Download Print deze pagina

Volvo V40 CROSS COUNTRY 2013 Instructieboekje pagina 130

Verberg thumbnails Zie ook voor V40 CROSS COUNTRY 2013:

Advertenties

03 Bedieningsinstructies bestuurder
Start/Stop*
Automatische motorstart
Voorwaarden
Met de schakelhendel in de neutrale
stand:
03
1. Trap het koppelingspedaal of
het gaspedaal in – de motor
start.
2. Schakel een passende versnel-
ling in en rijd weg.
Op een aflopende helling bestaat
ook deze mogelijkheid:
Laat het rempedaal los en laat de
auto wegrollen. De motor start dan
automatisch als de snelheid hoger
wordt dan normaal stapvoets.
Laat het rempedaal los. De motor
start automatisch en u kunt doorrij-
den.
A
M = handbak, A = automaatbak.
Hellingrem HSA
Het rempedaal kan ook bij oplopende hellin-
gen worden losgelaten voor automatische
motorstart. Het HSA-systeem (Hill Start
Assist) zorgt ervoor dat de auto niet achteruit-
rolt.
*
128
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
HSA zorgt ervoor dat de pedaaldruk enkele
seconden lang op peil blijft als u uw voet van
M/
het rempedaal naar het gaspedaal verplaatst
A
A
voordat u wegrijdt na een automatische
motorstop. De tijdelijke remwerking wordt na
M
enkele seconden opgeheven, of eerder bij het
bedienen van het gaspedaal.
Kijk voor meer informatie over HSA op pagina
120.
Start/Stop-systeem deactiveren
In bepaalde situaties is het
mogelijk beter om het auto-
M
matische Start/Stop-systeem
tijdelijk te deactiveren – dit is
mogelijk met een druk op
deze knop.
Bij uitschakeling van het systeem
gaan de Start/Stop-symbolen op
A
het instrumentenpaneel en het
lampje in de knop uit.
Het Start/Stop-systeem blijft gedeactiveerd,
totdat het opnieuw geactiveerd wordt met de
knop of de volgende keer dat de motor wordt
gestart met de sleutel.
Beperkingen
Automatische motorstop werkt niet
Ook als het Start/Stop-systeem geactiveerd
is, zal de automatische motorstop niet wer-
ken als:
Voorwaarden
de auto nog geen ca. 5 km/h rijdt
(= stapvoets) na start met sleutel
of laatste autostop.
u de gordelsluiting hebt geopend.
de capaciteit van de startaccu
onder de toelaatbare ondergrens
is gedoken.
de motor niet op de normale
bedrijfstemperatuur is.
de buitentemperatuur onder het
vriespunt of boven ca. 30 °C is.
de elektrische voorruitwarming
wordt geactiveerd.
de omstandigheden in de passa-
giersruimte afwijken van de inge-
B
stelde waarden
– wat te merken
is aan het hoge toerental van de
interieurventilator.
A
M/A
M + A
M + A
M + A
M + A
M + A
M + A
M + A

Advertenties

loading