WAARSCHUWING: Deze
functie is een aanvullend
rijassistentiesysteem, bedoeld
om het rijden veiliger te maken,
maar kan niet werken in
bepaalde verkeers-, weers- of
wegomstandigheden.
WAARSCHUWING: Het
dodehoekdetectiesysteem werkt
niet tijdens het rijden in scherpe
bochten.
– De dodehoekdetectie is actief als de
snelheid hoger is dan 10 km/u.
– De dodehoekdetectie werkt niet als
de snelheid van een passerend voer-
tuig meer dan 15 km/u hoger is dan
die van het voertuig van de bestuur-
der.
– Dodehoekdetectie detecteert mo-
torfietsen en kleinere voorwerpen
mogelijk niet.
Instelling van het alarmvolume
Het geluidsvolume van het waarschu-
wingssysteem voor rijstrookverande-
ring kan worden uitgeschakeld en op
verschillende niveaus worden inge-
steld.
De dodehoekdetectie maakt gebruik
van de radarunits aan de achterkant die
enkele algemene beperkingen hebben,
zie pag. 120.
Dodehoekdetectie wordt geselecteerd/
gedeselecteerd in de menu's Auto-
instellingen → Bestuurdersassistentie
in het centrale display, zie pag. 127.
Dodehoekdetectie kan ook worden
geselecteerd/gedeselecteerd in het
N
snelpaneelmenu, zie pag. 130.
OPMERKING: Als deze optie niet
is geselecteerd, is dit systeem
standaard actief bij de volgende
rijcyclus, alleen het eerder
ingestelde gevoeligheidsniveau
blijft ongewijzigd.
RIJASSISTENTIE
Waarschuwing bij openen van een deur
Als het voertuig stilstaat, waarschuwt
dit systeem de inzittende bij het
openen van de deur voor elk verkeer
(parallel aan de rijrichting) dat van
achter nadert aan zijn/haar kant van
het voertuig.
Wanneer het waarschuwingssysteem
een voertuig detecteert dat tegen de
openzwaaiende deur kan botsen, wordt
de bestuurder gewaarschuwd door:
– Een visuele waarschuwing in het mid-
den onderaan bestuurdersdisplay.
– Een hoorbare waarschuwing.
– Een geel knipperend indicatorsym-
bool
in de betreffende spiegel van
de bestuurders- of passagiersdeur.
113