5. Draadbus (8) eraf draaien.
6. Plug met klepsteel (5) uit de flens (2) trek-
ken.
7. Alle klepsteelpakkingsdelen met een ge-
schikt stuk gereedschap uit de pakkings-
kamer trekken.
8. Zitting (4) met een geschikt stuk gereed-
schap eruit schroeven.
9. Nieuwe zitting aan de schroefdraad en
aan de afdichtingskegel met een geschikt
smeermiddel instrijken.
10. Zitting (4) inschroeven. Op aanhaalmo-
menten letten.
11. Alle pakkingsonderdelen alsook de nieu-
we klepsteel (5) met een geschikt smeer-
middel instrijken.
SAMSON adviseert hierbij de klepsteel-
pakking te vervangen; zie hoofdstuk
9.4.2, paragraaf a).
12. Nieuwe plug met klepsteel (5) in het ven-
tielhuis (1) schuiven.
13. Flens (2) op de behuizing plaatsen.
Uitvoeringen met V-poortplug: flens (2)
zodanig op de behuizing plaatsen dat
het grootste V-poortsegment van de plug
naar de ventieluitgang wijst.
Uitvoeringen met plug met openingen:
flens (2) zodanig op de behuizing plaat-
sen dat de opening van de plug die het
eerste opent naar de ventieluitgang wijst.
Zie steeds paragraaf 'Ventiel en aandrij-
ving monteren' in hoofdstuk 'Montage'.
14. Klepsteelpakking met een geschikt stuk
gereedschap voorzichtig via de klepsteel
EB 8012 NL
in de pakkingskamer schuiven. Op de
correcte plaatsing letten; zie Fig. 9‑2.
15. Plug (5) vast in de zitting (4) drukken.
Hierbij flens (2) met behuizingsmoeren
(14) bevestigen. Behuizingsmoeren
stapsgewijs en kruislings aantrekken. Op
aanhaalmomenten letten.
16. Draadbus (8) erin schroeven en aan-
spannen. Op aanhaalmomenten letten.
17. Contramoer (10) en koppelingsmoer (9)
los op de klepsteel schroeven.
b) Uitvoering met isoleerdeel
1. Koppelingsmoer (9) en contramoer (10)
van de verlenging van de klepsteel (25)
af schroeven.
2. Draadbus (8) eraf draaien.
3. Schroeven (32) en moeren (33) verwijde-
ren.
4. Ventielbovendeel (2) voorzichtig langs de
verlenging van de klepsteel (25) afne-
men.
5. Alle klepsteelpakkingsdelen met een ge-
schikt stuk gereedschap uit de pakkings-
kamer trekken.
6. Behuizingsmoeren (14) stapsgewijs en
kruislings losschroeven.
7. Isoleerdeel (21) tezamen met de verlen-
ging van de klepsteel (25), de klepsteel
en de plug (5) van de behuizing (1) ver-
wijderen.
8. Vlakke afdichting vervangen; zie hoofd-
stuk 9.4.1, paragraaf b).
Onderhoud
9-13