Zet de motorfiets rechtop op een
▼
vlakke
ondergrond.
bevindt zich aan de rechterzijde van
de motorfiets, aan de achterkant
van de motor.
Start de motor en laat deze circa vijf
▼
minuten stationair draaien.
Stop de motor en wacht ten minste
▼
vijf minuten zodat de olie kan
zakken.
Let op het motoroliepeil in het kijk-
▼
glas.
Het oliepeil is goed als het tussen de
▼
bovenste (maximum) en de onderste
(minimum) markering op het peilglas
ligt.
KENNISGEVING
Een nauwkeurige indicatie van het
oliepeil wordt alleen gegeven wanneer
de motor zijn normale bedrijfstempe-
ratuur heeft bereikt en de motorfiets
rechtop staat (niet op de zijstandaard).
Indien het nodig is om olie bij te
▼
vullen, de olievulplug verwijderen
en met behulp van een geschikte
trechter
beetje
toevoegen, totdat het in het kijkglas
weergegeven peil correct is.
VOORZICHTIG
Let op dat er tijdens het bijvullen of
verversen van olie geen vuil in de
motor terechtkomt.
Vuil in de motor kan leiden tot motor-
schade.
ONDERHOUD EN AFSTELLING
Het
peilglas
bij
beetje
olie
Wanneer het juiste peil is bereikt,
▼
de olievulplug aanbrengen en vast-
draaien.
2
4
3
clfv
1.
Vulplug motorolie
2.
Peilglas
3.
Onderste markering (minimum)
4.
Bovenste markering (maximum)
Motorolie verversen en oliefilter
vervangen
WAARSCHUWING
Draag altijd geschikte beschermende
kleding en vermijd contact van de huid
met afgewerkte motorolie.
Langdurig of herhaaldelijk contact met
motorolie kan leiden tot uitdroging,
irritatie en ontsteking van de huid.
Afgewerkte motorolie bevat schadelijke
stoffen, die huidkanker kunnen veroor-
zaken.
Het niet opvolgen van bovenstaand
advies kan leiden tot ernstig letsel of
de dood.
1
2
95