Aanvullende informatie
• Gebruik de camcorder alleen binnen
het temperatuurbereik waarbij de
camcorder kan worden gebruikt.
Indien de temperatuur van de
camcorder te heet of te koud wordt,
kan het gebeuren dat de camcorder
stopt met opnemen of afspelen om
schade aan de harde schijf te
voorkomen. In een dergelijk geval
verschijnt er een waarschuwing op het
scherm.
• Gebruik de camcorder niet op grote
hoogte. Gebruik de camcorder niet op
hoogtes die hoger zijn dan 3000 meter
boven de zeespiegel of op andere
plaatsen met een lage atmosferische
druk. De harde schijf kan anders
beschadigd raken.
• Initialiseer de harde schijf als films
niet op normale wijze kunnen worden
opgenomen/afgespeeld. De harde
schijf kan in de loop der tijd
gefragmenteerd raken door het
herhaaldelijk opnemen en verwijderen
van films, waardoor de prestatie kan
verslechteren. In dat geval moet u de
harde schijf initialiseren (
opnamen worden gewist indien u de
harde schijf initialiseert. Maak op een
extern apparaat daarom eerst een
backup van uw belangrijke opnamen
voordat u de harde schijf initialiseert.
• Houd de camcorder niet vast aan het
LCD-paneel of de zoeker (alleen
). Wees voorzichtig als u het
LCD-paneel sluit.
• Laat de camcorder niet achter op
plaatsen met hoge temperaturen (zoals
in een auto of onder direct zonlicht) of
hoge vochtigheid.
• Gebruik de camcorder niet in de buurt
van sterke elektrische of magnetische
velden zoals boven een TV, in de buurt
van plasma-TV's of mobiele telefoons.
• Richt de lens of zoeker (alleen
niet op sterke lichtbronnen. Laat de
114
camcorder niet gericht op een helder
onderwerp.
• Gebruik en bewaar de camcorder niet
op stoffige of zanderige plaatsen. De
camcorder is niet waterdicht – vermijd
daarom ook water, modder of zout. De
camcorder en/of lens kan beschadigd
raken als dergelijke substanties de
camcorder binnendringen.
• Let op hitte die door
verlichtingsapparatuur wordt
afgegeven.
• Demonteer de camcorder niet. Als de
camcorder niet naar behoren werkt,
neem dan contact op met een
deskundige reparateur.
• Ga voorzichtig met de camcorder om.
Stel de camcorder niet bloot aan
schokken of trillingen, omdat de
camcorder anders beschadigd kan
raken.
• Als u de camcorder op een statief
bevestigt, zorg er dan voor dat de
bevestigingsschroef van het statief
korter is dan 5,5 mm. Gebruik van
andere statieven kan de camcorder
31).Alle
beschadigen.
• Probeer bij het opnemen van films een
kalm, stabiel beeld te krijgen.
Als u tijdens het opnemen de camcorder
te veel beweegt en vaak snel zoomt en
panoramisch filmt, kan dit tot onrustige
scènes leiden. In extreme gevallen kan het
afspelen van dergelijke scènes tot gevolg
hebben dat door de visuele waarneming
bewegingsziekte wordt veroorzaakt. Als
een dergelijke reactie optreedt, stop dan
)
onmiddellijk met afspelen en wacht een
tijdje totdat u verdergaat.
5,5 mm