10. Schakelaar zwaailamp
Met deze schakelaar wordt de zwaailamp (toebehoren) ingeschakeld.
11. Schakelaar werklamp
Met deze schakelaar worden de werklampen in- resp. uitgeschakeld.
12. Polssteun
De polssteun zorgt ervoor, dat de gebruiker de bedieningshendel kan gebruiken zonder snel moe te worden.
13. Rechterbedieningshendel
Met de rechter bedieningshendel kan de boom en de bak wor-
den bewogen.
De afbeelding toont, in combinatie met de navolgende tabel, de
functies voor de rechter bedieningshendel.
Positie bedieningshendel
1
2
3
4
14. Claxondrukknop
Met de claxondrukknop kan de voertuigclaxon worden bediend.
Display- en bedieningseenheid
De display- en bedieningseenheid bevat de navolgende indicaties,
knoppen en controlelampen:
1.
Brandstofmeter
2.
Controlelamp lading
3.
Controlelamp koelvloeistoftemperatuur
4.
Koelvloeistoftemperatuurweergave
5.
Display
6.
Displaykeuzeschakelaar
7.
Menutoets
8.
Waarschuwingslamp
9.
Controlelamp uur instellen
10.
Controlelamp onderhoud
11.
Controlelamp sleutel uittrekken
12.
Controlelamp sleutel insteken
13.
Controlelamp snelrijstand
14.
Controlelamp brandstofpeil
15.
Controlelamp voorgloeien
16.
Controlelamp motordruk
De knoppen van de display- en bedieningseenheid zijn multifunctioneel, en kunnen ook voor de me-
nugeleiding in het display gebruikt worden. Een gedetailleerde beschrijving van de afzonderlijke
functies staat in het desbetreffende hoofdstuk.
46
Beweging
Boom omlaag
Boom omhoog
Bak intrekken
Bak uitzwenken
Opbouw en werking
16
14
15
13
12
11
10
9
8
7
1
2
3
4
5
6