Advertenties
%Afhankelijk van de gekozen sluitertijd ontstaan er mogelijk kleurenbanden in het
display als gevolg van flikkeringen van fluorescerende of led-lichtbronnen. De camera
kan worden geconfigureerd om de effecten van flikkering tijdens live view of foto-
opnamen te verminderen. g "Flikkering verminderen in foto's (Anti-flikkermodus)"
(Blz. 137), "Flikkering onder led-verlichting verminderen (KFlikkeringdetectie /
nFlikkeringdetectie)" (Blz. 109)
Onderwerp te donker of te helder
2
Als de camera geen optimale belichting kan bereiken, gaat het display voor diafragma
knipperen.
Weergave
Lage diafragmawaarde
2000 F2.8
2000
Hoge diafragmawaarde
125 F22
125
%Wanneer [KISO] niet is ingesteld op [Auto], kunt u de optimale belichting bereiken door
de instelling te wijzigen. g "De ISO-gevoeligheid wijzigen (ISO)" (Blz. 114)
%De diafragmawaarde die wordt weergegeven als het display gaat knipperen, is afhankelijk
van het lenstype en de brandpuntsafstand van de lens.
48 NL
Onderbelichting.
F2.8
• Kies een langere sluitertijd.
Overbelichting.
• Kies een kortere sluitertijd. Sluitertijden tot 1/32000 s zijn
beschikbaar in stille modus.
• Als het onderwerp nog steeds overbelicht is bij de kortere
F22
sluitertijd, zijn de grenzen van het meetsysteem van de
camera overschreden. Gebruik een ND-filter (Neutral Density)
van een derde partij om de hoeveelheid licht die de camera
binnenkomt, te verminderen.
Probleem/oplossing
Advertenties
