Ga vervolgens met de navigatiesensor
7.
regel en selecteer het gewenste gerecht met de
symbolen + en -.
Activeer de functie door te drukken op
8.
Het temperatuursymbool blijft verlicht totdat de gewenste
temperatuur bereikt is. Vervolgens klinkt er een signaal. Het
temperatuursymbool gaat uit en op de visuele indicator
verschijnt een waarschuwingsbericht.
De Kooksensor behoudt de temperatuur van de pan binnen het
ingestelde temperatuurbereik.
Tips voor het koken
In blokken diepvriesvoedsel
Bereiden van voedsel dat veel water
afscheidt (bv. visfilet)
Bereiden van voedsel dat veel schuim pro-
duceert (bv. pasta)
Indikken van voedsel
Het voedsel, zoals aardappelen, is op onre-
gelmatige wijze gekookt
Er klinkt geen signaal
Temperatuurcontrole van de olie
Met deze functie kan worden gefrituurd op de voorste
kookzones, waarbij de temperatuur van de koekenpan wordt
afgesteld.
Voordelen bij het frituren
De kookzone verwarmt enkel wanneer dit nodig is. Op die
manier wordt energie bespaard. De olie en het vet raken niet
oververhit.
Aanwijzingen
Verhit nooit olie, boter of reuzel zonder toezicht.
■
Zet de koekenpan in het midden van de kookzone.
■
Controleer of de bodem van de koekenpan de juiste diameter
heeft.
Doe geen deksel op de koekenpan. Doet u dat wel, dan
■
werkt de automatische regeling niet. U kunt wel gebruik
maken van een beschermende zeef, zo werkt de
automatische regeling wel.
Gebruik uitsluitend olie die geschikt is om te frituren. Gebruikt
■
u boter, margarine, olijfolie of reuzel, selecteer dan het
temperatuurniveau min.
De temperatuurniveaus
Vermogensstand
Temperatuur
hoog
max
middelhoog-hoog bv. "fijne" bakproducten zoals gepaneerde diepvriesproducten, schnitzels, ragout en
med
laag-middelhoog
low
laag
min
X
naar de volgende
.
ÔÜ
Leg het diepvriesproduct, zoals spinazie, in de pan. Voeg vloeistof toe volgens de
aanwijzingen van de fabrikant. Doe de deksel op de pan. Selecteer een temperatuur-
bereik van 70 ºC. Af en toe roeren.
Kook met weinig vloeistof, een laagje van twee vingers dik is voldoende. Doe altijd
het deksel op de pan.
Doe ook bij het bereiden van voedsel dat veel schuim produceert het deksel op de
pan. Op die manier wordt energie bespaard.
Kook het voedsel op de aanbevolen temperatuur. Als het ingedikt is, laat dan op 90
ºC het vocht verdampen.
Gebruik de volgende keer meer vloeistof.
De pan altijd afdekken met een deksel. Op die manier werkt de automatische rege-
ling optimaal.
Geschikt voor
bv. aardappelkoekjes, gesauteerde aardappelen en weinig doorbakken steak.
groente.
bv. grote bakproducten zoals frikandellen en worstjes, vis.
bv. omeletten gebakken in boter, olijfolie of margarine
Wijzigen van het geselecteerde programma
Selecteer de kookzone. Ga terug naar het menu van de functie
met het symbool
ÔÜ
de navigatiesensor
naar de volgende regel en selecteer
X
het gewenste gerecht met de symbolen + en -.
Uitzetten van de Kooksensor
Schakel de kookzone uit. Bedek de kooksensor zodat de lens
niet vuil wordt.
Koekenpannen voor de temperatuurcontrole
van de olie
Er zijn pannen die optimaal geschikt zijn voor deze functie. Ze
kunnen achteraf aangekocht worden, als optioneel toebehoren,
in de vakhandel of bij onze technische dienst. Duid altijd de
overeenkomstige referentie aan:
HEZ390210 kleine pan (15 cm diameter).
■
HEZ390220 middelgrote pan (19 cm)
■
HEZ390230 grote pan (21 cm)
■
De pannen hebben een antiaanbaklaag. Het is ook mogelijk
om voedsel te bakken in weinig olie.
De hieronder vermelde temperatuurniveaus zijn speciaal
afgesteld op dit type pannen.
Aanwijzing: Als u een ander type pan gebruikt, probeer hem
dan eerst op het laagste temperatuurniveau en stel dit indien
nodig bij. Deze pannen kunnen oververhit raken.
. Ga vervolgens met
33