U kunt beelden maken met aansluitingen die geschikt zijn voor het creëren van
panoramabeelden.
∫ Instellen van de opnamerichting
1
Druk op 3/4 om de opnamerichting te kiezen en druk
dan op [MENU/SET].
•
De horizontale/verticale richtlijn zal afgebeeld worden.
2
Maak de opname.
•
U kunt het beeld opnieuw maken door [NIEUW] te selecteren.
3
Op 3 drukken om [VOLG.] te kiezen en vervolgens op
[MENU/SET] drukken.
•
U kunt ook de ontspanknop tot de helft indrukken om het menu in te stellen.
•
Een gedeelte van het gemaakte beeld wordt afgebeeld als een doorzichtig beeld.
4
Maak een beeld na het horizontaal of verticaal bewegen
van het toestel zodat het doorzichtige beeld een ander
beeld overlapt.
•
Wanneer u het derde beeld en beelden daarna maakt, de
3
stappen
en
•
U kunt het beeld opnieuw maken door [NIEUW] te selecteren.
5
Op 3/4 drukken om [EXIT] te kiezen en vervolgens op
[MENU/SET] drukken.
Aantekening
•
Het zal een normale bewegend beeldopname zijn tijdens de bewegend beeldopname.
•
De flitsinstelling wordt vastgesteld op [Œ].
•
[I.RESOLUTIE] is vastgesteld op [OFF].
•
De focus, zoom, belichting, witbalans, sluitertijd en ISO-gevoeligheid worden vast ingesteld op
de waarden voor de eerste opname.
•
We raden het gebruik van een statief aan. Wanneer het donker is, raden we aan de
zelfontspanner te gebruiken voor het maken van beelden.
•
Wanneer de camera ingesteld is op [STABILISATIE] en er zeer weinig golfstoring is of als
[STABILISATIE] ingesteld is op [OFF], zou de sluitertijd langzamer kunnen worden tot
8 seconde.
•
De ontspanner kan gesloten blijven (max. ongeveer 8 sec.) nadat u de opname hebt gemaakt
voor de signaalverwerking. Dit is geen storing.
Geavanceerd (Opnamebeelden)
[PANORAMA ASSIST]
4
herhalen.
- 95 -