Opmerking: Als op de QIAstat-Dx Analyzer 2.0 de functie User Access Control (Gebruikerstoegangsbeheer) geactiveerd is
(zie hoofdstuk 6.5), is het scherm Amplification Curves (Amplificatiecurven) alleen beschikbaar voor gebruikers met de juiste
toegangsrechten.
Druk op het tabblad PATHOGENS (Pathogenen) aan de linkerkant om de grafieken weer te geven voor de pathogenen waarop
is getest. Druk op de pathogen name (naam van een pathogeen) om te selecteren welke pathogenen in de amplificatiegrafiek
worden weergegeven. Er kunnen grafieken worden weergegeven voor één pathogeen, meerdere pathogenen of geen enkel
pathogeen. Elk pathogeen in de geselecteerde lijst krijgt een kleur toegewezen die overeenkomt met de kleur van de
amplificatiecurve die hoort bij dat pathogeen. Niet-geselecteerde pathogenen worden grijs weergegeven.
De C
-waarden en eindwaarden voor de fluorescentie worden onder de naam van elk pathogeen weergegeven.
T
Druk op tabblad CONTROLS (Controles) aan de linkerkant om de interne controles te bekijken en te selecteren welke interne
controles er in de amplificatiegrafiek worden weergegeven. Druk op de cirkel naast de naam van de interne controle om deze
te selecteren of te deselecteren (afbeelding 35).
Afbeelding 35. Het scherm Amplification Curves (Amplificatiecurven) (op het tabblad CONTROLS [controles]) met daarop de interne controles.
In de amplificatiegrafiek worden de gegevenscurven van de geselecteerde pathogenen en interne controles weergegeven.
Om af te wisselen tussen de logaritmische of lineaire schaal voor de y-as, drukt u op de Lin en Log knop in de
linkerbenedenhoek van de grafiek.
De schaal van de X-as en de Y-as kan worden aangepast met de
blauwe aanwijzers op elke as. Druk op een blauwe
aanwijzer en houd hem ingedrukt; beweeg hem nu naar de gewenste plaats op de as. Om terug te keren naar de
standaardwaarden, beweegt u de blauwe aanwijzer naar de oorsprong van de as.
Gebruiksaanwijzing van QIAstat-Dx Analyzer 2.0 01/2024
41