BEDIENING
(type R1)
VRIJSTAND
VOORUIT
ACHTERUIT
VOORUIT
AFSTANDBE-
DIENINGS-
HENDEL
VOORUIT
2. Beweeg de bedieningshendel van
VRIJSTAND naar stand
VOORUIT.
Type R1:
Na een slag van ongeveer 32°
schakelt de keerkoppeling in.
Als de bedieningshendel verder
bewogen wordt, gaat de gasklep
open en neemt het toerental toe.
108
(type R2)
ACHTERUIT
VRIJSTAND
VOORUIT
AFSTANDBE-
DIENINGS-
HENDEL
VOORUIT
Type R2, R3:
Na een slag van ongeveer 35°
schakelt de versnelling in. Als de
bedieningshendel verder bewogen
wordt, gaat de gasklep open en
neemt het toerental toe.
Draai de gashendel niet verder
open dan 80% om het
brandstofverbruik te beperken.
(type R3)
VRIJSTAND
ACHTERUIT
VOORUIT
• Bij varen op vol vermogen moet de
het motortoerental binnen het
bereik blijven.
• Als u voelt dat het motortoerental
omhoog springt doordat de boot
springt of de schroef boven water
komt, geef dan iets minder gas.
• Zie ''Keuze van schroef'' (blz. 63)
voor de relatie tussen schroef en
motortoerental.
Gebruik de buitenboordmotor niet
zonder motorafdekkap.
Onbeschermd ronddraaiende delen
kunnen verwondingen
veroorzaken; water kan schade aan
de motor veroorzaken.
Passagiers en uitrusting dienen
gelijkmatig over de boot verdeeld te
worden voor de beste prestaties.
108