Onderhoud
Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine.
Aanbevolen onderhoudsschema
Onderhoudsinterval
Na de eerste 8 bedrijfsuren
Bij elk gebruik of dagelijks
Om de 25 bedrijfsuren
Om de 50 bedrijfsuren
Om de 100 bedrijfsuren
Om de 200 bedrijfsuren
Om de 300 bedrijfsuren
Vóór de stalling
Als u het sleuteltje in het contact laat, bestaat de kans dat iemand de motor per ongeluk start waardoor
u of andere omstanders ernstig letsel kunnen oplopen.
Haal het sleuteltje uit het contact en maak de bougiekabel los voordat u onderhoudswerkzaamheden
uitvoert aan de machine. Druk de kabel opzij, zodat deze niet onbedoeld contact kan maken met
de bougie.
Smering
Smeer de machine volgens het tijdschema op de
instructiesticker Controle En Onderhoud (Figuur 21)
onder de bestuurdersstoel. De machine moet vaker
worden gesmeerd bij gebruik in zeer stoffige of
zanderige omstandigheden.
Onderhoudsprocedure
• Motorolie verversen.
• Het veiligheidssysteem controleren.
• Controleer het motoroliepeil (dit moet vaker gebeuren in stoffige, vuile
omstandigheden).
• Luchtinlaatrooster reinigen.
• Maaimessen controleren.
• De maaikast reinigen.
• Smeer alle smeerpunten (vaker in stoffige, vuile omstandigheden).
• Geef het schuimelement een onderhoudsbeurt (dit moet vaker gebeuren als de
machine wordt gebruikt in stoffige of vuile omstandigheden).
• Accuzuur controleren.
• Bandenspanning controleren.
• Controleer de riemen op slijtage/scheurtjes.
• Geef het papierelement een onderhoudsbeurt (dit moet vaker gebeuren als de
machine wordt gebruikt in stoffige of vuile omstandigheden).
• Ververs de motorolie (dit moet vaker gebeuren in stoffige, vuile omstandigheden).
• Controleer de bougie(s).
• Oliefilter vervangen.
• Vervang het papierelement (dit moet vaker gebeuren als de machine wordt gebruikt
in stoffige of vuile omstandigheden).
• Brandstoffilter vervangen.
• Reinig de uitlaatringen en koelribben (dit moet vaker gebeuren in stoffige, vuile
omstandigheden).
• Voorafgaande aan de stalling moeten alle bovengenoemde onderhoudsprocedures
worden uitgevoerd.
• Benzine aftappen uit de brandstoftank.
• Accu opladen en accukabels loskoppelen.
• Beschadigde oppervlakken bijwerken.
Smeren met Nr. 2 vet op lithium- of molybdeenbasis
voor algemene doeleinden.
Methode van smeren
1. Schakel de aftakas uit, zet de schakelhendels in de
neutraalstand en stel de parkeerrem in werking.
23