Download Inhoudsopgave Inhoud
Deel
Print deze pagina
De Dietrich Easylife ALEZIO S V200 R32 MIV-S/E 4-8 V200 R32 Installatie-, Gebruikers En Servicehandleiding
  1. Handleidingen
  2. Merken
  3. De Dietrich Handleidingen
  4. Warmtepompen
  5. Easylife ALEZIO S V200 R32 MIV-S/E 4-8 V200...
  6. Installatie-, gebruikers en servicehandleiding
De Dietrich Easylife ALEZIO S V200 R32 MIV-S/E 4-8 V200 R32 Installatie-, Gebruikers En Servicehandleiding

De Dietrich Easylife ALEZIO S V200 R32 MIV-S/E 4-8 V200 R32 Installatie-, Gebruikers En Servicehandleiding

Verberg thumbnails
Inhoudsopgave

Advertenties

Quick Links

Download deze handleiding
nl
EASYLIFE
ALEZIO S V200 R32
Installatie-, gebruikers- en servicehandleiding
Omkeerbare lucht/water-warmtepomp 'Split Inverter'
ALEZIO S V200 R32
MIV-S/E 4-8 V200 R32
MIV-S/H 4-8 V200 R32
S U S T A I N A B L E C O M F O R T ®

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Gerelateerde Handleidingen voor De Dietrich Easylife ALEZIO S V200 R32 MIV-S/E 4-8 V200 R32

Samenvatting van Inhoud voor De Dietrich Easylife ALEZIO S V200 R32 MIV-S/E 4-8 V200 R32

  • Pagina 1 EASYLIFE ALEZIO S V200 R32 Installatie-, gebruikers- en servicehandleiding Omkeerbare lucht/water-warmtepomp 'Split Inverter' ALEZIO S V200 R32 MIV-S/E 4-8 V200 R32 MIV-S/H 4-8 V200 R32 S U S T A I N A B L E C O M F O R T ®...

  • Pagina 2: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave Inhoudsopgave Veiligheidsinstructies en aanbevelingen ..............6 Algemene veiligheidsvoorschriften .
  • Pagina 3 Inhoudsopgave 6.3.2 Afstanden tussen buitenunit en binnenunit ..........34 De binnenunit plaatsen .
  • Pagina 4 Inhoudsopgave De stooklijn instellen ................68 Koelfunctie configureren .
  • Pagina 5 Inhoudsopgave 11.5.3 Een klokprogramma activeren en configureren voor het koelen ....... . . 110 11.5.4 De kamertemperatuur tijdelijk wijzigen .

  • Pagina 6: Veiligheidsinstructies En Aanbevelingen

    1 Veiligheidsinstructies en aanbevelingen Veiligheidsinstructies en aanbevelingen Algemene veiligheidsvoorschriften Werking Gevaar Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van acht jaar en ouder en mensen met lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke beperkingen of met gebrek aan erva­ ring en kennis als ze begeleiding en instructie krijgen hoe het apparaat op een veili­ ge manier te gebruiken en de eraan verbonden gevaren begrijpen.
  • Pagina 7 1 Veiligheidsinstructies en aanbevelingen Voorzorgsmaat­ Werkzaamheden aan het koelsysteem moeten uitgevoerd worden door een vakman, volgens de in het regelen vakgebied geldende regelen der kunst (opvangen koudemiddel, lassen met stikstof). Met een 'gekwalificeerd persoon' wordt een persoon bedoeld die bevoegd is om met dit koudemiddel en aan leidingen te werken in overeenstemming met de toepasselijke wet- en regelgeving en die geschoold is in zaken die samenhangen met het omgaan met koudemiddelen en leidingwerk van de binnenunit en buitenunit.

  • Pagina 8: Wateraansluitingen

    1 Veiligheidsinstructies en aanbevelingen Voorzorgsmaat­ Opgelet regelen De drukbegrenzer (veiligheidsventiel of veiligheidsgroep) moet regelmatig worden bediend om kalkaanslag te verwijderen en ervoor te zorgen dat het apparaat niet wordt geblokkeerd. De drukbegrenzingsvoorziening moet aangesloten worden op een afvoerleiding. Omdat er water uit de afvoerpijp op de drukbegrenzer kan stromen, moet deze pijp open blijven naar de lucht, in een vorstvrije omgeving, en met een continu da­...

  • Pagina 9: Veiligheid Tapwater

    1 Veiligheidsinstructies en aanbevelingen Veiligheid tapwater Algemeen Verwarmingswater en sanitair water mogen nooit met elkaar in contact komen. Sanitair water mag niet in de warmtewisselaar circuleren. Wees voorzichtig met het sanitair warm water. Afhankelijk van de warmtepompinstellingen kan de tem­ peratuur van sanitair warm water boven de 65 °C uitkomen.

  • Pagina 10: Elektrische Bedrading

    1 Veiligheidsinstructies en aanbevelingen Elektrische bedrading Algemeen Alleen een erkend installateur of een gekwalificeerd vakman mag werkzaamheden aan de elektrische bedrading van de binnen- en buitenunit uitvoeren. Onder geen beding mogen deze werkzaamheden uit­ gevoerd worden door een niet-gekwalificeerde persoon, want onjuiste uitvoering van de werkzaamheden kan leiden tot elektrische schokken en/of lekstromen.

  • Pagina 11: Installatielocatie

    1 Veiligheidsinstructies en aanbevelingen Installatielocatie Voorzorgsmaat­ Als de binnenunit in een kleine ruimte geïnstalleerd wordt, moeten er gepaste maatregelen (ventilatie) regelen genomen worden om te voorkomen dat het koudemiddel de concentratiegrens overschrijdt, zelfs als het weglekt. Raadpleeg het installatiehoofdstuk wanneer u de maatregelen uitvoert. Een hoge concentratie koudemiddel kan leiden tot een ongeval als gevolg van zuurstoftekort.

  • Pagina 12: Aanbevelingen

    1 Veiligheidsinstructies en aanbevelingen 1.10 Aanbevelingen Werking Zorg ervoor dat de binnenunit en de buitenunit te allen tijde toegankelijk zijn. Controleer regelmatig de hydraulische druk van de cv-installatie. Raak radiatoren niet langdurig aan. Afhankelijk van de warmtepompinstellingen kan de temperatuur van de radiatoren hoger dan 60 °C worden.

  • Pagina 13: Standaard Leveringsomvang

    2 Standaard leveringsomvang Standaard leveringsomvang Tab.1 Collo Inhoud Buitenunit Een buitenunit Een handleiding Binnenunit Een binnenunit Een zakje met documentatie met daarin: een installatie-, gebruikers- en servicehandleiding een beknopte gebruikershandleiding een lijst met belangrijke punten om een succesvolle installatie te garanderen een label dat de totale hoeveelheid koudemiddel aangeeft labels voor koudemiddelen in diverse talen een energielabel...

  • Pagina 14: Op Het Typeplaatje Gebruikte Symbolen

    3 Gebruikte symbolen Op het typeplaatje gebruikte symbolen Afb.1 1 Warmtepomp: type koudemiddel, maximale bedrijfsdruk en door binnenunit opgenomen vermogen. 2 Compatibiliteit met de SMART TC° aangesloten thermostaat 3 Lees voor het installeren en in bedrijf nemen van het apparaat de meegeleverde handleidingen aandachtig door 4 Breng afgedankte producten naar een hiervoor bestemd inzamel- en recyclingpunt...

  • Pagina 15: Technische Specificaties

    Goedkeuringen 4.1.1 Richtlijnen De Dietrich verklaart hierbij dat de apparatuur van het radio-elektrische type ALEZIO S V200 R32 een product is dat hoofdzakelijk ontworpen is voor huiselijk gebruik en in overeenstemming is met de volgende richtlijnen en normen. Het is geproduceerd en in omloop gebracht in overeenstemming met de eisen van de Europese richtlijnen.
  • Pagina 16 4 Technische specificaties Maximum werkdruk: 0,3 MPa (3 bar) Belangrijk De prestatiegegevens in de volgende tabellen gelden alleen voor de volgende configuratie: directe zone. Als er een gemengd verwarmingscircuit wordt gebruikt, gelden deze gegevens niet. Tab.3 Technische specificaties binnenunit Specificaties MIV-S V200 R32 Bedrijfstemperatuurbereik +7 °C tot +30 °C...

  • Pagina 17: Gewicht Warmtepomp

    4 Technische specificaties Toestel Voedingskabeltype Voedingsspanning Maximale stroomsterkte (A) AWHPR 6 MR Eenfase 13,9 AWHPR 8 MR Eenfase 13,9 Tab.9 Gemeenschappelijke specificaties Metingtype Eenheid AWHPR 4 MR AWHPR 6 MR AWHPR 8 MR Totale dynamische opvoerhoogte bij nomi­ nale aanvoer Nominaal luchtdebiet 2070 2070...

  • Pagina 18: Combinatieverwarmingstoestellen Met Middentemperatuur-Warmtepomp

    4 Technische specificaties Tab.13 Technische specificaties van het secondair circuit (sanitair water) Specificatie Eenheid Waarde Maximum bedrijfstemperatuur °C Minimum bedrijfstemperatuur °C Maximale werkdruk MPa (bar) 1,0 (10,0) Watervoorraad Tab.14 Gemeenschappelijke specificaties (volgens de norm EN 16147). Setpunt van watertemperatuur: 54 °C - Buitentemperatuur: 7 °C –...

  • Pagina 19: Sensorspecificaties

    4 Technische specificaties Productnaam Een­ AWHPR 4 MR AWHPR 6 MR AWHPR 8 MR heid COPd = +2 °C 3,39 3,37 3,24 COPd = +7 °C 4,44 4,07 4,10 COPd = +12 °C 7,29 6,58 6,10 COPd = bivalente temperatuur 2,15 2,22 1,95...

  • Pagina 20: Circulatiepomp

    4 Technische specificaties Specificaties aanvoertemperatuursensor verwarming Tab.17 NTC 10K aanvoertemperatuursensor verwarming Temperatuur °C Weerstand Ω 32014 19691 12474 10000 8080 5372 3661 2535 1794 1290 Specificaties van de aanvoer- en retourtemperatuursensors van de condensor Tab.18 PT1000 temperatuursensor Temperatuur °C Weerstand Ω...

  • Pagina 21: Afmetingen En Aansluitingen

    4 Technische specificaties Afmetingen en aansluitingen 4.3.1 Binnenunit Afb.7 435,5 MW-6070031-2 1 Circuit B retour - tweede circuitoptie 8 Aanvoer naar bijverwarmingsketel G3/4" - alleen 2 Circuit B aanvoer - tweede circuitoptie modellen met hydraulische back-up 3 Aansluiting voor koudemiddel - gasleiding 9 Retour van bijverwarmingsketel G3/4"...

  • Pagina 22: Awhpr 4 Mr / Awhpr 6 Mr / Awhpr 8 Mr Buitenunit

    4 Technische specificaties 4.3.2 AWHPR 4 MR / AWHPR 6 MR / AWHPR 8 MR buitenunit Afb.8 417.5 MW-1001805-1 10 X 21(2x) 1 1/4" koudemiddelverbinding – vloeistofleiding 2 1/2" koudemiddelverbinding – gasleiding MIV-S V200 R32 7777839 - v04 - 28032023...

  • Pagina 23: Elektrisch Schema

    4 Technische specificaties Elektrisch schema Afb.9 S3 S2 MW-1001973-3 7777839 - v04 - 28032023 MIV-S V200 R32...
  • Pagina 24 4 Technische specificaties Tekst op het diagram Beschrijving ACI BDR Printplaat voor actieve anode ACI BACKUP POWER SUPPLY Voeding van back-up BLE Smart Antenna ® Print voor Bluetooth -communicatie BLUE Blauw BOILER Ketel BL1 Multifunction BL1 multifunctionele ingang BL2 Multifunction BL2 multifunctionele ingang Condensation sensor Condensatiesensor...

  • Pagina 25: Beschrijving Van Het Product

    5 Beschrijving van het product Beschrijving van het product Typeplaten De typeplaten moeten altijd toegankelijk zijn. Ze bevatten productgegevens en belangrijke informatie: producttype, productiedatum (jaar - week), serienummer, elektrische voeding, bedrijfsdruk, elektrisch vermogen, IP-klasse, koudemiddeltype. Belangrijk Verwijder of bedek nooit de typeplaten en etiketten die op de warmtepomp zijn geplakt.
  • Pagina 26 5 Beschrijving van het product Afb.10 Binnenunit met bijverwarmingsketel 1 Magnesiumanode 15 Retourtemperatuursensor voor condensor ( EHC–08 2 Gebruikersinterface besturingsprint) 3 Toegangsdeur gebruikersinterface 16 Ontluchtingsklep 4 AAN/UIT-knop 17 Veiligheidsklep 5 Warmtewisselaar voor de productie van sanitair 18 Hoofdcirculatiepomp warm water in de boiler (spiraal) 19 Magnetisch zeeffilter 6 Expansievat 20 Aftapkraan sanitair-warmwaterboiler...
  • Pagina 27 5 Beschrijving van het product Afb.11 Binnenunit met elektrische back-up 1 Magnesiumanode 15 Retourtemperatuursensor voor condensor (EHC– 2 Gebruikersinterface 08besturingsprint) 3 Toegangsdeur gebruikersinterface 16 Ontluchtingsklep 4 AAN/UIT-knop 17 Veiligheidsklep 5 Warmtewisselaar voor de productie van sanitair 18 Hoofdcirculatiepomp warm water in de boiler (spiraal) 19 Magnetisch zeeffilter 6 Expansievat 20 Aftapkraan sanitair-warmwaterboiler...

  • Pagina 28: Beschrijving Van De Aansluitklemmenstrook

    5 Beschrijving van het product Afb.12 Plaats van de printen 1 EHC–08centrale eenheid besturingsprint: regelsysteem voor de warmtepomp en het eerste verwarmingscircuit (directe circuit) 2 SCB-04 besturingsprint voor regelsysteem van tweede circuit: beheer van een tweede verwarmingscircuit 3 Tussenliggende klemmenstrook 4 FTC2BR besturingsprint: koppeling met de buitenunit 5 ACI-BDR printplaat: beheer van de actieve anode (ACI) 6 BLE Smart Antenna besturingsprint: Bluetooth...

  • Pagina 29: Optionele Printplaat Tweede Circuit Scb-04

    5 Beschrijving van het product 5.4.2 Optionele printplaat tweede circuit SCB-04 Afb.14 X1 Voeding voor de circulatiepomp/driewegklep/ingang veiligheidstemperatuurbegrenzer X2 Stuursignaal van de circulatiepomp PWM R-Bus : SMART TC° aangesloten kamerthermostaat, aan/uit thermostaat of OpenTherm-thermostaat FUSE Tflow: debietsensor Tout: niets aansluiten X6 230 V-voeding X8 L-Bus naar de EHC–08 besturingsprint X9 L-Bus kroonsteentje...

  • Pagina 30: Beschrijving Van De Gebruikersinterface

    5 Beschrijving van het product Afb.18 1 Naam van toestel 2 Autorisatiecode EHC....... EHC..............BDR........Beschrijving van de gebruikersinterface Zie ook Werking, pagina 106 5.6.1 Beschrijving van de interface Afb.19 Terugknop Hoofdmenuknop Display Selectie-/validatietoets Schermachtergrondkleur volgens status: Blauw = normale werking Rood = waarschuwing voor blokkering Rood knipperend = vergrendeling MW-5000915-1...

  • Pagina 31: Beschrijving Van Status-Iconen

    5 Beschrijving van het product Afb.20 1 Door de buitentemperatuursensor gemeten temperatuur 2 Dag en tijd 3 Hydraulische druk van de installatie 4 Algehele status van het apparaat MW-1001546-2 5 Pictogrammen die de status van het toestel weergeven 5.6.3 Beschrijving van status-iconen Tab.21 Iconen Beschrijving...

  • Pagina 32: Beschrijving Van Het Zone-Display

    5 Beschrijving van het product 5.6.5 Beschrijving van het zone-display Afb.22 Draai in het startscherm aan de knop om naar de schermen te gaan voor de verschillende zones binnen uw installatie. MW-6000860-3 1 Kamertemperatuur (als er een thermostaat is geïnstalleerd) 2 Buitentemperatuur 3 Naam van de zone 4 Zonesymbool...

  • Pagina 33: Installatie

    6 Installatie Installatie Voorbereiding Belangrijk Monteer alle opties op de binnenmodule voordat het apparaat op zijn definitieve positie wordt geplaatst. Installatievoorschriften Waarschuwing De componenten die worden gebruikt voor het aansluiten van de koudwatertoevoer moeten voldoen aan de normen en voorschriften van het land van de installatie. Voor Frankrijk: overeenkomstig artikel L.

  • Pagina 34: Afstanden Tussen Buitenunit En Binnenunit

    6 Installatie Afb.24 1. Neem de vereiste voor het hoogteverschil A tussen de binnenunit en de buitenunit in acht. 2. Neem de vereiste voor de minimum- en maximumlengte B tussen de binnenunit en de buitenunit in acht. Breng indien nodig een of twee horizontale lussen aan in de koudemiddelverbindingen om storingen te verminderen.

  • Pagina 35: De Binnenunit Installeren

    6 Installatie Afb.26 3. De accessoires moeten op de binnenunit worden gemonteerd voordat de unit aan de muur wordt gemonteerd. Zorg voor voldoende ruimte rond de binnenunit. Installeer de binnenunit niet in een kast. Deze ruimte biedt een duidelijke toegang voor 1 0 0 onderhoudswerkzaamheden.
  • Pagina 36 6 Installatie Afb.29 1. Voor verwijdering van het bovenpaneel: draai de 2 schroeven van het bovenpaneel los, duw het bovenpaneel naar achteren, til het bovenpaneel op. Belangrijk Bewaar de twee 2 kartelringen. Bij het weer monteren van het bovenpaneel dienen de kartelringen om de unit te aarden. 2.

  • Pagina 37: Wateraansluitingen

    6 Installatie Wateraansluitingen 6.6.1 Aansluitingen Belangrijk Sluit de opties aan voordat de binnenunit op zijn plek is aangebracht. Monteer bij een installatie met twee verwarmingscircuits de sets EH858 en HK378 door het circuit dat de hoogste temperatuur vereist aan te sluiten op circuit A, en het circuit dat de laagste temperatuur vereist op circuit B.
  • Pagina 38 6 Installatie Tab.23 Circuit Uit te voeren aansluitingen Opgelet Directe verwar­ Op een direct circuit met radiatoren met thermostaatkranen moet ming een differentieelklep worden geïnstalleerd om debiet te garanderen. Radiatoren Installeer een automatische ontluchter op het hoogste punt van het verwarmingscir­ cuit.

  • Pagina 39: Speciale Voorzorgsmaatregelen Voor Het Aansluiten Van Het Verwarmingscircuit

    6 Installatie Afb.34 9 Afsluiter 28 Sanitair-koudwateringang 29 Drukbegrenzer 30 Veiligheidsgroep 54 Uiteinde van de afvoerleiding 2 tot 4 cm vrij en zichtbaar boven de aanvoertrechter 2 cm a Koudwateringang met ingebouwde terugslagklep (54) b Aansluiting op de koudwateringang op de SWW boiler c Overstortklep geijkt op 7 MPa (0,7 bar) d Stopkraan MW-C000711-F...

  • Pagina 40: Bijzondere Voorzorgen Voor Het Aansluiten Van Het Sanitair-Warmwatercircuit

    6 Installatie Tab.25 45 °C toepassing - convectieventilator AWHPR 4 MR AWHPR 6 MR AWHPR 8 MR Inwendig watervolume van binnenunit (L) Minimaal toe te voegen watervolume (L) Tab.26 55 °C toepassing - radiatoren AWHPR 4 MR AWHPR 6 MR AWHPR 8 MR Inwendig watervolume van binnenunit (L) Minimaal toe te voegen watervolume (L)

  • Pagina 41: Aansluiten Van De Afvoerpijp Van De Veiligheidsklep

    6 Installatie 6.6.5 Aansluiten van de afvoerpijp van de veiligheidsklep Afb.36 1. Sluit de afvoerpijp aan op de riolering. Opgelet De afvoerpijp van de veiligheidsklep mag niet worden afgesloten. Opgelet De afvoerbuis kan links of rechts worden gemonteerd. 2. Gebruik een EH860 condenspomp als de helling ontoereikend is voor de afvoer.

  • Pagina 42: Verwarmingscircuit Controleren

    < 1 °f 7 - 15 Totale hardheid van het water °dH 4 - 8,5 mmol/l 0,7 - 1,5 Indien waterbehandeling noodzakelijk is, beveelt De Dietrich de volgende fabrikanten aan: Cillit™ CLimalife® Fernox Permo Sentinel® 6.8.2 Verwarmingscircuit controleren Afb.38 1.

  • Pagina 43: Sanitair-Warmwatercircuit Vullen

    6 Installatie 6.8.3 Sanitair-warmwatercircuit vullen Afb.39 1. Spoel het volledige sanitaire circuit, inclusief de sanitair- warmwatertank, door met minstens 20 maal de totale waterinhoud in overeenstemming met de norm NF DTU 60.1. Gebruik de aftapkraan van het toestel. 2. Zet een warmwaterkraan open. 3.

  • Pagina 44: Locatie Van De Buitenunit Selecteren

    6 Installatie Afb.40 Tab.29 Buitenunit Eenheid AWHPR 4 MR AWHPR 6 MR AWHPR 8 MR 6.9.2 Locatie van de buitenunit selecteren Afb.41 Om ervoor te zorgen dat de buitenunit naar behoren werkt, moet de locatie voldoen aan bepaalde voorwaarden. 1. Bepaal de ideale opstelplaats voor de buitenunit en houd daarbij rekening met de benodigde ruimte en alle wettelijke richtlijnen.

  • Pagina 45: Locatie Van Een Geluidsscherm Kiezen

    6 Installatie 6.9.3 Locatie van een geluidsscherm kiezen Als de buitenunit zich te dicht bij de buren bevindt, kan er een geluidsscherm worden aangebracht om geluidsoverlast te verminderen. Installeer overeenkomstig de geldende wetgeving en normen. Afb.42 1. Plaats het geluidsscherm zo dicht mogelijk bij de lawaaibron, maar zorg dat de lucht in de wisselaar van de buitenunit vrij kan circuleren en dat toegang voor onderhoudswerkzaamheden mogelijk blijft.

  • Pagina 46: Buitenunit Aan Muursteunen Bevestigen

    6 Installatie Afb.44 1. Breng een bed van kiezelstenen aan voor afvoer van de condens. 2. Breng op een stabiele ondergrond betonnen dwarsbalken aan die geen vaste verbinding met het gebouw hebben, en die het gewicht van de buitenunit kunnen dragen. 3.

  • Pagina 47: Apparatuur

    6 Installatie Houd de minimum en maximum afstanden aan tussen de binnenunit en de buitenunit. Voeg geen extra verbindingsstukken tussen de binnenunit en buitenunit toe. Snijd de leidingen met een pijpsnijder en verwijder bramen. Draai de hoek van de opening van de pijp naar beneden zodat er geen deeltjes kunnen binnendringen en om olie-sifon situaties te vermijden.

  • Pagina 48: De Koudemiddelverbindingen Aansluiten Op De Binnenunit

    6 Installatie 6.10.4 De koudemiddelverbindingen aansluiten op de binnenunit Afb.47 Opgelet Gebruik een tweede sleutel om te voorkomen dat de koudemiddelverbinding verdraait. MW-1002117-1 Afb.48 1. Verwijder de Schrader-ventieldop. 2. Controleer of het koelcircuit lekdicht is. Steek voorzichtig een Pfffff... schroevendraaier in de Schrader-klep. U moet een sissend geluid horen, wat aantoont dat het koudemiddelcircuit vloeistofdicht is.

  • Pagina 49: De Koudemiddelverbindingen Aansluiten Op De Buitenunit

    6 Installatie 6.10.5 De koudemiddelverbindingen aansluiten op de buitenunit Afb.50 Opgelet Gebruik een tweede sleutel om te voorkomen dat de koudemiddelverbinding verdraait. MW-1002117-1 Afb.51 1. Verwijder het beschermende zijpaneel van de buitenunit. Afb.52 2. Verwijder de stoppen van de afsluiters. 3.

  • Pagina 50: Vacumeren

    6 Installatie 6.10.7 Vacumeren Vacumeer nadat gecontroleerd is dat het koelcircuit geheel lekkagevrij is. Vacumering is noodzakelijk om lucht en vocht uit het koelcircuit te verwijderen. Afb.55 1. Sluit de vacuümmeter en de vacuümpomp aan op het servicekoppelstuk. 2. Zorg voor een vacuüm in de binnenunit en de koelverbindingsleidingen.
  • Pagina 51 6 Installatie 2. Voeg naargelang de lengte koudemiddel toe via de koudemiddelafsluitklep met behulp van een veiligheidslader volgens de onderstaande tabel: Lengte van koudemiddelleiding Hoeveelheid toe te voegen koudemiddel + 0.100 + 0.200 + 0.300 + 0.400 (1) De buitenunit is voorgevuld met 1.200 kg koudemiddel (2) X = Y x (L - 10) met Y = hoeveelheid koudemiddel (0,020 kg/m) Belangrijk Maximale vulhoeveelheid koudemiddel in het systeem: 1,600 kg...

  • Pagina 52: 6.10.10 Etikettering Van Het Systeem

    6 Installatie 6.10.10 Etikettering van het systeem Afb.59 Verordening (EU) F-Gas N°517/2014 bepaalt dat bepaalde informatie парниковым эффектом zoals de chemische naam van het koudemiddel en de hoeveelheid Fluoritud gaas Заправлен Gaz uorurat ja väljalaskmine: фторированным газом koudemiddel in het koudemiddelcircuit onuitwisbaar op het toestel şi încărcarea: Latviešu Lietuviškai...

  • Pagina 53: 6.10.12 Koelingcircuit Controleren

    6 Installatie Afb.60 1. Plaats de beschermmantel achter de koudemiddelverbindingen. Belangrijk Let op de bevestigingsrichting. Afb.61 2. Vouw de bescherming om de leidingen. 3. Zet de beschermmantel vast met de klittenband. 6.10.12 Koelingcircuit controleren 1. Controleer de plaatsing van de buitenunit en de afstand van de muur. 2.

  • Pagina 54: Elektrische Aansluitingen

    6 Installatie 6.11 Elektrische aansluitingen 6.11.1 Controle en voorbereiding van de elektrische installatie Opgelet Alleen een gekwalificeerde vakman is bevoegd om aan het elektrische gedeelte van de installatie te werken. Afb.62 1. Raadpleeg de vereisten van de geldende normen bij het selecteren van kabels en installatie-automaten en het maken van elektrische aansluitingen op het toestel.
  • Pagina 55 6 Installatie Afb.63 230 V~ 3 x 1,5 mm² Typ C Laux Naux Tout 10 A 2 x 0,35 mm² < 30 m Backup 3kW / 230 V~ 3-6kW / 230 V~ 3-6kW / 400 V 3N~ Backup 400 V 3N~ 230 V~ L1 L2 L3 D3 N L1 L2 L3 D3 N...

  • Pagina 56: Kabels Leggen

    6 Installatie 6.11.3 Kabels leggen Afb.64 1 230 - 400 V circuitkabels 2 0 - 40 V sensorkabels 0-40V Opgelet 230V Houd de sensorkabels gescheiden van de 230/400 V kabels. 400V Maak alle kabels vast aan het bovenpaneel met behulp van een van de kabelklemmen uit het zakje met toebehoren.

  • Pagina 57: De Buitenunit Aansluiten Op De Voeding

    6 Installatie Afb.66 2. Sluit de kabel aan op het klemmenblok zoals getoond in de afbeelding. Druk de knop in om de draad correct in de connector te steken en te blokkeren. Fase (L) Nulleider Aarde Gevaar De aarddraad moet 10 mm langer zijn dan de draden N en L. Laux Naux MW-1001991-1...

  • Pagina 58: De Buitenunit Aansluiten Op De Binnenunit

    6 Installatie 6.11.6 De buitenunit aansluiten op de binnenunit Afb.68 A Kabelklem 1. Verwijder het onderhoudspaneel van de buitenunit. 2. Sluit een BUS-kabel aan (minimale diameter: 2 x 0,75 mm²) tussen de klemmenstroken S2 en S3 op de buitenunit naar de connector X23 op de EHC–08 CPU-kaart voor de binnenunit.
  • Pagina 59 6 Installatie Plaatsen van de buitentemperatuursensor Afb.70 De aansluiting van een buitentemperatuursensor is verplicht om de correcte werking van het toestel te garanderen. Plugdiameter 4 mm / boordiameter 6 mm 1. Kies de juiste locatie voor de buitentemperatuursensor. 2. Plaats de twee pluggen die bij de sensor zijn meegeleverd. 3.

  • Pagina 60: Een Back-Upketel Aansluiten

    6 Installatie 6.11.8 Een back-upketel aansluiten Opgelet De aansluiting van een hydraulische back-up (back-upketel) of elektrische back-up (dompelaar) is essentieel voor het comfort en de veiligheid van het toestel. Als er geen back-up aangesloten is, kunnen het verwarmingscomfort en de bescherming van het toestel tegen vorst niet gewaarborgd worden.

  • Pagina 61: 6.11.10 Een Elektriciteitsmeter Aansluiten

    6 Installatie Afb.75 Configuraties 3. Sluit de voeding aan en monteer indien nodig brug A. De back-up kan indien nodig aangesloten worden op een van de drie fasen van een 3- fasige installatie. Belangrijk L1 L2 L3 D3 N L1 L2 L3 D3 N Brug A bevindt zich in een in de binnenunit opgehangen zakje.

  • Pagina 62: 6.11.11 Controle Van Elektrische Aansluitingen

    7 Inbedrijfstelling 6.11.11 Controle van elektrische aansluitingen 1. Controleer de netvoedingsaansluiting naar de volgende componenten: Buitenunit Binnenunit Verwarmingselement of bijverwarmingsketel afhankelijk van het toestelmodel 2. Indien een bijverwarmingsketel geïnstalleerd wordt, controleer de verbinding tussen de binnenunit en de bijverwarmingsketel: Regeling backup-ketelpomp Warmtevraag of branderstartregeling 3.

  • Pagina 63: Procedure Voor Inbedrijfstelling Met Smartphone

    De binnenunit is af fabriek uitgerust met de BLE Smart Antenna printplaat. De servicetool GTW-35 is aangesloten op de binnenunit. Afb.77 1. Download de De Dietrich START app via Google Play of de App Store. ® 2. Activeer Bluetooth in de parameters van de smartphone.

  • Pagina 64: Cn1 En Cn2 Parameters

    7 Inbedrijfstelling Afb.79 Na ingebruikstelling heeft sanitair-warmwaterbereiding prioriteit. Blijf in deze bedieningsmodus om de temperatuur te laten stijgen en controleer of de warmtepomp goed werkt. Lees de aanvoertemperatuur. Als aan het einde van de ontluchtingscyclus de warmtepomp niet start, controleer dan de aanvoertemperatuur op de gebruikersinterface. De aanvoertemperatuur moet hoger zijn dan 10 °C om de buitenunit te laten starten.

  • Pagina 65: Instelling Van Het Debiet Van Het Interne Tweede Circuit

    7 Inbedrijfstelling 3. Start de meting van het waterdebiet in het circuit in de verwarmingsmodus: Signaal Beschrijving Debietmeter Waterdebiet in het systeem AM056 4. Zet het doeldebiet op de waarde DebietmeterAM056 door afstelling van de differentiële drukklep. Eenheid AWHPR 4 MR AWHPR 6 MR AWHPR 8 MR Drempeldebiet...

  • Pagina 66: Activeren/Deactiveren Van De Bluetooth ® Voor Het Apparaat

    8 Instellingen Zie ook Toegang tot het installateursniveau, pagina 66 De magnetische zeeffilters spoelen (snel jaarlijks onderhoud), pagina 122 Laatste instructies voor de ingebruikname 1. Controleer of de volgende installatiecomponenten correct ingeschakeld zijn: Circulatiepompen Buitenunit Elektrische bijverwarmer of bijverwarmingsketel afhankelijk van het type installatie 2.

  • Pagina 67: Naar Een Parameter Of Een Gemeten Waarde Zoeken

    8 Instellingen 1. Pas de waarde aan van de Bluetooth parameter. Toegangspad > > Installateur > Systeeminstallatie > Bluetooth ® Bluetooth geactiveerd ® Bluetooth gedeactiveerd Zie ook Procedure voor inbedrijfstelling met smartphone, pagina 63 > Bluetooth®, pagina 88 Naar een parameter of een gemeten waarde zoeken Als u de code voor een parameter of gemeten waarde weet, is het gebruik van de functie Zoeken de gemakkelijkste manier voor rechtstreekse...

  • Pagina 68: De Stooklijn Instellen

    8 Instellingen 2. Selecteer de waarde die correspondeert met het type geselecteerd circuit: Waarde Beschrijving Zone1 Zone2 EHC–08 SCB-04 Uitschakelen Geen circuit aangesloten Direct Direct verwarmingscircuit zonder mengklep Menggroep Verwarmingscircuit voor directe vloerverwarming (Zone1) Tweede verwarmingscircuit met mengklep (Zone2) Zwembad Verwarming van zwembad niet beschik­...

  • Pagina 69: Koelfunctie Configureren

    8 Instellingen Koelfunctie configureren De koelmodus wordt gebruikt om de temperatuur in de geselecteerde zone te verlagen tot onder de buitentemperatuur. Koeling van de zone is alleen mogelijk als deze is voorzien van vloerverwarming (parameter Groepfunctie (CP020) ingesteld op Menggroep) of convectieventilatoren (parameter Groepfunctie (CP020) ingesteld op Ventilatorconvector).

  • Pagina 70: De Back-Upketel Configureren

    8 Instellingen De back-upketel configureren 8.7.1 De parameters van de back-upketel configureren Voor een optimale werking van het warmtepompsysteem met een back- upketel moeten de parameters van de back-upketel geconfigureerd worden. 1. Stel de ketel in de 24/7 comfortmodus in. 2.

  • Pagina 71: De Vloer Drogen Met Of Zonder Een Buitenunit

    8 Instellingen 2. Stel de parameters voor de warmtepomp in. Tab.38 Parameter Beschrijving Aanpassing vereist Bival. temperatuur Bivalente temperatuur 5°C HP000 Hybride modus Selectie hybride modus om te kiezen op welke Instellen afhankelijk van de vereiste optimali­ HP061 basis het hybridesysteem optimaliseert sering.

  • Pagina 72: Een Kamerthermostaat Configureren

    8 Instellingen Volg de specificaties op van de vloerfabrikant voor de vloerdroogtijden en -temperaturen. Afb.85 Voorbeeld Aantal dagen voor drogen Starttemperatuur voor het drogen ° C Eindtemperatuur voor het drogen 1. Volg het hieronder beschreven toegangspad. 00:00 00:00 00:00 Tab.40 Toegangspad >...

  • Pagina 73: Een Thermostaat Configureren Met Een Verwarmings-/Koelingscontact

    8 Instellingen Tab.41 De Logica niv. contact (CP640) en Omg.OT. voor koeling (CP690) parameters instellen Waarde van de CP640-para­ Waarde van de CP690-para­ Positie van het aan-/uitcontact Positie van het aan-/uitcontact meter meter voor de verwarming voor de koeling Gesloten (standaardwaarde) Nee (standaardwaarde) Gesloten Gesloten...

  • Pagina 74: Het Comfort Verbeteren Van Het Sanitair Warmwater Of Verwarmingscomfort

    8 Instellingen 1. Volg het toegangspad hieronder. Toegangspad > Installateur > Systeeminstallatie > Warmtepomp > Algemeen 2. Configureer de parameters voor de buffertank. Parameter Beschrijving Aanpassing vereist Buffertank Installatie met een open verdeler of een buffertank die is HP086 aangesloten als open verdeler Hyst buffertank.

  • Pagina 75: De Stille Modus Configureren

    8 Instellingen 5. Als het comfort niet naar uw tevredenheid verbeterd is, stelt u de parameters gewoon opnieuw in. Zie ook Werking van de omschakelaar tussen verwarming en productie van sanitair warm water, pagina 93 8.12 De stille modus configureren De stille modus wordt gebruikt om het geluidsniveau van de buitenunit tot 3 dB gedurende een bepaalde tijdspanne te verlagen, vooral 's nachts.

  • Pagina 76: Voeding Van De Warmtepomp Met Fotovoltaïsche Energie

    8 Instellingen Aantal impulsen per Waarden die moeten worden geconfigu­ reerd voor de Elektr. pulswaarde (HP033) parameter 1000 De elektriciteitsstanden worden weergegeven op de meters Energieverbruik CV (AC005), Energieverbruik SWW (AC006) en Energievrbr. koeling (AC007). De thermische energie van de bijverwarmingsketel of het verwarmingselement wordt ook meegeteld om een totaalbeeld te krijgen van de herwonnen thermische energie.

  • Pagina 77: Aansluiting Van De Installatie Op Een Smart Grid

    8 Instellingen 6. Om de installatie opzettelijk over te verhitten en te profiteren van laagtarief elektriciteit, stelt u richttemperaturen in die overschreden mogen worden. Parameter Beschrijving Aanpassing vereist Offset verwarm. - FV Temperatuuroffset voor setpunt verwarming Stel de autorisatie zodanig in dat de richttempe­ HP091 wanneer fotovoltaïsche energie beschikbaar is ratuur van de verwarming mag worden over­...

  • Pagina 78: Resetten Of Herstellen Van De Parameters

    8 Instellingen 6. Volg het hieronder beschreven toegangspad om de richting van de BL1 IN en BL2 IN multifunctionele ingangen te selecteren. Toegangspad > Installateur > Systeeminstallatie > Warmtepomp > Blokkerende ingang 7. Configureer de parameters Config. contact BL1 (AP098) en Config. contact BL2 (AP099).

  • Pagina 79: Terug Naar De Fabrieksinstellingen

    9 Parameters 8.14.3 Terug naar de fabrieksinstellingen Om de fabrieksinstellingen te herstellen voor de warmtepomp: 1. Druk op de toets 2. Selecteer Installateur. 3. Selecteer Menu 'Geavanceerd' > Fabrieksinstellingen resetten. 4. Selecteer Bevestigen om de fabrieksinstellingen te herstellen. Parameters Parameterlijst De parameters van het toestel zijn direct zichtbaar op het bedieningspaneel.
  • Pagina 80 9 Parameters Tab.47 > Waterdebiet en -druk Parameters Beschrijving van de parameters Fabrieksinstelling EHC–08 Debiet waarschuwing Debietniveau dat een waarschuwing triggert die aangeeft dat het 7 l/min bij 4 kW HP011 debiet onvoldoende wordt 7 l/min bij 6 kW instelbaar van 5 l/min tot 95 l/min 9 l/min bij 8 kW Max.
  • Pagina 81 9 Parameters Parameters Beschrijving van de parameters Fabrieksinstelling EHC–08 Hybride modus Selectie hybride modus om te kiezen op welke basis het Geen HP061 hybridesysteem optimaliseert Geen Kosten Primaire energy Hybride CO2 Piektarief stroom Piektarief stroomkosten (in centen) 13 cent HP062 Instelbaar van 1 tot 250 cent Daltarief stroom Daltarief stroomkosten (in centen)
  • Pagina 82 9 Parameters Tab.51 > Blokkerende ingang (BL-ingang) Parameters Beschrijving van de parameters Fabrieksinstelling EHC–08 Functie blok.ingang Functie blokkerende ingang (BL1) Gedeelt. blokkering AP001 Volledig geblokkeerd Gedeelt. blokkering Resetvergr. gebruik. Backup vrijgegeven Generator vrijgegev. Gen & B.-up Vrijggv Hoog, laag tarief Alleen fotovolt.

  • Pagina 83: Installateur > Systeeminstallatie > Zone1 Of Zone2

    9 Parameters Tab.53 > Stille modus Parameters Beschrijving van de parameters Fabrieksinstelling EHC–08 Stille modus WP Niveau van stille modus voor warmtepomp Geen stille modus HP058 Geen stille modus Stille modus level 1 StartTdStilleWerking Starttijd voor functie 'stille werking' van warmtepomp 22:00 HP094 EindTdStilleWerking...
  • Pagina 84 9 Parameters Parameters Beschrijving van de parameters Fabrieksinstelling Fabrieksinstelling Zone1 Zone2 Groep,setpunt Gewenst setpunt voor kamertemperatuur in Morgen-modus 21 °C 21 °C ruimte Instelbaar van 5 °C tot 30 °C CP083 Groep,setpunt Gewenst setpunt voor kamertemperatuur in Avond-modus 22 °C 22 °C ruimte Instelbaar van 5 °C tot 30 °C...
  • Pagina 85 9 Parameters Parameters Beschrijving van de parameters Fabrieksinstelling Fabrieksinstelling Zone1 Zone2 Icoon weerg Kies icoon voor deze groep Geen Woonkamer groep Geen CP660 Alle Slaapkamer Woonkamer Studeer-/werkkamer Buiten Keuken Kelder Zwembad SWW-tank SWW elektr. boiler Gelaagde boiler SWW Int. boilerreservoir Tijdprogramma Regelstrategie Selecteer de manier van regelen voor de groep...

  • Pagina 86: Installateur > Systeeminstallatie > Sww (Sanitair Warm Water)

    9 Parameters 9.1.3 > Installateur > Systeeminstallatie > SWW (sanitair warm water) Het circuit van de SWW bevindt zich op de EHC–08 besturingsprint. Een sensor voor sanitair warm water dient te worden aangesloten op de besturingsprint EHC–08 om deze parameters te tonen in het submenu SWW.

  • Pagina 87: Installateur > Systeeminstallatie > Buitentemp Voeler

    9 Parameters Tab.65 > Waterdebiet en -druk Parameters Beschrijving van de parameters Fabrieksinstelling EHC–08 Min. rpm. SWW pomp Minimum toerental pomp voor warmwater bedrijf DP037 Instelbaar van 0 % tot 100 % Max. rpm. SWW pomp Maximum toerental pomp voor warmwater bedrijf 100% DP038 Instelbaar van 0 % tot 100 %...

  • Pagina 88: Bluetooth

    9 Parameters Parameters Beschrijving van de parameters Fabrieksinstelling Fabrieksinstelling Zone1 Zone2 Tout voor vorstbev Buitentemperatuur waaronder de vorstbeveiliging 3 °C 3 °C AP080 wordt geactiveerd : Instelbaar van -30 t/m 20°C Ingesteld op -30 °C = functie UIT Buitensensor bron Type van te gebruiken buitensensorverbinding Auto Auto...
  • Pagina 89 9 Parameters Signalen Beschrijving van de signalen Huidige modus Huidige bedrijfsmodus CM200 Stand-by Verwarming Koeling Tbuiten Gemeten buitentemperatuur in °C CM210 Tab.69 > Zone2 Signalen Beschrijving van de signalen Groep TAanv/SWW-temp Meet aanvoertemperatuur groep of SWW-temp in °C CM040 Tab.70 >...
  • Pagina 90 9 Parameters Signalen Beschrijving van de signalen Status 3wgkl Status van de driewegklep AM037 Debietmeter Waterdebiet in het systeem in l/min AM056 Intern setpunt Intern aanvoertemperatuur setpunt AM101 Aanvoertemp. WP Aanvoertemperatuur van warmtepomp in °C HM001 Retourtemp. WP Retourtemperatuur van warmtepomp in °C HM002 Contactpositie BL1 Contactpositie BL1...

  • Pagina 91: Installateur > Tellers

    9 Parameters 9.1.7 > Installateur > Tellers Tab.75 Tellers Beschrijving van de tellers Prod.uren na serv Aantal bedrijfsuren sinds laatste service AC002 Bedr.uren na serv Aantal uren sinds de laatste service aan het toestel AC003 Starts sinds service Aantal verwarmingsgeneratorstarts sinds laatste service AC004 Energieverbruik CV Elektriciteitsverbruik voor verwarming in kWh...

  • Pagina 92: Beschrijving Van De Parameters

    9 Parameters Beschrijving van de parameters 9.2.1 Naverwarming in de verwarmingsmodus Startvoorwaarden voor de back-up De back-ups hebben toestemming om normaal op te starten, behalve als er sprake is van stroomonderbreking of -beperking die is gerelateerd aan bivalentie (Bival. temperatuur - HP000). Als de warmtepomp ook moet worden begrensd, worden back-ups desondanks toegestaan te functioneren om het verwarmingscomfort te garanderen.

  • Pagina 93: Naverwarming In De Sanitair-Warmwatermodus

    9 Parameters Als het systeem bezig is met het uitvoeren van een opdracht, start de back-upketel of het elektrisch verwarmingselement onmiddellijk op om het verwarmingscomfort te garanderen. 9.2.2 Naverwarming in de sanitair-warmwatermodus Startvoorwaarden voor de back-up De startvoorwaarden voor de back-up voor de productie van sanitair warm water zijn afhankelijk van de Functie blok.ingang (AP001) en Functie BL2 (AP100) parameters voor de blokkeeringangen BL1 respectievelijk BL2.

  • Pagina 94: Werking Van De Stooklijn

    9 Parameters t Tijd D Hysterese sww DP120: Setpunttemperatuur inschakelingsdifferentieel van het te laden sanitair warm water Tab.76 Fase Beschrijving van de fase Beschrijving van de werking Uitsluitend bereiding sanitair warm Als het systeem is ingeschakeld, als sanitair-warmwaterbereiding is toege­ water staan en de parameter Beheer SWW (DP051) is geconfigureerd naar Alleen WP, dan wordt een sanitair-warmwaterbereidingscyclus opgestart...
  • Pagina 95 9 Parameters Afb.89 MW-6070170-1 55 °C 50 °C 45 °C 34 °C 30 °C 26 °C 20 °C 15 °C 0 °C 0 °C 20 °C 10 °C -10 °C -20 °C -30 °C 1 Instelpunt actuele aanvoertemperatuur van groep 3 Helling stooklijn CP230 CM070 4 Buitentemperatuur CM210...
  • Pagina 96 9 Parameters Afb.90 Verwarmingscurve zonder curve Zonder instelling van de curve basistemperatuur (CP210 / CP220 basis ingesteld op 15 °C): een buitentemperatuur CM210 van 0 °C levert een aanvoersetpunttemperatuur voor het circuit CM070 van 34 °C. MW-6070163-1 CM070 °C CM210 °C Afb.91 Verwarmingscurve met curve basis...

  • Pagina 97: 10 Voorbeelden Van Aansluiting En Installatie

    10 Voorbeelden van aansluiting en installatie 10 Voorbeelden van aansluiting en installatie 10.1 Installatie met één dompelaar en één direct circuit 10.1.1 Hydraulisch schema Afb.92 AD324 HA255 230V 50Hz 230V 230V EH142 50Hz 50Hz MW-1002009-2 EH142: aansluitset koelmiddel 1/2" - 1/4" HA255: bekabelingsset voor directe vloerverwarming AD324: SMART TC°...

  • Pagina 98: De Warmtepomp Aansluiten En Configureren

    10 Voorbeelden van aansluiting en installatie 10.1.2 De warmtepomp aansluiten en configureren Afb.93 230V 50Hz 19° 230V 230V 50Hz 50Hz MW-1001152-4 1 Buitentemperatuursensor 3 Thermostaat 2 Bekabelingsset voor directe vloerverwarming 8 Buitenunit-busaansluiting 1. Sluit de accessoires en opties aan op de besturingsprint EHC–08. Houd u aan de juiste kabeldoorvoeren voor 230-400 V en 0-40 V.

  • Pagina 99: Installatie Met Één Dompelaar En Twee Circuits

    10 Voorbeelden van aansluiting en installatie Parameter Beschrijving Aanpassing vereist Koelen Configuratie van de koelmodus Actieve koeling AP028 10.2 Installatie met één dompelaar en twee circuits 10.2.1 Hydraulisch schema Afb.94 AD324 AD324 EH858 230V EH858 50Hz HK378 EH858 230V 230V EH142 50Hz 50Hz...

  • Pagina 100: De Warmtepomp Aansluiten En Configureren

    10 Voorbeelden van aansluiting en installatie 10.2.2 De warmtepomp aansluiten en configureren Afb.95 230V 50Hz 19° 230V 230V 50Hz 50Hz Laux Naux EHC-08 SCB-04 MW-1002013-2 1 Buitentemperatuursensor 6 Driewegklep voor de tweede circuitset 2 Veiligheidsthermostaat voor vloerverwarming 7 Thermostaat voor radiatorcircuit aanvoer 8 Buitenunit-busaansluiting 3 Thermostaat van vloerverwarmingscircuit...
  • Pagina 101 10 Voorbeelden van aansluiting en installatie 4. Volg het hieronder gegeven toegangspad voor toegang tot de parameters voor het radiatorcircuit (Zone1). Toegangspad > Installateur > Systeeminstallatie > Zone1 5. Configureer de parameters voor het radiatorcircuit (Zone1). Parameter Beschrijving Aanpassing vereist Groepfunctie Functionaliteit van de Direct (fabrieksinstelling)

  • Pagina 102: Installatie Met Twee Circuits En Een Buffervat Dat Gebruikt Wordt Als Open Verdeler

    10 Voorbeelden van aansluiting en installatie 10.3 Installatie met twee circuits en een buffervat dat gebruikt wordt als open verdeler 10.3.1 Hydraulisch schema Afb.96 CIRC A CIRC B AD324 AD324 HK150 EH142 EA143 Ö & Ö & Ö & Ö & EA144 230V 50Hz...

  • Pagina 103: De Warmtepomp Aansluiten En Configureren

    10 Voorbeelden van aansluiting en installatie 10.3.2 De warmtepomp aansluiten en configureren Afb.97 CIRC A CIRC B Ö & Ö & Ö & Ö & 230V 50Hz 230V 230V 50Hz 50Hz MW-6070158-2 Laux Naux EHC-08 SCB-04 CIRC A Zone1 5 Debietsensor voor vloerverwarmingscircuit CIRC B Zone2 7 Circulatiepomp voor circuit B 1 Buitentemperatuursensor...
  • Pagina 104 10 Voorbeelden van aansluiting en installatie 2. Sluit de accessoires en opties aan op de besturingsprint SCB-04. Houd u aan de juiste kabeldoorvoeren voor 230-400 V en 0-40 V. 3. Stel, bij het eerste opstarten of na het resetten van de fabrieksparameters, de parameters CN1 en CN2 overeenkomstig het vermogen van de buitenunit in.

  • Pagina 105: Installatie Met Een Zwembad

    10 Voorbeelden van aansluiting en installatie 13. Stel de parameters in die gekoppeld zijn aan de open verdeler: Parameter Beschrijving Aanpassing vereist Buffertank Het hydraulisch beheer van de HP086 buffertank activeren Hyst buffertank. Temperatuurhysterese om Fabrieksinstelling: HP087 verwarming van de buffertank te 3°C starten of te stoppen Toestelpomp functie...

  • Pagina 106: 11 Werking

    11 Werking 2. Configureer de parameters voor zone 2. Parameter Beschrijving Aanpassing vereist Groepfunctie Functionaliteit van de groep Zwembad CP020 Groep, Sept. Zwembad Setpunt van zwembad 26 °C CP540 Belangrijk Voor back-up wordt dezelfde logica gevolgd als voor verwarmen. Eventueel kan de werking van de back-ups met de BL-ingangen worden geblokkeerd.

  • Pagina 107: Zones Aanpassen

    11 Werking Afb.100 1. Druk op de toets 2. Selecteer Systeeminstellingen. 3. Selecteer Display-instellingen. 4. Pas de waarde aan van de Kinderslot parameter: Kinderslot geactiveerd Kinderslot uitgeschakeld MW-6000876-01 11.3 Zones aanpassen 11.3.1 Definitie van de term "zone" Afb.101 Zone: term gebruikt voor de verschillende hydraulische circuits. Het bepaalt de diverse ruimtes die door hetzelfde circuit worden bediend.

  • Pagina 108: De Naam Van Een Activiteit Wijzigen

    11 Werking Afb.104 Tab.80 Voorbeeld Setpoint kamertempera­ °C Begin van de activiteit Activiteit tuur 6:30 20 °C Ochtend 9:00 19 °C 17:00 20 °C Thuis 06:30 09:00 17:00 20:00 23:00 20:00 22 °C Avond MW-1001144-2 23:00 16 °C Slapen 11.4.2 De naam van een activiteit wijzigen De namen van de diverse activiteiten worden in de fabriek ingesteld: Ochtend, Slapen, Thuis, Avond, Weg en Aangepast.

  • Pagina 109: Kamertemperatuur Voor Een Zone

    11 Werking 11.5 Kamertemperatuur voor een zone 11.5.1 Bedrijfsmodus selecteren Om de kamertemperatuur in te stellen voor de verschillende leefruimten, kunt u kiezen uit vijf bedrijfsmodussen. Als u een programmeerbare aan/uit-thermostaat gebruikt, adviseren we de handmatige-bedieningsmodus voor de zone. As u OpenThem of R-bus gebruikt, adviseren we de Programmeer- bedieningsmodus waarmee de kamertemperatuur kan worden aangepast aan uw activiteiten en uw energieverbruik kan worden geoptimaliseerd.

  • Pagina 110: Een Klokprogramma Activeren En Configureren Voor Het Koelen

    11 Werking Afb.113 5. Om de klokprogrammering te wijzigen, selecteert u het programma dat u wilt wijzigen. De voor maandag geplande activiteiten worden weergegeven. De laatste activiteit van een dag is geldig tot de eerste activiteit op de volgende dag. 6.

  • Pagina 111: De Kamertemperatuur Tijdelijk Wijzigen

    11 Werking Afb.116 4. Selecteer de te wijzigen dag. 5. Voer de volgende handelingen uit volgens uw behoeften: MW-6000882-1 Tab.83 Actie Procedure Wijzig de tijdsinstellingen van de geprogram­ Selecteer een geprogrammeerde activiteit. meerde activiteiten. Druk op de toets Wijzig de starttijd en/of de hieraan verbonden activiteit. Selecteer Bevestigen om de wijziging op te slaan.

  • Pagina 112: Sanitair-Warmwatertemperatuur

    11 Werking 11.6 Sanitair-warmwatertemperatuur 11.6.1 Werkingsmodus selecteren Voor de productie van sanitair warm water kunt u kiezen uit vijf bedrijfsmodussen. Wij adviseren de Programmeer modus waarmee de bereidingsperiode van sanitair warm water kan worden aangepast aan uw behoeften en uw energieverbruik kan worden geoptimaliseerd. Afb.120 1.

  • Pagina 113: Sanitair-Warmwaterbereiding Forceren (Override)

    11 Werking Afb.125 5. Om de klokprogrammering te wijzigen, selecteert u het programma dat u wilt wijzigen. De voor maandag geplande activiteiten worden weergegeven. De laatste activiteit van een dag is geldig tot de eerste activiteit op de volgende dag. MW-6000887-1 Afb.126 6.

  • Pagina 114: De Richttemperaturen Van Het Sanitair Warm Water Wijzigen

    11 Werking Afb.129 4. Selecteer Tijdelijke temperatuursverandering. 5. Geef de tijd aan dat de override eindigt. 6. Selecteer Bevestigen om de override te bevestigen. Selecteer een andere bedrijfsmodus om de override te annuleren. MW-6000888-02 11.6.4 De richttemperaturen van het sanitair warm water wijzigen De sanitair warmwaterproductie werkt met twee richttemperaturen: Comfort setpunt SWW : gebruikt in de programmeer, handmatige en Tijdelijke temperatuursverandering modussen...

  • Pagina 115: Uitschakelen Van De Verwarming In De Zomer

    11 Werking Afb.134 1. Druk in het startscherm op de toets. MW-6000868-2 Afb.135 2. Selecteer Geforceerde koeling Aan/Uit. 3. Selecteer de gewenste waarde: Ja : koeling is actief, ongeacht de buitentemperatuur. Nee : het systeem activeert automatisch de koeling op basis van de buitentemperatuur.

  • Pagina 116: Vorstbeveiliging

    11 Werking vakantiemodus bedieningsmodus worden geactiveerd voor alle zones, inclusief de sanitair warm water-zone of de Vakantie bedieningsmodus voor iedere zone afzonderlijk. Vakantiemodus voor alle zones activeren Als u van plan bent enkele weken van huis te gaan kunt u de Systeem vakantiemodus bedieningsmodus activeren voor alle zones, inclusief sanitair warm water.

  • Pagina 117: Het Energieverbruik Bewaken

    11 Werking Als de watertemperatuur lager is dan 8 °C, start de circulatiepomp. Als de watertemperatuur lager is dan 6 °C, start de bijverwarming op. Bij een watertemperatuur hoger dan 10°C schakelt de bijverwarming uit en draait de circulatiepomp kort na. De radiatorkranen in de vorstgevoelige ruimtes moet wel helemaal opengedraaid zijn.

  • Pagina 118: De Warmtepomp Uitschakelen

    12 Onderhoud 3. Controleer de hydraulische druk in de installatie die wordt aangegeven op de gebruikersinterface. Belangrijk Geadviseerde hydraulische druk tussen 1,5 en 2,0 bar. Belangrijk De drukmeting van de drukmeter kan enigszins afwijken van die van de gebruikersinterface wanneer de circulatiepomp in werking 11.9.2 De warmtepomp uitschakelen De warmtepomp moet in bepaalde situaties worden uitgeschakeld,...

  • Pagina 119: Informatie Voor Onderhoudsmonteur

    12 Onderhoud Belangrijk Onderhoud mag alleen worden uitgevoerd volgens de aanbevelingen van de fabrikant. Vervang beschadigde onderdelen. Verwijder koudemiddel wanneer u het koelcircuit opent voor reparatie of andere doeleinden. Vang het koudemiddel op in de juiste opvangcilinders. 12.2 Informatie voor onderhoudsmonteur Tab.87 Onderwerp Beschrijving...

  • Pagina 120: Lijst Van Inspectie- En Onderhoudswerkzaamheden

    12 Onderhoud Om de levensduur van de apparaten te verlengen. Om een installatie te leveren die het beste gebruikerscomfort in de loop van de tijd biedt. Opgelet Alleen een erkend installateur mag werkzaamheden aan de warmtepomp en de verwarmingsinstallatie verrichten. Opgelet Schakel voor alle werkzaamheden aan het koudemiddelcircuit het toestel uit en wacht enkele minuten.

  • Pagina 121: Verwarmingscircuit Aftappen

    12 Onderhoud Tab.91 Andere inspectie- en onderhoudswerkzaamheden Controleren Uit te voeren handelingen Elektrische aansluitingen Vervang defecte onderdelen en kabels. Schroeven en moeren Controleer alle schroeven en moeren (kap, houder, enz.). Isolatie Vervang de beschadigde stukken bekleding. Filters Reinig de filters. Waterdebiet in verwarmingsmodus Controleer het waterdebiet in de verschillende verwarmingscircuits.

  • Pagina 122: Reinigen Van De Magnetische Zeeffilters

    12 Onderhoud 12.7 Reinigen van de magnetische zeeffilters 12.7.1 De magnetische zeeffilters spoelen (snel jaarlijks onderhoud) De magneetfilters op de retourleidingen van het verwarmingscircuit voorkomen dat de platenwarmtewisselaar verontreinigd en verstopt raakt. Deze moeten jaarlijks worden gereinigd om ervoor te zorgen dat water op de juiste manier kan doorstromen in de installatie.

  • Pagina 123: Magnesiumanode Controleren

    12 Onderhoud Afb.152 6. Plaats het filter terug en houd daarbij de spiebaan van het plastic onderdeel in het oog. Opgelet Gevaar van breuk: lijn de uitsparing uit met de nok. 7. Controleer of de pakking goed op zijn plek zit voordat deze met de sleutel wordt aangedraaid.

  • Pagina 124: Controleer De Hydraulische Druk

    12 Onderhoud Afb.154 7. Meet de diameter van de anode. Vervang de anode indien de diameter kleiner dan 15 mm is. 8. Bevestig een nieuwe lippakking en steunringunit. Plaats het lipje op Ø > 15 mm = de lippakking naar de buitenzijde van de sanitair-warmwaterboiler gericht.

  • Pagina 125: 13 Bij Storing

    13 Bij storing Afb.156 3. Kantel de steun van de gebruikersinterface naar voren en hang deze in een horizontale positie. Belangrijk Houd de gebruikersinterfacemodule goed vast om de elektrische aansluitingen niet los te trekken of los te koppelen. MW-3000516-02 Afb.157 4.

  • Pagina 126: Waarschuwingscodes

    13 Bij storing Tab.92 Type code Formaatcode Kleur van het display Waarschuwing Axx.xx Continu rood Vergrendeling Hxx.xx Continu rood Vergrendeling Exx.xx Knipperend rood 13.1.2 Waarschuwingscodes Een waarschuwingscode geeft aan dat niet voldaan wordt aan de optimale bedrijfsomstandigheden. Het systeem blijft veilig werken, maar er is een risico op uitschakeling als de situatie verder verslechtert.
  • Pagina 127 13 Bij storing Code Melding Beschrijving H00.17 SWW sensor kortgesl. Temperatuursensor tank sanitair warm water is kortgesloten of meet een temperatuur boven het bereik Controleer de bedrading tussen de hoofdbesturingsprint en de sensor. Controleer of de sensor goed gemonteerd is. Controleer de weerstandswaarde van de sensor.
  • Pagina 128 13 Bij storing Code Melding Beschrijving H00.52 T WP retour dicht Retourtemperatuursensor warmtepomp is kortgesloten of meet een temperatuur boven het bereik Controleer de bedrading tussen de hoofdbesturingsprint en de sensor. Controleer of de sensor goed gemonteerd is. Controleer de weerstandswaarde van de sensor. Vervang de sensor indien nodig.
  • Pagina 129 13 Bij storing Code Melding Beschrijving H02.23 Systeemdebiet fout Waterdoorstromingsfout van het systeem actief Verstopt verwarmingscircuit: Zorg ervoor dat de thermostaatkranen of afsluiters geheel geopend zijn. Controleer of de filters niet verstopt zijn en reinig ze indien nodig. Reinig en spoel de installatie door. Geen doorstroming: Controleer of de afsluiters en de thermostaatkranen open staan.

  • Pagina 130: Vergrendelingscodes

    13 Bij storing Code Melding Beschrijving H06.26 Warmtepmp vloeistofT Warmtepomp vloeistoftemperatuur sensorfout Controleer de bekabeling tussen de besturingsprint FTC2BR en de sensor. Controleer of de sensor goed gemonteerd is. Controleer de weerstandswaarde van de sensor. Vervang de sensor indien nodig. H06.27 Vorstbeveiliging De vorstbeveiliging warmtepomp is geactiveerd...

  • Pagina 131: Het Foutgeheugen Weergeven En Wissen

    13 Bij storing Tab.95 Code Melding Beschrijving E00.00 T Aanvoer open De aanvoertemperatuursensor is verwijderd of meet een temperatuur beneden het bereik Controleer de bekabeling tussen de hoofdbesturingsprint en de sensor Controleer of de sensor goed gemonteerd is Controleer de weerstandswaarde van de sensor Vervang de sensor indien nodig E00.01 Aanvtempsens...

  • Pagina 132: Toegang Tot Informatie Over Hardware- En Softwareversies

    14 Afdanken en afvoeren 1. Volg het hieronder beschreven toegangspad voor deze informatie. Toegangspad > Installateur > Storingsgeschiedenis De lijst met 32 meest recente fouten wordt weergegeven met de foutcode, een korte beschrijving en de datum. 2. Selecteer de fout waarvoor u de details wilt raadplegen en druk op de toets 3.

  • Pagina 133: Verwijdering En Recycling

    14 Afdanken en afvoeren 2. Schakel de elektrische voeding naar de warmtepomp uit: buitenunit en binnenunit. 3. Onderbreek de stroomvoorziening van het elektrisch verwarmingselement, indien aanwezig. 4. Onderbreek de stroomvoorziening van de back-upketel, indien aanwezig. 5. Tap de cv-installatie af. 14.2 Verwijdering en recycling Afb.159...

  • Pagina 134: Label

    14 Afdanken en afvoeren 6. Start de opvangmachine en bedien het volgens de instructies. Belangrijk Overvul de cilinders niet (niet meer dan 80% volume vloeibare vulling). Overschrijd de maximum werkdruk van de cilinder niet, ook niet tijdelijk. 7. Als de cilinders correct zijn gevuld en het proces voltooid is, zorg er dan voor dat de cilinders en de apparatuur onmiddellijk van de plaats worden verwijderd en alle afsluiters op de apparatuur afgesloten zijn.

  • Pagina 135: 15 Reserveonderdelen

    15 Reserveonderdelen 15 Reserveonderdelen 15.1 Binnenunit Afb.161 Basisframe 39 37 MW-1002028-1 Tab.97 Lijst van reserveonderdelen voor het basisframe Positienr. Referentie Beschrijving 7657368 Achterpaneel BRO303892 112 x 56 doorvoertule 200019786 Set deurveren 7777839 - v04 - 28032023 MIV-S V200 R32...
  • Pagina 136 15 Reserveonderdelen Positienr. Referentie Beschrijving 7618888 Kabelklem 300024463 Zijpaneel 95365613 Contactveer voor dompelhuls 7780543 Expansievatsteun 7615287 Steun van gebruikersinterface 300024488 Witte tweepolige schakelaar 7619159 Haak voor gebruikersinterface 7684459 KB 35 x 12 schroeven 7616612 Steun van gebruikersinterface 200019243 Frontmantel compleet 7675087 Bovenpaneel 7773507...
  • Pagina 137 15 Reserveonderdelen Afb.162 Hydraulisch circuit MW-1002030-1 Tab.98 Lijst van reserveonderdelen voor het hydraulische circuit Positienr. Referentie Beschrijving 7618852 3-6 kW voorverwarmer voor modellen met dompelaar Model met bijverwarmingsketel: niet beschikbaar 300025392 DN8 3/8" - 1/2" rechte slang S62753 Expansievat RP 250 - inhoud 8 liter 7791951 Condensor 95610593...
  • Pagina 138 15 Reserveonderdelen Positienr. Referentie Beschrijving 7676850 Verwarmingscircuit-retourleiding 95023311 21 x 3,5 EPDM O-ring 7611475 25 x 2,5 pen 7682224 Leiding overstortklep 7831575 Gekartelde flensmoer H M8 Model met bijverwarmingsketel: niet beschikbaar 300022989 Debietmeter DN20 7622042 Debietsensor collectorbuis 7801846 Compleet hydroblok 7675593 Motor driewegklep 7710009...
  • Pagina 139 15 Reserveonderdelen Positienr. Referentie Beschrijving BRO349558 5 x 11 x 2 pakking 7622178 M8 x 1 kunststof sluitring Model met bijverwarmingsketel: niet beschikbaar 300024783 Isolatie voor aansluitingen 7775597 EPDM 21,89 x 2,62 O-ring, wit 94994711 Afvoerbuis voor aftapkraan 7706481 Onderhoudssleutel 7781874 Isolatie voor 1/2"...
  • Pagina 140 15 Reserveonderdelen Positienr. Referentie Beschrijving 7675721 Deksel voor printplaat 7603382 Kabelklem- en schroevenset 95362450 BuitentemperatuursensorAF60 7611483 Beugel met FINDER relais voor modellen met dompelaar Model met bijverwarmingsketel: niet beschikbaar 200018815 COTHERM BSDP 0002 thermostaat voor modellen met dompelaar Model met bijverwarmingsketel: niet beschikbaar 7621071 Dompelaarklem voor modellen met dompelaar Model met bijverwarmingsketel: niet beschikbaar...
  • Pagina 141 15 Reserveonderdelen Tab.100 Lijst van reserveonderdelen voor de kabelbomen Positienr. Referentie Beschrijving 7622643 Printplaat aardingskabel (compleet) 7619619 Kabelboom voor driewegklep interne voeding 7622410 Aardingskabel (compleet) 7744664 L-bus-kabel 7788480 Voorverwarmerkabelboom voor modellen met dompelaar Model met bijverwarmingsketel: niet beschikbaar 88014936 VM aarddraad Model met bijverwarmingsketel: niet beschikbaar 85554908 X-Y aardaansluitingsdraad...

  • Pagina 142: Awhpr 4 Mr / Awhpr 6 Mr / Awhpr 8 Mr Buitenunit

    15 Reserveonderdelen 15.2 AWHPR 4 MR / AWHPR 6 MR / AWHPR 8 MR buitenunit Afb.165 MW-1001863-2 Tab.101 Positienr. Referentie Beschrijving 7776135 Bovenpaneel 7776136 Spoel (verdamper/condensor) 7776137 Ventilatormotor 7776138 Schroef van de ventilator 7776139 Moer 7776140 Greep 7776141 Voorpaneel MIV-S V200 R32 7777839 - v04 - 28032023...

  • Pagina 143: 16 Productkaart En Pakketkaart

    16 Productkaart en pakketkaart Positienr. Referentie Beschrijving 7776142 Ventilatorrooster 7776153 Onderstel 7776154 Anti-trillingsset voor compressor 7776155 Compressor SVB130FBBMT (modellen met AWHPR 4 MR) 7776156 Compressor SVB172FCKMT (modellen met AWHPR 6 MR of AWHPR 8 7776157 Afsluiterset 7776158 Expansieklep 7776159 Spoel expansieklep 7776200 21S4 magneetklepspoel 7776201...

  • Pagina 144: Productkaart - Temperatuurregelaar

    16 Productkaart en pakketkaart AWHPR 4 MR AWHPR 6 MR AWHPR 8 MR Nominale warmteafgifte, onder koudere - warmere klimaatom­ 4 – 5 5 - 6 5 – 7 standigheden Ruimteverwarming - jaarlijks energieverbruik onder koudere - 3801 – 1607 4284 –...
  • Pagina 145 16 Productkaart en pakketkaart Afb.166 Pakketkaart voor middentemperatuur-warmtepompen met vermelding van de energie-efficiëntie voor ruimteverwarming van het pakket Seizoensgebonden energie-effi ciëntie van ruimteverwarming door warmtepomp ‘I’ Temperatuurregelaar Klasse I = 1%, Klasse II = 2%, Klasse III = 1,5%, Klasse IV = 2%, Klasse V = 3%, Klasse VI = 4%, overeenkomstig productkaart temperatuurregelaar Klasse VII = 3,5%, Klasse VIII = 5% Aanvullende ketel...
  • Pagina 146 16 Productkaart en pakketkaart De waarde van het verschil tussen de seizoensgebonden energie- efficiënties voor ruimteverwarming onder gemiddelde en koudere klimaatomstandigheden, uitgedrukt in %. De waarde van het verschil tussen de seizoensgebonden energie- efficiënties voor ruimteverwarming onder warmere en gemiddelde klimaatomstandigheden, uitgedrukt in %.

  • Pagina 147: Pakketkaart - Combinatieverwarmingstoestellen (Ketels Of Warmtepompen)

    16 Productkaart en pakketkaart 16.4 Pakketkaart - combinatieverwarmingstoestellen (ketels of warmtepompen) Afb.167 Pakketkaart voor combinatieverwarmingstoestellen (ketels of warmtepompen) met vermelding van de energie- efficiëntie voor waterverwarming van het pakket Energie-effi ciëntie van waterverwarming door combinatieverwarmingstoestel ‘I’ Opgegeven capaciteitsprofi el: Bijdrage zonne-energie Aanvullende elektriciteit overeenkomstig productkaart zonne-energie- installatie...

  • Pagina 148: 17 Bijlage

    17 Bijlage 17 Bijlage 17.1 Naam en symbool van de zones Tab.106 In de fabriek in­ In de fabriek in­ Door de klant ingestelde naam en symbool gestelde naam gesteld symbool Zone1 Zone2 17.2 Naam en temperatuur van de activiteiten Tab.107 Naam en temperatuur van de activiteiten voor verwarmen In de fabriek ingestelde In de fabriek ingestelde...
  • Pagina 149 17 Bijlage 7777839 - v04 - 28032023 MIV-S V200 R32...
  • Pagina 150 17 Bijlage MIV-S V200 R32 7777839 - v04 - 28032023...
  • Pagina 151 Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing - © Copyright Alle technische en technologische informatie in deze handleiding, evenals door ons ter beschikking gestelde tekeningen en technische beschrijvingen, blijven ons eigendom en mogen zonder onze toestemming niet worden vermenigvuldigd. Wijzigingen voorbehouden.
  • Pagina 152 DUEDI S. MEIER TOBLER Distributore Uffi ciale Esclusivo De Dietrich-Thermique Italia Via Maestri del Lavoro, 16 Bahnstrasse 24 - CH - 8603 SCHWERZENBACH 12010 San Defendente di Cervasca (CN) +41 (0) 44 806 41 41 +39 0171 857170 info@meiertobler.ch...

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Easylife alezio s v200 r32 miv-s/h 4-8 v200 r32Awhpr 4 mrAwhpr 6 mrAwhpr 8 mr

Inhoudsopgave