4
Als de camera verbinding kan maken, wordt het netwerk weergegeven met
een vinkje (v) naast de netwerknaam.
• Netwerken die zijn beschermd met een wachtwoord zijn weergegeven met een
t-pictogram.
• Als de camera is gekoppeld met meer dan één computer, wordt u gevraagd om een
computer te kiezen voordat de lijst met netwerken wordt weergegeven. Markeer de
gewenste computer met behulp van de FG-knoppen en druk op de knop Q.
• De camera kan alleen worden gebruikt met de geselecteerde computer. Om een
andere computer te selecteren, moet u eerst de huidige verbinding verbreken.
• Als de verbinding mislukt, verschijnt er een bericht op
de camera gevolgd door de opties getoond in stap 3.
Herhaal stappen 3-4.
5
Druk op de knop Q om het opnamescherm te sluiten.
• De standaard opname-indicatoren verschijnen. O op
het scherm wordt groen.
8
!
Verbinding maken met eerder geselecteerde netwerken
• De camera maakt automatisch opnieuw verbinding met eerder geselecteerde netwerken
wanneer u [PC-verbinding] selecteert via het rO-pictogram. U hoeft geen wachtwoord in
te voeren.
• Als er meerdere netwerken beschikbaar zijn, maakt de camera eerst verbinding met het
netwerk dat onlangs is gebruikt.
• Wanneer de camera is verbonden, verschijnt er een lijst met beschikbare netwerken
waarbij het huidige netwerk gemarkeerd is met een vinkje v.
• Om verbinding te maken met een ander netwerk, markeert u dit netwerk in de lijst en
drukt u op de knop Q.
• Als de camera is gekoppeld met meer dan één computer in het netwerk, wordt u gevraagd
om een computer te kiezen voordat de lijst met netwerken wordt weergegeven. Markeer
de gewenste computer met behulp van de FG-knoppen en druk op de knop Q.
278 NL
100 %
100 %
Verbinding maken mislukt
O
1023
1023
[ 1 : 02 : 03 ]
[ 1 : 02 : 03 ]
L
F F
r
r
1
1
1
O
O
100 %
100 %
P
P
250
250
5.6
5.6
-
0.0
0.0
0 0
+
1/
1/
F
F
60p L - 8 L - 8
4K
60p
1
S - AF
S - AF
3 3
200
200
ISO
ISO
Auto
Auto