.06
In het menu machinegegevens moet u
•
voordat u de veldspuit voor de eerste keer in bedrijf stelt, de
specifieke machinegegevens of instelgegevens invoeren, kiezen
of door kalibreren berekenen.
•
indien nodig de specifieke machinegegevens of instellingen
corrigeren, wanneer de spuit niet naar behoren werkt.
in het
)
)
in het
Afb. 22
in het
in het
kunt u de
worden met de
Afb. 23
In bedrijf nemen
23