C. Reinigen
1. Reinig de onderdelen om alle roest, bramen,
aanslag, organisch materiaal en losse deeltjes te
verwijderen. Onderdelen moeten vrij zijn van olie
of vet, behalve de smering zoals gespecificeerd
in deze instructie.
2. De gebruikte reinigingsmiddelen moeten voor
een doeltreffende reiniging zorgen zonder de
oppervlakteafwerking of materiaaleigenschappen
van het onderdeel te beschadigen.
3. Aanvaardbare reinigingsmiddelen zijn
onder meer gedemineraliseerd water, niet-
fosfaatdetergens, aceton en isopropylalcohol.
Onderdelen moeten na het reinigen worden
drooggeblazen of drooggeveegd.
4. Als u reinigingsmiddelen gebruikt, neem dan
voorzorgsmaatregelen om uzelf te beschermen
tegen mogelijk gevaar als gevolg van het
inademen van dampen, chemische brandwonden
of explosies. Zie het veiligheidsinformatieblad
van het reinigingsmiddel voor aanbevelingen
voor veilige hantering en apparatuur.
5. De interne onderdelen niet "zandstralen", omdat
dit de afmetingen van de onderdelen kan
verkleinen.
© 2023 Baker Hughes Company. Alle rechten voorbehouden.
GEVAAR
Volg de aanbevelingen
voor veilige hantering
in het veiligheidsin-
formatieblad van het
reinigingsmiddel en
neem de veilige prak-
tijken in acht voor elke
reinigingsmethode
Consolidated 2900 Series Generation II POSRV-instructiehandleiding
| 39