Superbedieningspaneel Q n KKnopfunctie/nKnopfunctie
Menu
1
Markeer de gewenste knop met behulp van FG en druk op de Q-knop.
2
Markeer een functie met behulp van FGHI en druk op de Q-knop om dit
toe te wijzen aan de geselecteerde knop.
Beschikbare functies
Alleen K: deze functie is alleen beschikbaar in het menu [KKnopfunctie].
Alleen n : deze functie is alleen beschikbaar in het menu [nKnopfunctie].
%De beschikbare opties zijn afhankelijk van de specifieke knop.
Functie
6
RREC
(filmopname)
Voorbeeld (z)
(Alleen K)
u (one-touch
witbalans)
AF-gebied select.
(N)
NHome
(NHP) (AF-
home-positie)
(alleen K)
MF (b) (AF/MF-
schakelaar)
212 NL
MENU n G n1. Bewerkingen n Knopinstellingen n
KKnopfunctie
MENU n G n1. Bewerkingen n Knopinstellingen n
nKnopfunctie
Het bedieningselement functioneert als een knop voor filmopname.
Druk om het opnemen te starten of te stoppen.
Het diafragma verlagen naar de geselecteerde waarde. Hiermee
kunt u de scherptediepte bekijken. Het diafragma verlaagt naar de
huidige geselecteerde waarde wanneer de knop wordt ingedrukt.
Voorbeeldopties kunnen worden geselecteerd met behulp van
[zVergrendeling] (Blz. 227).
Een waarde meten voor one-touch witbalans (Blz. 154).
Om de witbalans tijdens stilstaande fotografie te meten, kadert u een
referentieobject (een stuk wit papier of iets dergelijks) in het scherm,
houdt u de knop ingedrukt en drukt u op de ontspanknop. Een lijst
met one-touch witbalansopties wordt weergegeven, waaruit u de
locatie kunt kiezen waar de nieuwe waarde wordt opgeslagen.
Om witbalans tijdens filmopname te meten, kader een referentieobject
(een stuk wit papier of iets dergelijks) in het scherm en druk op de knop.
Een lijst met one-touch witbalansopties wordt weergegeven, waaruit u
de locatie kunt kiezen waar de nieuwe waarde wordt opgeslagen.
U kunt de AF-doelmodus (Blz. 78) en de positie (Blz. 77) kiezen.
Druk op de knop om het scherm AF-doelselectie te bekijken.
Gebruik de voorste of achterste regelaar om de AF-doelmodus te
kiezen en de multiselector of de pendelknop om het AF-doel te
positioneren.
• U kunt de knoppen die worden gebruikt voor deze bewerking
kiezen. g "AF-doelselectie (NScherminstellingen selecteren)"
(Blz. 100)
Eerder opgeslagen home-positie-instellingen oproepen voor
[AF-doelmodus] en [AF-richtpunt]. Home-positie-instellingen worden
opgeslagen met behulp van [KN Home instellen] (Blz. 99).
• U kunt verschillende home-posities opslaan voor landschaps- en
portretoriëntaties. g "AF-doelselectie afstemmen op de camera-
oriëntatie (KOriëntatie gekoppeld N)" (Blz. 98)
Wisselen tussen AF en MF. Druk eenmaal in om MF te selecteren
en nogmaals om terug te keren naar de vorige modus. De
scherpstelmodus kan ook worden geselecteerd door de knop
ingedrukt te houden en aan de regelaar te draaien.
Functie