Hoofdstuk 2 Scannen
2
Overzicht van scanbewerkingen
In dit hoofdstuk worden de basisscanhandelingen
beschreven.
Procedure
1
Plaats het origineel.
Voor meer informatie over de soorten originelen die
kunnen worden gebruikt, raadpleegt u "Originelen"
(p.24).
^
^
•
De machine kan het gebied niet scannen
binnen 1 mm van de rand van het papier.
(Elk deel van de afbeelding in dit gebied
gaat verloren.)
In de ADF
1)
Plaats het origineel in de ADF.
Lijn de originelen uit en plaats ze met de
bedrukte zijde boven.
86
Scannen
2)
Verschuif de originelendoorvoer
zodat die overeenstemt met de
originelen.
Op de glasplaat
1)
Open de originelenklep.
2)
Plaats het origineel.
Plaats het origineel met de bedrukte zijde onder
op het glas. Lijn de hoek van het origineel uit
met de linker bovenhoek van het glas.
3)
Sluit de originelenklep.
^
^
•
Open en sluit de originelenklep
zachtjes.
ComColor FT serie Gebruikershandleiding