Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

II
Het
is
mogelijk
dat
voorzien
is
van
INBRAAKALARM.
Dit garandeert:
• Een
inbraakbeveiliging
schakelaars op de opengaande
delen
(portieren,
motorkap) en op de elektrische
voeding.
• Een interieurbeveiliging via ul-
trasone sensoren (bewegings-
melders in het interieur).
U kunt deze uitschakelen via de
schakelaar 1 op het dashboard.
A N T I - I N B R A A K A L A R M
B
1
Het systeem bevat bovendien een
sirene en een lampje in de toets
1, dat zichtbaar is van buitenaf
en een van de volgende drie
uw
auto
mogelijke
een
ANTI-
alarmsysteem aanduidt:
• Alarm niet actief (sluimerstand
uitgeschakeld); het lampje is uit.
via
• Alarm actief (in sluimerstand);
het lampje knippert langzaam.
achterklep,
• Alarm afgegaan (inbraaksignaal);
het lampje knippert snel wanneer
u het alarm uitschakelt met de
toets B en gaat uit wanneer het
contact wordt aangezet.
Let op: in geval van een storing
brandt het lampje permanent.
A
toestanden
van
het
UITSCHAKELEN VAN
HET ALARM MET DE
AFSTANDSBEDIENING
Het
alarm
wordt
automatisch
uitgeschakeld bij het ontgrendelen
van de auto (druk op de toets B
van de afstandsbediening).
UITSCHAKELEN VAN HET
ALARM MET DE SLEUTEL
Ontgrendel de portieren met de
sleutel. Het alarm gaat af. Stap in
de auto en zet de contactsleutel
in de contactstand om de sirene
uit te schakelen. Wanneer u niet
ingrijpt blijft de sirene 30 seconden
loeien.
39
II

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave