Storing
4.
De pomp start en
stopt vaak.
10.1 Isolatietest
Op een installatie waarin SQ/SQE-pompen zijn
opgenomen, mag geen isolatietest worden uitge-
voerd, aangezien hierdoor de ingebouwde elektro-
nica kan worden beschadigd, zie afb. 13.
L
C
C
C
N
PE
Afb. 13
Oorzaak
a)
Het drukverschil van de druk-
schakelaar tussen in- en uitscha-
keldruk is te klein.
b)
De waterpeilelektroden of
niveauschakelaars in het reser-
voir zijn niet juist geïnstalleerd.
c)
De terugslagklep lekt of is halfge-
opend blijven steken.
d)
De voedingsspanning is onstabiel.
e)
De temperatuur van de motor
wordt te hoog.
C
U
U
U
Oplossing
Verhoog het drukverschil. De uitschakel-
druk mag echter niet hoger zijn dan de
werkdruk van het drukvat en de inschakel-
druk dient hoog genoeg te zijn om voor vol-
doende watertoevoer te kunnen zorgen.
Pas de intervallen van de elektroden/
niveauschakelaars aan om er zeker van te
zijn dat er voldoende tijd is tussen het in-
en uitschakelen van de pomp. Zie de instal-
latie- en bedieningsinstructies voor de
gebruikte automatische apparatuur.
Als de intervallen tussen starten/stoppen
niet gewijzigd kunnen worden via de auto-
matische apparatuur, is het mogelijk de
pompcapaciteit te verkleinen door de pers-
afsluiter te smoren.
Haal de pomp uit de bron. Reinig/vervang
de terugslagklep.
Controleer de voedingsspanning.
Controleer de watertemperatuur.
15