Functies aan knoppen toewijzen
Knoppen kunnen andere functies toegewezen krijgen in plaats van hun bestaande
functies.
De functies die worden toegewezen met behulp van [K Knopfuncties] werken
uitsluitend in de modus Fotograferen. De functies die worden toegewezen met behulp
van [n Knopfuncties] werken in de n (film)-modus (Blz. 145).
Aanpasbare bedieningselementen
Knop
K Knopfunc-
ISO
ties
F Knopfuncties F (Belichtingscorrectie)
R Functie
R Opname
t Functie
AEL/AFL
jY
j/Y (Foto), Uit (Film)
Knopfuncties
u Functie
u
*1 De optie [Directe functie] voor de knop d is van toepassing op elke FGHI.
*2 Wijs N toe aan de knop d om deze te gebruiken voor AF-doelselectie.
*3 Om de opties [ D Functie] en [ E Functie] te gebruiken, moet u eerst [Directe functie]
selecteren voor [ d Functie].
*4 U kunt de knop l gebruiken voor de functies die beschikbaar zijn op bepaalde lenzen.
*5 Alleen beschikbaar met gemotoriseerde zoomlenzen.
Volg onderstaande stappen om de functie van een knop te wijzigen.
1
Druk op de knop Q om het LV
superbedieningspaneel weer te geven.
2
Gebruik FGHI om [Knopfuncties] te selecteren
en druk vervolgens op de knop Q.
• [K Knopfuncties] van Aangepast menu (Blz. 166)
wordt weergegeven in foto-opnamemodus, en
[n Knopfuncties] van [n Knop/schakelaar/hendel]
(Blz. 145) wordt weergegeven in filmopnamemodus.
3
Markeer het gewenste bedieningselement met
FG op de pendelknop en druk op de knop I.
4
Markeer een functie met de FG-knoppen en druk op de knop Q om deze
toe te wijzen aan het geselecteerde bedieningselement.
• De beschikbare opties zijn afhankelijk van de specifieke knop.
Standaard
z Functie
d Functie *
D Functie *
E Functie *
l Functie *
(Knopfuncties)
Knop
Standaard
z (Foto), a (Film)
AF-gebied select. (Foto),
*
1
2
Directe functie (Film)
# (Foto), Elektr. zoom *
3
(Film)
j/Y (Foto),
3
WB (Film)
AF stop
4
Knopfuncties
2
5
Knopfuncties
NL
107