Snelinstelwiel
5
De handelingen in (1) zijn ook mogelijk wanneer de <R>-schakelaar
omhoog staat (Multifunctievergrendeling, pag. 44).
Druk op een knop en draai aan
(1)
het instelwiel <5>.
Wanneer u op een knop als <f>,
<R>, <i> of <q> drukt, blijft de
desbetreffende functie actief gedurende
de tijd die op de timer (9) is ingesteld.
Tijdens deze zes seconden kunt u de
gewenste instelling opgeven met het
instelwiel <5>.
Wanneer de functie niet meer actief is of
als u de ontspanknop half indrukt, is de
camera klaar om een opname te maken.
Gebruik dit instelwiel om het AF-
gebruik, de transportmodus, de ISO-
snelheid, de lichtmeetmethode, het
AF-punt, enzovoort te selecteren of in
te stellen.
Draai alleen aan het instelwiel
(2)
<5>.
Draai terwijl u in de zoeker of op het
LCD-paneel kijkt aan het instelwiel <
om de gewenste instelling te selecteren.
Gebruik dit instelwiel om de waarde
voor de belichtingscompensatie, het
diafragma voor handmatige
belichting, enzovoort in te stellen.
Basisbediening
>
5
43