3.7 Parametergroep 3: Werkbereik
3.7.1 MIN_RGE – Werkbereik (minimum)
Het werkbereik kan zo worden geconfigureerd dat het kleiner is dan het maximale mechanische werkbereik.
Het instelpuntbereik verwijst altijd naar het ingestelde werkbereik. Gebruik deze parameter om de ondergrens van het werkbereik op te geven.
Deze functie is alleen actief in de regelmodus.
In geval van een stroomonderbreking (elektrisch of pneumatisch), en in handmatige modus, worden de mechanische
eindposities opnieuw benaderd
-
Grijp niet in het afstelmechanisme.
Het werkbereik moet groter zijn dan 10% van het sensorbereik.
Het scherm van de klepstandsteller in de bedrijfsmodi 1.0 t/m 1.2 heeft altijd betrekking op het ingestelde werkbereik
en geeft de positie in % aan.
26
VOORZICHTIG
SP7-10, SP7-11, SP7-12 en SP7-20, SP7-21, SP7-22 Parameterinstelling
LET OP
LET OP
IM-S051-07-NL CTLS-UKn-01