Afbeelding 92. De schakelknop voor EC-testen op aan zetten om een EC-test in te schakelen.
3. Wanneer u erom wordt gevraagd, scant u de barcode van de monster-ID met behulp van de barcodelezer die in de
Operational Module is geïntegreerd (afbeelding 88)
Opmerking: Afhankelijk van de configuratie van de QIAstat-Dx Analyzer 2.0 is het ook mogelijk om de monster-ID in te
voeren met het virtuele toetsenbord op het aanraakscherm. Raadpleeg hoofdstuk 6.7.4 voor meer informatie.
4. Wanneer daarom wordt gevraagd, scant u de barcode van de QIAstat-Dx assaycartridge die u wilt gebruiken.
De QIAstat-Dx Analyzer 2.0 herkent automatisch de uit te voeren assay, op basis van de barcode van de QIAstat-Dx
assaycartridge (afbeelding 93).
Opmerking: De QIAstat-Dx Analyzer 2.0 accepteert geen QIAstat-Dx assaycartridges waarvan de uiterste gebruiksdatum
verstreken is, cartridges die al eerder zijn gebruikt of cartridges voor assays die niet op het instrument geïnstalleerd zijn.
In deze gevallen wordt een foutmelding weergegeven. Raadpleeg hoofdstuk 10.2 voor meer informatie.
Opmerking: Raadpleeg hoofdstuk 6.6.3 voor instructies over het importeren en toevoegen van assays aan de QIAstat-Dx
Analyzer 2.0.
Afbeelding 93. De barcode van de QIAstat-Dx assaycartridge scannen.
Gebruiksaanwijzing van QIAstat-Dx Analyzer 2.0 01/2024
100