Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Handmatige Nulpuntkalibratie Van Het Uitgangssignaal - Dräger PIR 3000 Gebruiksaanwijzing

Infrarood-gas
Inhoudsopgave

Advertenties

Beschikbare talen

Beschikbare talen

Handmatige nulpuntkalibratie van het uitgangssignaal

 Alarmgeving van het centrale apparaat deactiveren.
1 Gastransmitter via de kalibratie-adapter met stikstof, synthetische lucht of verse
lucht begassen en wachten tot de meetwaarde stabiel is.
2 Magneetpen in het bereik plaatsen dat met het symbool "
(binnen het zwarte veld) op het transmittermantelvlak en voor min. 5 seconden
vasthouden. Het uitgangssignaal van de gastransmitter wisselt na 5 seconden
naar de weergave van het kalibratiesignaal (3 mA), zolang de magneetpen wordt
vastgehouden. Gelijktijdig wordt automatisch een nulpuntafstelling van het opti-
sche meetsysteem uitgevoerd.
3 Magneetpen verwijderen. Het uitgangssignaal van de gastransmitter keert weer
terug naar de vorige weergave. Het instrument start nu met de nulpuntkalibratie-
procedure. In het kader van deze procedure verlaagt c.q. verhoogt het uitgangs-
signaal wanneer de magneetpen op de bereiken geplaatst wordt die met de
symbolen "
" en "
0
4 De afstelling van het nulpuntsignaal geschiedt door de magneetpen op de berei-
ken te plaatsen die met de symbolen "
5 Magneetpen verwijderen. Na verloop van 30 seconden zonder verdere afstelling
sluit het instrument de nulpunt-kalibratieprocedure af. Om aan te duiden dat de
kalibratie succesvol afgerond is, wordt i.p.v. het uitgangssignaal weer het kali-
bratiesignaal (3 mA) weergegeven. Dit signaal wordt precies zó lang weergege-
ven als bij het begin van de nulpunt-kalibratieprocedure.
6 Sluit de begassing af.
 Alarmgeving van het centrale apparaat reactiveren.
Weergave
I (1) I
0
–6,25 % LEL
(3 mA)
Als tijdens de kalibratieprocedure de door de gastransmitter gemeten gasconcentratie verandert (bijv. omdat de kalibratiegas-
fles tijdens de kalibratie leeg geraakt is), dan wordt de kalibratie automatisch geannuleerd zonder de nieuwe kalibratiepara-
meters op te slaan. De gastransmitter keert in dit geval terug naar de meetmodus zonder het te bevestigen kalibratiesignaal.
" gemarkeerd zijn.
S
" en "
0
(2)
I (3) I
0
0
" gemarkeerd is
" gemarkeerd zijn.
S
(4)
I
(5)
0
S
AANWIJZING
I (6)
Tijd
41

Advertenties

Hoofdstukken

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave