7 Bediening
• Open het Hoofdmenu zoals eerder werd beschreven.
• Gebruik de pijlen omhoog en omlaag om naar [5-**] Digitale In/Out te scrollen. Druk op
[OK] om de parametergroep te openen.
• Gebruik de pijlen omhoog en omlaag om naar [5-4*] Relais te scrollen. Druk op [OK] om
de subgroep van de parameter te openen. Het onderstaande scherm wordt
weergegeven.
7.4.1 Snelmenu's
De modus Snelmenu's bevat verschillende submenu's voor een snelle en gemakkelijke
toegang tot vaak gebruikte parameters. Er zijn 6 submenu's onder Snelmenu's. De 6
submenu's worden in onderstaande tabel weergegeven.
Tabel 22: Snelmenu's
Submenu
Q1
Q2
Q3
Q4
Q5
Q6
114
Relais 1
Relais 2
5-40
Relaisfunctie
160 Geen alarm
Aquavar Intelligent Pump Controller 1.1 - 90 kW INSTRUCTIEHANDLEIDING
– Gebruik, om relais 1 te bewerken, de pijlen omhoog
en omlaag om relais 1 te markeren en druk op [OK]
om relais 1 te selecteren.
– Druk opnieuw op [OK] om het bewerken van relais 1
in te schakelen.
– Gebruik de pijlen omhoog en omlaag om de
gewenste relaisfunctie te selecteren.
– Druk op [OK] om de selectie op te slaan.
– Gebruik de pijlen omhoog en omlaag om de [5-41]
Aan-vertraging, relais of [5-42] Uit-vertraging, relais
te selecteren. Herhaal bovenstaande stappen om
deze parameters te bewerken.
– Druk op [TERUG] om terug te keren naar het
relaisscherm en herhaal bovenstaande stappen om
de functie voor relais 2 te bewerken.
– Druk op [Hoofdmenu] om terug te gaan naar het
hoofdmenu.
Naam submenugroep
Mijn persoonlijk menu
Snelle instelling
Functie-instellingen
Start-Up Genie (Noord-Amerika)
Smart Start (Internationaal)
Doorgevoerde wijzigingen
Loggings
Omschrijving
Bevat parameters die vaak
gebruikt worden om
pomptoepassingen te
configureren.
Bevat parameters die vaak
gebruikt worden om de controller
te configureren.
Biedt snelle toegang tot
parameters die vaak vereist zijn
voor HVAC-toepassingen.
Helpt de gebruiker bij het
configureren van de controller
voor verschillende toepassingen.
Geeft de laatste 10 gewijzigde
parameters weer, wijzigingen na
de fabrieksinstellingen en
ingevoerde taken.
Geeft grafische uitlezingen van
de LCP-parameters weer.
Gebruik parameters 0–20 tot 0–24
om de weergegeven LCP-
parameters te wijzigen.