In bedrijf nemen
5.4.10
Vereist pomptoerental invoeren (Menu machinegegevens
Alleen voor UX:
1. Roep met het functiekader
opdracht "Vereist pomptoerental invoeren"
op.
2. Voer het vereiste pomptoerental in, bijv.
540 t/min. Geeft u voor het pomptoerental
de waarde "0" aan, dan is de bewaking van
het pomptoerental uitgeschakeld.
3. Bedien het functiekader, om het ingevoerde
vereiste pomptoerental in de
+
AMATRON
op te slaan.
4. Roep met het functiekader
"Maximale afwijking " tot de bovenste
alarmgrens van de pomp op.
5. Voer de maximale toelaatbare afwijking van
het pomptoerental in, bijv. + 10% (maximale
toegestane pomptoerental: 540 t/min+ 10%
= 594 t/min).
6. Bedien het functiekader
maximale toegestane afwijking tot de
bovenste alarmgrens van het vereiste
pomptoerental in de AMATRON
slaan.
7. Herhaal de stappen 4 tot 6 voor de
functietoets
.
42
de
de invoer
Afb. 54
, om de
+
op te
)
BAG0037.0 10.06