NL
Afb. 6
2.2 Elektrische aansluiting
OPGELET!
De elektrische aansluiting moet worden uitgevoerd in overeenstemming met de normen van
kracht in het land van installatie van de machine.
Alvorens de machine aan te sluiten, moet gecontroleerd worden of de spanning en de
frequentie van het elektriciteitsnet overeenkomen met de waarden aangegeven op het
typeplaatje en of de machine op een efficiënte aarding is aangesloten;
Op de achterkant van de machine bevindt zich een aansluitklem, gemarkeerd met het
symbool
, voor de equipotentiale aansluiting tussen de diverse apparaten.
De machine moet stroomopwaarts beveiligd worden tegen overbelasting en kortsluiting
door een meerpolige thermisch-magnetische vermogensautomaat, met een voldoende
uitschakelingsvermogen, of door een smeltzekeringsschakelaar type gL met een voldoende
vermogen.
Ter bescherming tegen indirect contact moet onmiddellijk na de thermisch-magnetische
vermogensautomaat of de smeltzekeringsschakelaar een aardlekschakelaar worden
geïnstalleerd met uitschakelstroom in overeenstemming met de waarde van de weerstand
van het aardingssysteem van de gebruiker.
De bij de machine geleverde voedingskabel is van het type H07RN-F.
13
13