WAARSCHUWING
Wanneer de motorfiets op losse, natte
of modderige wegen wordt gebruikt,
kan het remvermogen verminderen als
gevolg van stof, modder of vocht dat
zich op de remmen ophoopt.
Rem onder dergelijke omstandigheden
altijd vroeger om ervoor te zorgen dat
de remoppervlakken worden gereinigd
door het remmen.
Rijden op de motorfiets met remmen
die vervuild zijn met stof, modder
of vocht kan leiden tot verlies van
controle over de motorfiets met moge-
lijk ernstig letsel of de dood tot gevolg.
Zorg ervoor dat u geschikte water-
▼
dichte kleding draagt die geschikt is
voor motorfietsen.
Rijd nooit met de motorfiets door
▼
overstromingen, omdat er water in
de motor kan binnendringen. Water
dat de motor binnendringt kan
motorschade veroorzaken. Schade
door binnendringing van water in
de motor wordt niet gedekt door de
motorfietsgarantie, omdat dit niet
het gevolg is van een productiefout.
Als de motorfiets is geparkeerd
▼
en het waterpeil rond de motor-
fiets stijgt, mag u de motor niet
proberen te starten. De motorfiets
moet
worden
binnendringing van water voordat
de motor wordt gestart. Inspecties
en
reparaties
verricht door een deskundige met
specialistische en technische kennis
van motorfietsen, zoals een erkende
Triumph- dealer.
gecontroleerd
op
moeten
worden
REINIGING EN STALLING
Opslag
Voorbereiding op stalling
Om de motorfiets gereed te maken voor
opslag, doet u het volgende:
Reinig en droog de complete motor-
▼
fiets grondig.
Vul de brandstoftank met het juiste
▼
type loodvrije brandstof en voeg
een geschikte brandstofstabilisator
(indien beschikbaar) toe, volgens de
instructies van de fabrikant van de
brandstofstabilisator.
WAARSCHUWING
Benzine is uiterst brandbaar en kan
onder
bepaalde
exploderen.
Controleer bij parkeren in een garage
of andere ruimte, of deze goed geven-
tileerd is en de motorfiets niet in de
buurt staat van vlam- of vonkbronnen.
Hieronder valt ook apparatuur met een
waakvlam.
Wanneer
bovenstaand
wordt
opgevolgd,
ontstaan
met
ernstig letsel of de dood tot gevolg.
Verwijder de bougie uit de cilinder
▼
en giet enkele druppels (5 ml)
motorolie in de cilinder. Dek de
bougiegaten af met een doek of een
poetslap. Met de motorstopschake-
laar in de stand AAN, drukt u enkele
seconden op de startknop om de
cilinderwanden van olie te voorzien.
Monteer de bougie en zet hem vast
met 17 Nm.
Ververs de motorolie en vervang het
▼
filter (zie pagina 95).
omstandigheden
advies
niet
kan
er
brand
materiële
schade,
153