Verwerkingsopties (Fotomodus)
U kunt een beeldeffect selecteren en individuele aanpassingen uitvoeren voor contrast,
scherpte en andere parameters (Blz. 64). Wijzigingen aan elke fotomodus worden
afzonderlijk opgeslagen.
Opties voor fotomodus
A i-Enhance
B Levendig
C Natuurlijk
D Laag contrast
E Portret
J
Monochroom
K
Aangepast
e-Portret
v
F Onderwater
Kleurenmaker
c
e Pop-art
f Soft-focus
g Bleke/lichte kleur
h Lichte toon
i Korrelige fi lm
j Pinhole
k Diorama
l Cross-process
m Zacht sepia
n Dramatische toon
o Sleutellijn
p Aquarel
q Vintage
r Gedeeltelijke kleur
Voor indrukwekkende resultaten in overeenstemming met het
motief.
Voor levendige kleuren.
Voor natuurlijke kleuren.
Voor afgevlakte tinten.
Voor mooie huidtinten.
Voor zwart/wit-tinten.
Gebruik deze optie om één fotomodus te selecteren, stel de
parameters in en leg de instelling vast.
Produceert vloeiende huidteksturen. Deze modus kan niet
worden gebruikt bij bracketingfotografi e of bij fi lmen.
Produceert een afwerking met levendige kleuren die perfect is
voor onderwaterfoto's.
• Wanneer [Onder water F] is ingesteld, wordt u aangeraden
om [# + WB] in te stellen op [Uit] (Blz. 126).
Produceert een kleurafwerking die is ingesteld in Kleurenmaker
(Blz. 73).
Maakt gebruik van de instellingen in Kunstfi lter. Er kunnen ook
kunsteffecten worden gebruikt.
2
NL
63