Programmeren van de kookplaat
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe een kookzone kan worden
afgesteld. In de tabel staan de kookstanden en de
bereidingstijden voor verschillende gerechten vermeld.
In- en uitschakelen van de kookplaat
De kookplaat wordt in- en uitgeschakeld met de
hoofdschakelaar.
Inschakelen: druk op het symbool
hoofdschakelaar zal gaan branden. De kookplaat is klaar om te
werken.
Uitschakelen: druk op het symbool
hoofdschakelaar dooft. Alle kookzones zijn uitgeschakeld. De
indicator voor de restwarmte zal blijven branden tot de
kookzones voldoende afgekoeld zijn.
Aanwijzing: De kookplaat wordt automatisch uitgeschakeld als
de kookzones langer dan 20 seconden gedoofd zijn.
Afstellen van de kookzone
Selecteer de gewenste vermogensstand met de symbolen
1 t/m 9 of met de symbolen + en -.
Symbool + = vermogensstand 9
Symbool - = vermogensstand 4
Vermogensstand 1 = minimumvermogen
Vermogensstand 9 = maximumvermogen
Elke vermogensstand is voorzien van een tussenliggende
instelling. Dit wordt aangegeven met indicatie .5
(bijvoorbeeld 1.5 ).
Kooktabel
In de volgende tabel worden enkele voorbeelden gegeven.
De kooktijden zijn afhankelijk van de vermogensstand, het type,
het gewicht en de kwaliteit van het voedsel. Daarom zijn er
variaties.
Smelten
Chocolade, chocoladeglazuur, boter, honing
Gelatine
Verhitten en warmhouden
Maaltijdsoep (bv. linzen)
Melk**
Worstjes verhit in water**
Ontdooien en verhitten
Diepvriesspinazie
Diepvriesgoulash
* Koken zonder deksel
** Zonder deksel
28
%
. De indicator boven de
tot de indicator boven de
%
De vermogensstand selecteren
De kookplaat moet ingeschakeld zijn.
Druk op het symbool
‰
1.
vervolgens op het symbool
visuele indicator hoe de vermogensstand moet worden
geselecteerd.
Selecteer vervolgens de gewenste vermogensstand met de
2.
symbolen 1 t/m 9 of met de symbolen + en -.
De vermogensstand wijzigen: selecteer de kookzone en druk
3.
vervolgens op de symbolen 1 t/m 9 of op de
symbolen + en -.
Door op het symbool
te drukken, kan men zien hoelang de
°
kookzone reeds aan staat.
Schakel de kookzone uit
Selecteer de kookzone. Druk vervolgens op het symbool van
vermogensstand 0 of druk op de symbolen + of - tot 0.0
bereikt wordt.
Aanwijzingen
Als er geen pan op de inductiekookzone geplaatst wordt, zal
■
de geselecteerde vermogensstand beginnen knipperen. Na
een tijdje gaat de kookzone uit.
Als de kookzone geselecteerd is, verschijnt er een
■
waarschuwingsbericht op de visuele indicator. Na een tijdje
gaat de kookzone uit.
De vermogensstanden beïnvloeden het kookresultaat.
Roer puree, gebonden soep en dikke sauzen af en toe om
tijdens het opwarmen.
Gebruik de vermogensstand 9 als u begint te koken.
Vermogensstand
1-1.5
1-1.5
1-2
1.5-2.5
3-4
2.5-3.5
2.5-3.5
van de gewenste kookzone. Indien
gedrukt wordt , ziet men op de
°
Kooktijd in minuten
-
-
-
-
-
5-15 min.
20-30 min.