Veren Voorspannen; De Veervoorspanning Afbouwen - Samson 3271 Instructies
Verberg thumbnails
Zie ook voor 3271:
- Inbouw- en bedieningsvoorschriften (12 pagina's) ,
- Inbouw- en bedieningsvoorschriften (44 pagina's) ,
- Inbouw- en bedieningsvoorschriften (24 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Ingebruikname
WAARSCHUWING
!
Gevaar op letsel door onjuiste bediening,
gebruik of installatie door verkeerde infor-
matie op de aandrijving!
Na instellings- of ombouwwerkzaamheden
klopt onder bepaalde omstandigheden de
informatie op het typeplaatje van de aandrij-
ving niet meer. Dit betreft bijvoorbeeld de
variant-ID en het symbool voor omkering
van de werkingsrichting.
Î Typeplaatjes of stickers met foutieve/ver-
ouderde informatie direct vervangen.
Î De nieuw ingestelde waarde op het type-
plaatje invoeren, evt. nieuw typeplaatje
bij SAMSON opvragen.
LET OP
!
Beschadigingen aan de aandrijving door te
hoge of te lage aanhaalmomenten!
De componenten van de aandrijving moeten
met bepaalde draaimomenten worden aan-
getrokken. Te sterk aangedraaide compo-
nenten zijn onderhevig aan overmatige slij-
tage. Te zwak aangedraaide componenten
kunnen ertoe leiden dat componenten los ko-
men te zitten.
Î Aanhaalmomenten aanhouden, zie
u AB 0100.
LET OP
!
Beschadiging van de aandrijving door on-
juiste gereedschappen!
Î Uitsluitend door SAMSON goedgekeur-
de gereedschappen gebruiken, zie
u AB 0100.
6-2
6.1 Veren voorspannen
Zie figuur 5-1 in hoofdstuk 'Montage'.
Door het voorspannen van de veren in de
aandrijving kunnen de volgende effecten
worden verkregen:
− Verhoging van de stelkracht (alleen bij
aandrijvingen met 'Aandrijfas uitgaand')
− In combinatie met een SAMSON-ventiel:
het aanpassen van het aandrijfslagbereik
aan een kleiner klepslagoppervlak.
6.1.1
De veervoorspanning
afbouwen
LET OP
!
Beschadiging van de aandrijving door on-
gelijkmatig aangebrachte veervoorspan-
ning!
Î De spanschroeven en de spanmoeren
gelijkmatig over het oppervlak verdelen.
Î De spanmoeren afwisselend en stap voor
stap gelijkmatig vastdraaien.
1. De lange schroeven (A22) gelijkmatig
over het oppervlak van de aandrijving
verdelen.
2. De lange moeren (A23) samen met een
onderlegring (A25) op de spanschroeven
(A22) schroeven tot deze tegen het on-
derste deksel (A2) aanliggen.
3. Om de veren gelijkmatig voor te span-
nen, de moeren (A23) afwisselend en
stap voor stap vastdraaien, tot beide
deksels (A1, A2) tegen het membraan
(A4) aanliggen. Hierbij de schroefkop
EB 8310-4 NL
Advertenties
Inhoudsopgave
