De kaart plaatsen
De volgende soorten SD-geheugenkaarten (in de handel verkrijgbaar) kunnen met
deze camera worden gebruikt: SD, SDHC, SDXC en Eye-Fi.
Eye-Fi-kaarten
Lees "Toepasbare geheugenkaarten" (Blz. 155) vóór gebruik.
1
Open het klepje van het kaartcompartiment.
2
Schuif het kaartje zover in de kaartsleuf totdat
het op zijn plaats vastklikt.
• De opnamegegevens worden vastgelegd
volgens de geselecteerde optie voor
[Instellingen opslaan K] (Blz. 56).
• g "Toepasbare geheugenkaarten" (Blz. 155)
• Schakel de camera uit voor u het kaartje plaatst
of verwijdert.
• Pas geen kracht toe voor het plaatsen van een
beschadigde of vervormde kaart. Dat kan de
kaartsleuf beschadigen.
3
Sluit het klepje van het kaartcompartiment.
• Sluit het klepje stevig tot u een klik hoort.
• Zorg ervoor dat het klepje van het kaartcompartiment gesloten is
voordat u de camera gebruikt.
• Kaarten moeten vóór het eerste gebruik van met deze camera worden geformatteerd
(Blz. 116).
• Als een UHS-II-kaart is ingevoerd in sleuf 2 (compatibel met UHS-I), werkt deze kaart
als een UHS-I-kaart.
• Er kunnen niet meerdere Eye-Fi-kaarten tegelijkertijd worden gebruikt.
Geheugenkaart verwijderen
Druk de kaart naar binnen om de kaart te ontgrendelen. Neem de kaart
uit de camera.
• Verwijder de batterij of kaart niet als de kaartschrijfi ndicator (Blz. 21)
zichtbaar is.
Kaartsleuf 1
Kaartsleuf 2
Contactgebied
1
1
2
2
1
NL
15