4 Werking
• Sensor instellen (SENSOR SETUP)
• Kalibratie instellen (CAL SETUP)
• Alarm instellen (ALARM SETUP)
• Tijd en datum instellen (TIME DATE)
• Bluetooth instellen (BT SETUP)
• EXIT
4.4.1
Sensorinstelling
Iedere sensor kan worden in- of uitgeschakeld.
Zie voor meer informatie de stromingsdiagrammen in
Afbeelding 4 Sensorinstelling
1. Om het instellen over te slaan, drukt u op de knop q of p. Ga anders als volgt verder.
2. Druk op de
knop om het submenu te openen.
3. Gebruik de q knop of p knop om de optie te wijzigen en bevestig met de knop
4. Herhaal deze procedure voor alle andere sensoren.
5. Nadat de laatste sensor is ingesteld, ga dan verder naar Calibration Setup (kalibratie instellen).
4.4.2
Kalibratie instellen
De gebruiker kan de kalibratiewaarden voor iedere sensor wijzigen en instellen.
Het is ook mogelijk om:
• te selecteren of het scherm Cal Due wordt weergegeven
• het aantal dagen in te stellen tot de eerstvolgende kalibratie
• te selecteren of het scherm instrumentwachtwoord wordt weergegeven om de functies voor bump en kalibratie te
beschermen
Zie voor meer informatie de stromingsdiagrammen in
26
8.6
Sensorinstelling.
8.7
Kalibraties.
ALTAIR 4XR
.
NL