Opbergvak
Opbergvak openen
Slotcilinder 2 met contactsleu-
tel dwars op de rijrichting draai-
en.
Slot van het opbergvak ont-
grendeld.
Op de slotcilinder drukken.
Het deksel 1 springt open.
Opbergvak sluiten
Deksel 1 sluiten en dichtdruk-
ken.
Het slot vergrendelt hoorbaar.
Slotcilinder 2 met contactsleu-
tel in de rijrichting draaien.
Slot van het opbergvak ver-
grendeld.
Koppeling
Koppelingshendel
instellen
Wordt de stand van het
koppelingsvloeistofreservoir
veranderd, dan kan er lucht in het
systeem komen.
Zowel de stuurhendel als het
stuur niet verdraaien.
Het afstellen van de kop-
pelingshendel tijdens het
rijden kan tot ongevallen leiden.
De koppelingshendel alleen
afstellen als de motorfiets
stilstaat.
Draaiknop A in stand 1 draaien:
De stelknop kan
gemakkelijker worden
verdraaid, wanneer daarbij de
koppelingshendel naar voren
wordt gedrukt.
4
69
z