Pagina 1 INSTRUCTIEHANDLEIDING P2005027 Rev 2 Aquavar Intelligent Pump Controller 1.1 - 90 kW...
Pagina 3: Inhoudsopgave
Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Inleiding en veiligheid......................5 1.1 Inleiding......................... 5 1.2 Veiligheid........................5 1.2.1 Veiligheidsberichtniveaus..................5 1.2.2 Gekwalificeerde medewerkers................6 1.2.3 Veiligheidsvoorschriften ..................6 1.3 Veiligheid van de gebruiker................... 8 1.3.1 De huid en ogen reinigen..................10 1.4 Beschermen van het milieu..................10 1.5 EU-conformiteitsverklaring (Nr.
Pagina 4 Inhoudsopgave 4.4.12 Membraantank, syteemdruk................45 4.4.13 De druksensor installeren................... 45 4.4.14 Verbinding onder water..................45 5 Elektrische installatie......................47 5.1 Voorzorgsmaatregelen....................47 5.1.1 Aardingsvereisten....................48 5.1.2 GFCIs (RCDs) gebruiken..................49 5.2 Elektrische basisaansluitingen..................49 5.3 Aansluiting van de motor..................... 50 5.3.1 Motoraansluiting voor A2 en A3................52 5.3.2 Motoraansluiting voor A4 en A5................53 5.3.3 Motoraansluiting voor B1 en B2................53 5.3.4 Afscherming tegen elektrisch geluid..............
Pagina 5 Inhoudsopgave 6.4.2 Behuizingsgroottes A5, B1, B2, C, D..............91 6.5 De MCO301 programmeerbare API bekabelen............92 6.5.1 Bedrading voor optie A..................92 6.5.2 Optie B bedrading....................94 6.6 Afscherming voor MCO301 programmeerbare API.............95 6.6.1 Enkele aardingsafscherming.................95 6.6.2 Meervoudige aardingsafscherming...............96 6.7 Probleemoplossing voor de MCO301................97 6.8 Beschrijvingen parameters groep 19................98 7 Bediening.........................
Pagina 6 Inhoudsopgave 10.4 Aanhaalmomenten....................301 10.5 Tabellen met kabeldoorsnedes................302 10.6 Parameterlijst......................303 11 Productgarantie......................308 Aquavar Intelligent Pump Controller 1.1 - 90 kW INSTRUCTIEHANDLEIDING...
Pagina 7: Inleiding En Veiligheid
Dit geldt ook voor aanpassingen aan de apparatuur of het gebruik van onderdelen die niet door Xylem zijn geleverd. Neem voor vragen over het beoogde gebruik van de apparatuur contact op met een vertegenwoordiger van Xylem voordat u verder gaat.
Pagina 8: Gekwalificeerde Medewerkers
1 Inleiding en veiligheid Definities Veiligheidsberichtniveau Indicatie Een gevaarlijke situatie die, indien deze niet wordt GEVAAR: vermeden, zal leiden tot de dood of ernstig lichamelijk letsel. Een gevaarlijke situatie die, indien deze niet wordt WAARSCHUWING: vermeden, kan leiden tot de dood of ernstig lichamelijk letsel.
Pagina 9 1 Inleiding en veiligheid Frequentieomvormers bevatten tussenkringcondensatoren waarop spanning kan blijven staan, zelfs wanneer de frequentieomvormer is uitgeschakeld. Stop de motor en verbreek de netspanning om elektrische risico’s te voorkomen. • Netspanning • Alle permanent-magneetmotoren • Elke externe tussenkringvoedingen, inclusief reservebatterijen, UPS-eenheden en tussenkringaansluitingen naar andere frequentieomvormers.
Pagina 10: Veiligheid Van De Gebruiker
1 Inleiding en veiligheid Om het onverwacht starten van de motor te voorkomen: • Druk op [Uit/Reset] op de LCP, voor het programmeren van de parameters. • Koppel de voeding van de frequentieomvormer los. • De frequentieomvormer, motor en alle aandrijfapparatuur moeten volledig bekabeld en samengesteld zijn wanneer de frequentieomvormer op het AC-net, een DC-voeding of gedeelde belasting wordt aangesloten.
Pagina 11 1 Inleiding en veiligheid Veiligheidsapparatuur Gebruik veiligheidsapparatuur volgens de richtlijnen van uw bedrijf. Gebruik de volgende veiligheidsapparatuur in het werkgebied. • Veiligheidshelm • Een veiligheidsbril, bij voorkeur met zijkappen • Beschermende schoenen • Beschermende handschoenen • Een gasmasker • Gehoorbescherming •...
Pagina 12: De Huid En Ogen Reinigen
• Reinigen van gemorste vloeistoffen Exceptionele locaties VOORZICHTIG: Stralingsgevaar Verstuur het product NIET naar Xylem als het aan nucleaire straling is blootgesteld, tenzij Xylem daarvan vooraf over geïnformeerd is en daarover goede afspraken zijn gemaakt. Richtlijnen voor recycling Volg altijd de plaatselijke wet- en regelgeving betreffende recycling op.
Pagina 13: Eu-Conformiteitsverklaring (Rohs Ii)
• EN 61800-3:2004+A1:2012 (*) (*) Categorie C1 (≤ 90 kW), C2 (> 90 kW) 7. Aangemelde instantie: - 8. Extra informatie: - Getekend voor en namens: Xylem Service Italia S.r.l. Montecchio Maggiore, 26/03/2018 Amedeo Valente Directeur Engineering en R&D herz. 00 1.6 EU-conformiteitsverklaring (RoHS II)
Pagina 14 AQA 4.3150- AQA 4.3150- AB200 DB200 Lowara is een handelsmerk van Xylem Inc. of een van haar dochterondernemingen. AQUAVAR is een gedeponeerd handelsmerk van Goulds Pumps, Inc., en wordt gebruikt onder licentie. Aquavar Intelligent Pump Controller 1.1 - 90 kW INSTRUCTIEHANDLEIDING...
Pagina 15: Transport En Opslag
2 Transport en opslag 2 Transport en opslag 2.1 Controleer de levering 2.1.1 Controleer de verpakking 1. Controleer de verpakking op beschadigde of ontbrekende items bij de levering. 2. Registreer beschadigde of ontbrekende items op de ontvangstbon en ladingsbrief. 3. Als iets niet in order is, dien dan een claim in bij het transportbedrijf. 4.
Pagina 16: Productomschrijving
3 Productomschrijving 3 Productomschrijving 3.1 Productoverzicht Een frequentieomvormer is een elektronische motorregelaar die de wisselstroom omzet in gelijkstroom en daarna in een variabele spanning, een variabele uitgaande frequentiegolf. Het volgende is een lijst van functies van de frequentieomvormer: • Regelt de frequentie en de spanning om het motortoerental of -koppel te regelen. •...
Pagina 17: Thermische Beveiliging Van De Motor
3 Productomschrijving Afkorting Term SI-eenheid I-P eenheid milliseconde Minuut Motion Control Tool M-TYPE Aangewezen motortype Newton meter in-lbs Nominale stroom motor Nominale frequentie motor Nominaal vermogen motor Nominale spanning motor par. Parameter PELV Extra lage veiligheidsspanning Watt Vermogen Btu/hr, hp Pascal Druk Pa = N/m...
Pagina 18 3 Productomschrijving OPMERKING: De ETR-functie wordt geïnitialiseerd op 1,16 x nominale motorstroom en de nominale motorfrequentie. De ETR-functie biedt klasse 20 beveiliging tegen overbelasting van de motor conform de NEC. Thermische beveiliging van de motor voorkomt oververhitting van de motor De ETR-functie is een elektronische functie die een bimetalen relais simuleert dat gebaseerd is op interne metingen.
Pagina 19 3 Productomschrijving Afbeelding 2: De kenmerken van de weerstand van de thermistor. De volgende voorbeelden geven verschillende manieren weer om de PTC/thermistor op de aandrijving aan te sluiten. • Een digitale ingang en de 24 V als voeding gebruiken. – Instelling van de parameters: –...
Pagina 20 3 Productomschrijving Afbeelding 3: AAN/UIT met een digitale ingang en de 24 V als voeding • Een digitale ingang en de 10 V gebruiken als voeding. – Instelling van de parameters: – Stel [1-90] Thermische beveiliging van de motor in op thermistortrip [2] –...
Pagina 21 3 Productomschrijving – Stel [1-90] Thermische beveiliging van de motor in op thermistortrip [2] – Stel [1-93] Thermistor bron in op analoge ingang 54 [2] Gebruik analoge ingang 54 niet als een andere feedback- of referentiebron. Zorg ervoor dat de configuratie van de analoge ingang wordt geconfigureerd zodat deze gepast overschakelt.
Pagina 22: Afmetingen
3 Productomschrijving voorkomen. Als de motor wordt overbelast zonder dat de temperatuur waarop de ETR de motor uitschakelt wordt bereikt, beschermt de koppellimiet de motor tegen overbelasting. De ETR-functie wordt geactiveerd in [1-90] Thermische beveiliging van de motor en wordt geregeld in [4-16] Koppelbegrenzing motormodus.
Pagina 23 3 Productomschrijving Tabel 1: Mechanische afmetingen Framegrootte Enkelfasig nominaal vermogen pk [kW] 200-240 V 2-7,5 30[22] [1,1] [1,5-5, [7,5] [15] Driefasig nominaal vermogen pk [kW] 200-240 V 1,5–3 [1,1-2,2] 4–5 [3-3,7] 1,5–3 1,5–5 7,5–15 7,5-15 20–25 25–40 50–60 30–40 50–60 [1,1-2, [1,1-3, [5,5-1...
Pagina 24: Framegroottes D1-D4, D5, D7
3 Productomschrijving Framegrootte Breedte van 5,91 5,91 7,48 7,48 9,53 9,53 9,53 8,86 9,10 12,13 14,57 12,13 14,57 (150) (150) (190) (190) (242) (242) (242) (225) (230) (308) (370) (308) (370) achterplaat met 2 C- opties Afstand 2,76 2,76 4,33 4,33 6,73 8,46...
Pagina 25 3 Productomschrijving 3. Minimum 225 (8,9) voor luchtinlaat 4. Vloer Let op de richtingen van de luchtstroming (23,1) (13,2) (5,5) (7,4) (36,1) 1877 (73,9) (13,0) 1556 (61,3) (13,23) (18,4) Afbeelding 7: Buitenafmetingen voor D1h met NEMA 3R-kit (9K715) (16,5) (13,6) (14,9) (11,0) (3,8)
Pagina 26 3 Productomschrijving (23,0) (16,9) (11,0) (7,4) 1122 (44,2) 1074 (42,3) (16,7) (30,0) (17,0) (18,4) Afbeelding 9: Buitenafmetingen voor D2h met NEMA 3R-kit (9K715) (9,8) (14,8) (7,1) (2,4) (3,2) (1,5) 122.5 (0,7) (4,8) (5,1) 77.5 (0,8) (3,1) (5,0) (7,9) (35,0) (5,8) (33,2) (33,2) (25,8)
Pagina 27 3 Productomschrijving (13,8) (14,8) (1,5) (11,0) (5,6) (0,7) (2,3) (5,1) (0,8) (4,2) 1122 (6,9) (44,2) (8,4) (12,6) 1096 (43,1) 1050 1051 (41,3) (5,8) (41,4) (33,7) (34,2) (24,1) (10,7) Afbeelding 11: D4-behuizing, bevestiging van het kabinet 1. Plafond 2. Minimum 225 (8,9) voor luchtuitlaat 3.
Pagina 28 3 Productomschrijving 420 (16,5) 411 (16,2) (15,2) 374 (14,7) (6,2) (11) (0,9) (5,1) Ø25 (4,2) (11) (8,4) (12,6) (23) (8,2) (6,3) 1978 (77,9) (12) 1931 1953 1730.5 (76) (76,9) 1754 1760 (68) (69,1) (69,3) 1536.5 (61) (5,1) 1282 1168 (50,5) (4,2) (46) (8,4)
Pagina 29 3 Productomschrijving Framegrootte Bescherming van 21/54 de behuizing NEMA Type 1 / Type 12 Chassis Nominaal vermogen normale 150–250 pk (110– 300–450 pk (200– 150–250 pk (110– 300–450 pk (200– overbelasting koppel bij 110% 160 kW) bij 400 V 315 kW) bij 400 V 160 kW) bij 400 V 315 kW) bij 400 V overbelasting...
Pagina 30 3 Productomschrijving Grootte lagerframe Bescherming van de behuizing IP 21/54 NEMA Type 1/Type 12 Nominaal vermogen normale overbelasting koppel bij 110% 150–250 pk (110–160 kW) bij 300–450 pk (200–315 kW) bij overbelasting 400 V (380–480 V) 400 V 150-200 pk (132-160 kW) bij 250–400 pk (200–400 kW) bij 690 V (525-690 V) 690 V (525–690 V)
Pagina 31: Beschrijving Framegrootte
3 Productomschrijving 3.4 Beschrijving framegrootte Afbeelding 14: Uitgeklapte weergave van framegrootte A Klemmen motoruitgang 96 (U), 98 (W) RS-485 seriële busklem (+68, 69) Relais 2 (01, 02, 03) Analoge I/O-klem Relais 1 )04, 05, 06) LCP-ingangsstekker Rem (-81, +82) en klemmen (-88, +89) voor het delen van belasting Analoge schakelaar A54 Ingangsklemmen netspanning 91 (L1), 92 (L2), 93 (L3)
Pagina 32 3 Productomschrijving Afbeelding 15: Uitgeklapte weergave van framegroottes B en C, IP55, IP66 UL Type 3R, 12 en 4X Relais 2 (04, 05, 06) Hijsring RS-485 seriële busklem Bevestigingssleuf Digitale I/O en 24 V-voeding Aardingsklem (PE) Analoge I/O-klem Ontspanning kabelspanning / PE aarding Ontspanning kabelspanning/PE aarding Remklem (-81, +82) USB-aansluiting...
Pagina 33 3 Productomschrijving (IP 21/54 NEMA 1/12) (IP 20/Chassis) Afbeelding 16: Onderdelen D1-interieur Afbeelding 17: Close-up weergave: LCP en regelfuncties RS-485 seriële busklem Digitale I/O en 24 V-voeding Analoge I/O-klem USB-aansluiting Schakelaar seriële busklem Analoge schakelaar A54 Relais 1 (01, 02, 03) Relais 2 (04, 05, 06) Hijsring Bevestingingssleuf...
Pagina 34: Functies Regelaar Interne Frequentieomvormer
3 Productomschrijving 3.5 Functies regelaar interne frequentieomvormer Afbeelding 18: Blokschema frequentieomvormer Gebied Titel Functies Ingang netspanning Driefase AC-netvoeding naar de frequentieomvormer Gelijkrichter De gelijkrichterbrug zet de AC-ingang om in DC-stroom om de omvormer te voeden. DC-bus Tussentijds DC-buskring beheert de DC- stroom DC-reactors •...
Pagina 35: Mechanische Installatie
4 Mechanische installatie 4 Mechanische installatie 4.1 Vóór installatie 4.1.1 Controlelijst plaats van installatie • De frequentieomvormer hangt af van de omgevingslucht voor koeling. Bekijk de beperkingen van de temperatuur van de omgevingslucht voor een optimale werking, • Zorg ervoor dat de installatie voldoende sterk is om de frequentieomvormer te bevestigen.
Pagina 36: Ruimte
4 Mechanische installatie • Verlengstukken voor de sleutel • Pons voor plaatmetaal voor de doorvoeren of kabelaansluitingen in IP 21/NEMA 1- en IP 54-eenheden • Tilstang om de eenheid op te tillen (stang of leiding van max. Ø1 inch (25 mm), geschikt voor het tillen van minimaal 880 lbs (400 kg).
Pagina 37: Installatievereisten
4 Mechanische installatie Snelle instelling • Lokaal bedieningspaneel, LCP • Automatische motoraanpassing, AMA • Programmeren De framegrootte is afhankelijk van het type van behuizing, het vermogensbereik en de AC-lijnspanning. Bekijk de volgende afbeeldingen voor de basisinstallatie van een enkelfase en driefase voedingslijn, met motor, start-/stoptoets, potentiometer voor snelheidsregeling.
Pagina 38: Koeling
4 Mechanische installatie Afbeelding 22: Aanbevolen hijsmethode, framegrootte D OPMERKING: De hijsstang moet het gewicht van de instelbare frequentieregelaar kunnen dragen. Zie Mechanische dimensies voor het gewicht van de verschillende framegroottes. De maximale diameter voor de stang is 1 inch (2,5 cm). De hoek tussen de bovenkant van de regelaar en de hijskabel moet 60°...
Pagina 39: Montage
4 Mechanische installatie 4.4.3 Montage • Monteer de eenheid verticaal. • Meerdere frequentieomvormers kunnen naast elkaar gemonteerd worden. • Zorg ervoor dat de locatie van de montage sterk genoeg is om het gewicht van de eenheid te dragen. • Monteer de eenheid op een stevig vlak oppervlak of op de optionele achterplaat voor voldoende luchtkoeling.
Pagina 40 4 Mechanische installatie 4. Motorklem 5. 3X M8X20 stud met moer 6. Aarding (12,7) (8,0) (6,3) (5,3) (0,0) (1,7) (14,9) 299.8 (10,0) (0,0) (0,0) (11,2) (7,2) (2,7) (12) 245.8 (5,0) (0,0) (9,7) (13,9) Afbeelding 26: Locaties van de klemmen — D2h 1.
Pagina 41 4 Mechanische installatie (9,3) (11,5) (14,8) (12,6) (7,9) (0,0) (0,0) (11,2) (12,1) (10,0) (0,0) (3,6) (0,0) (8,3) (12,6) (1,3) (5,8) (10,4) Afbeelding 28: Locaties van de klemmen — D2h 1. Deel A-A Voedingsklem 2. Deel B-B Motorklemmen en rem/regen-klemmen 3. Voedingsklem 4.
Pagina 42: Dichting/Doorvoer Inlaat Ip21 (Nema 1) En Ip54 (Nema12)
4 Mechanische installatie (21,4) (20,3) (16.2) (15,6) (14,7) (1,9) (3,7) (9,4) (5,9) (14,5) (11,5) (4,7) (10,9) (5,1) (13,6) (2,6) 195,5 Afbeelding 30: Locaties van de klemmen — D7h met optie voor loskoppelen 1. Voedingsklemmen 2. Remklemmen 3. Motorklemmen 4. Aardingsklemmen 4.4.5 Dichting/doorvoer inlaat IP21 (NEMA 1) en IP54 (NEMA12) De kabels worden via de onderkant door de dichtingsplaat aangesloten.
Pagina 43: Installeer De Bovenplaat
4 Mechanische installatie 4.4.7 Installeer de bovenplaat Afbeelding 31: De NEMA 3R bovenplaat installeren 1. Bovenplaat 2. Oogbout 3. Schroef zonder sluitring 1. Verwijder de vier (4) schroeven uit de achterkant van de opening van de bovenste ontluchting. 2. Plaats de bovenplaat over de opening van de bovenste ontluchting. 3.
Pagina 44 4 Mechanische installatie Afbeelding 32: De afdichtingsplaat verwijderen Afbeelding 33: De NEMA 3R afdichtingsplaat installeren 1. Pakking 2. Schroef met sluitring 3. Afdichtingsplaat Aquavar Intelligent Pump Controller 1.1 - 90 kW INSTRUCTIEHANDLEIDING...
Pagina 45: Installeer Het Nema 3R Deksel
4 Mechanische installatie 4.4.9 Installeer het NEMA 3R deksel Afbeelding 34: Het NEMA 3R deksel installeren 1. Schroef zonder sluitring 2. NEMA 3R sticker 3. NEMA 3R deksel 4. Schroeven te verwijderen voor het afnemen van het NEMA 3R deksel 1.
Pagina 46: Leidingaansluitingen
4 Mechanische installatie De maximale schakelfrequentie is 16 kHZ voor 60° AVM en 10 kHz voor SFAVM. De discrete schakelfrequenties worden weergegeven op de volgende afbeelding. Tabel 5: Schakelpatronen 45˚C 50˚C 50˚C 52˚C 52˚C Afbeelding 35: 60° AVM, Hoge overbelasting HO, 150% Afbeelding 36: 60°...
Pagina 47: Membraantank, Overdrukventiel En Uitlaatleiding
4 Mechanische installatie WAARSCHUWING: Installeer geen kleppen (behalve terugslagkleppen), debietregelapparaten of filters tussen de drukomvormer en de pomp. Het is toegestaan om aftakkingen op de leiding te gebruiken tussen de pomp en de omvormer, zo lang er zich geen debietsbeperkende apparaten tussen de pomp en de omvormer bevinden.
Pagina 48 4 Mechanische installatie Elektrische vinyl tape is niet aanvaardbaar voor verbindingen onder water als er aandrijvingen met variabel toerental worden gebruikt. Er is een grote kans op lekken naar de aarde via koppelingen met tape. VOORZICHTIG: Nalaten om een waterbestendige koeling te gebruiken zal de garantie doen vervallen. Vóór het installeren van de motor in de bron, moet de dalingskabel met de motorbekabeling worden verbonden.
Pagina 49: Elektrische Installatie
5 Elektrische installatie 5 Elektrische installatie 5.1 Voorzorgsmaatregelen Elektrisch gevaar: • Beveiliging van kringen vereist. Zorg voor beveiliging van kringen overeenkomstig de plaatselijk geldende elektrische regelgeving • De regelapparatuur voor de motor en de elektronische regelingen zijn aangesloten op gevaarlijke lijnspanningen. Wees dan ook zeer op uw hoede voor elektrische gevaar. •...
Pagina 50: Aardingsvereisten
5 Elektrische installatie Afbeelding 39: Zekeringen voor de frequentieomvormer Onderdeel Omschrijving Zekeringen Aarding Kabeltypen en -classificaties: • Alle kabels moeten voldoen aan lokale en nationale regelgeving omtrent de vereiste dwarsdoorsneden en omgevingstemperatuur. • Het wordt aanbevolen om de voedingsaansluitingen uit te voeren met een koperdraad van minimaal klasse 75°C.
Pagina 51: Gfcis (Rcds) Gebruiken
5 Elektrische installatie 5.1.2 GFCIs (RCDs) gebruiken Als gebruik wordt gemaakt van foutstroomonderbrekers (GFCI's, verliesstroomschakelaars) en reststroomapparaten (RCD's), ook wel aardlekschakelaars (ELCD's, Earth Leakage Circuit Breakers) genoemd, moet u voldoen aan het volgende: • Gebruik alleen GFCIs (RCDs) van type B die in staat zijn om AC- en DC-stroom te detecteren.
Pagina 52: Aansluiting Van De Motor
5 Elektrische installatie Als dit het geval is, kan het nodig zijn om de afscherming te breken of een 100 nF condensator te plaatsen tussen de afscherming en het chassis. Digitale en analoge in- en uitgangen De digitale en analoge in- en uitgangen moeten worden aangesloten op de normale ingangen (klemmen 20, 55, 39) van de instelbare frequentiesturing, om te vermijden dat stromen van beide groepen andere groepen beïnvloeden.
Pagina 53 5 Elektrische installatie • Draai de klemmen aan in overeenstemming met gegevens geleverd in Aanhaalmomenten op pagina 301 • Volg de bedradingseisen van de motorfabrikant. Afbeelding 42: Motor, netspanning en aarding voor framegrootte B, C en D met gewapende kabel Afbeelding 43: Motor, netspanning en aarding voor framegrootte B, C en D De motor moet worden aangesloten op klemmenstroken U/T1/96, V/T2/97, W/T3/98.
Pagina 54: Motoraansluiting Voor A2 En A3
5 Elektrische installatie Afbeelding 44: Motoraansluitingen • Klem U/T1/96 aangesloten op de U-fase • Klem V/T2/97 aangesloten op de V-fase • Klem W/T3/98 aangesloten op de W-fase De draairichting kan veranderd worden door het omwisselen van de twee fasen in de motorkbekabeling of door het veranderen van de instelling van [4–10] Motortoerental richting.
Pagina 55: Motoraansluiting Voor A4 En A5
5 Elektrische installatie 5.3.2 Motoraansluiting voor A4 en A5 1. Klem voor de motoraarding. 2. Plaats de U-, V- en W-kabels op de klem en zet ze vast. 3. Zorg ervoor dat de buitenste isolatie van de motorkabel onder de EMC-klem is verwijderd.
Pagina 56: Afscherming Tegen Elektrisch Geluid
5 Elektrische installatie 5.3.4 Afscherming tegen elektrisch geluid Monteer de EMC metalen afscherming vóór het monteren van de voedingskabel, om te zorgen voor de beste EMC-prestaties. • NOTE: De EMC metalen afscherming is alleen inbegrepen bij eenheden met een H2–RFI Klasse A2-filter voor alle eenheden met een D- en E-frame.
Pagina 57 5 Elektrische installatie OPMERKING: Alle kabels moeten voldoen aan lokale en nationale regelgeving betreffende dwarsdoorsneden en omgevingstemperatuur. UL-toepassingen die 167°F (75°C) koperen geleiders vereisen, zijn thermisch aanvaardbaar voor de instelbare frequentieregeling om te gebruiken in niet UL-toepassingen. De aansluitingen van de voedingskabel bevinden zich op de plaatsen die hieronder worden weergegeven.
Pagina 58: Afscherming Van Kabels
3 x 380-480 V C1(*) (*) max kabellengte 164 voet (50 m) Neem contact op met Xylem voor informatie over andere groottes en voeding. OPMERKING: Er zijn geen externe EMC-filters vereist om het product te laten voldoen aan de grenswaarden van elke categorie die wordt genoemd in de voorgaande tabel.
Pagina 59: Lengte En Dwarsdoorsnede Van De Kabel
5 Elektrische installatie Maak de verbindingen van de afscherming met het grootst mogelijke oppervlak (kabelklem). Dit gebeurt met de installatie-apparaten die bij de instelbare frequentieregelaar worden geleverd. 5.4.3 Lengte en dwarsdoorsnede van de kabel De instelbare frequentieregeling werd EMC-getest met een bepaalde kabellengte. Houd de motorkabel zo kort mogelijk om het ruisniveau en de lekstromen te verminderen.
Pagina 60 5 Elektrische installatie Afbeelding 49: Compact IP 21 (NEMA 1) en IP 54 (NEMA 12), Afbeelding 50: Compact IP 21 (NEMA 1) en IP 54 (NEMA 12) met framegrootte D1 uitschakeling, zekering en RFI-filter, framegrootte D2 1. AUX-relais 2. Temperatuurschakelaar 3.
Pagina 61 5 Elektrische installatie Afbeelding 52: Compact IP 00 (chassis) met uitschakeling, zekering en RFI-filter, framegrootte D2 Afbeelding 51: Compact IP 00 (chassis), framegrootte D3 1. AUX-relais 2. Temperatuurschakelaar 3. Lijn 4. Belasting delen 5. Rem Zekeringen en stroomonderbrekers 6. SMPS-zekering (zie op pagina 289 voor het onderdeelnummer) 7.
Pagina 62: Voedings- En Regelkabels Voor Niet Beschermde Kabels
5 Elektrische installatie Afbeelding 53: Positie van de aardingsklemmen IP00, framegroottes D Afbeelding 54: Positie van de aardingsklemmen IP21 (NEMA type 1) en IP54 (NEMA type 12) D2 en D4 weergegeven als voorbeelden. D1 en D3 zijn gelijkaardig. 5.5 Voedings- en regelkabels voor niet beschermde kabels Elektrisch gevaar: Opgewekte spanning •...
Pagina 63: Aarding
5 Elektrische installatie OPMERKING: Plaats de kabels van de ingangsspanning, de motor en de regeling in drie aparte metalen doorvoeren of buizen voor het isoleren van hoogfrequente storingsbronnen. Het niet isoleren van de kabels van de voeding, de motor en de regeling kan ertoe leiden dat de prestaties van de regelaar en bijbehorende apparatuur niet optimaal zijn.
Pagina 64: Extra Beveiliging (Rcd)
5 Elektrische installatie 5.7 Extra beveiliging (RCD) Een aardlekschakelaar (ELCB) relais, meerdere beschermende aarding of aarding kan worden gebruikt als extra beveiliging, op voorwaarde dat de lokale veiligheidsregelgeving wordt nageleefd. In geval van een aardingsfout, kan er zich een DC-onderdeel ontwikkelen in de foutstroom. Als er ELCB-relais worden gebruikt, moet de lokale regelgeving worden gevolgd.
Pagina 65: Types Van Regelklemmen
5 Elektrische installatie Afbeelding 56: Toegang tot de regelbedrading voor A2-, A3-, B3-, B4-, C3- en C4-behuizingen • Verwijder de voorplaat door de bevestigingsschroeven los te draaien. Afbeelding 57: Toegang tot de regelbedrading voor A4-, A5-, B1-, B2-, C1 en C2-behuizingen 5.12 Types van regelklemmen 12 13 18 19 27 29 32 33 20 37 42 50 53 54 55...
Pagina 66 5 Elektrische installatie • Er worden ook twee Vorm C-relaisuitgangen voorzien, op verschillende locaties afhankelijk van de configuratie en afmetingen van de frequentieomvormer. • Sommige opties die bij de eenheid besteld kunnen worden bieden mogelijk aanvullende klemmen. Raadpleeg de handleiding de bij de optionele apparatuur werd geleverd voor meer informatie en de configuratie.
Pagina 67 5 Elektrische installatie Klemnummer Parameternummer Standaard instelling of Omschrijving functie [5–12] [0] Geen werking Niet gebruikte digitale ingang. Deze ingang kan geconfigureerd worden voor gebruik als een pompbeveiliging/ externe interlockwaarschuwing of een alarmingang. Zie Pomp beveiligen pagina 70 om de waarschuwing of het alarm dat aan deze ingang is verbonden in...
Pagina 68: Bedrading Naar Regelklemmen
5 Elektrische installatie Klemnummer Parameternummer Standaard instelling of Omschrijving functie [6–1*] Feedback omvormer Analoge ingang 53. De standaard configuratie is 300 psi, 4-20ma ingang drukomvormer [6–2*] Niet in gebruik Analoge ingang 54 – AI gemeenschappelijk Gemeenschappelijk voor analoge ingang Gemeensch. –...
Pagina 69: Functies Van De Regelklemmen
5 Elektrische installatie Als analoge ingang 54 wordt gebruikt, moet de configuratieschakelaar van de analoge ingang A54 juist worden ingesteld. • Sluit de voeding naar de regelaar af voor het wijzigen van de configuratieschakelaars van de analoge ingang. • Verwijder het lokale bedieningspaneel. •...
Pagina 70: Analoge Ingang 53
5 Elektrische installatie 5.13.5 Analoge ingang 53 De standaard bedrijfsmodus van de frequentieomvormer is “Regeling enkele pomp” voor de regionale instelling “Internationaal” en “Regeling meerdere pompen” voor de regionale instelling “Internationaal”, constante drukmodus. In deze modus is een feedbacksignaal van een omvormer, PLC of ander apparaat nodig voor analoge ingang 53 (AI 53) dat het gebruik van een 300 psi (10 bar), 4-20 mA drukomvormer mogelijk maakt.
Pagina 71: Seriële Communicatie
5 Elektrische installatie Min. 6 AWG of 16 mm Egalisatiekabel Er is een andere manier waarbij de aansluiting op klem 61 niet nodig is: Afbeelding 64: Twisted-pair-kabels zonder klem 61 Min. 6 AWG of 16 mm Egalisatiekabel 5.13.7 Seriële communicatie De RS-485 is een businterface met twee draden die compatibel is met multi-drop netwerktopologie.
Pagina 72: Pomp Beveiligen
5 Elektrische installatie Afbeelding 65: Bedrading relaisklemmen Tabel 9: Klassen relaisklemmen Programmeerbare relaisuitgangen Relais 01 klemnummer 1–3 (breek), 1–2 (maak) Maximum klembelasting (AC-1) op 1–3 (NC), 1–2 (NO) 240 V AC, 2A (Weerstandsbelasting) Maximum klembelasting (AC-15) (Inductieve belasting @ cosφ 240 V AC, 0.2A 0,4) Maximum klembelasting (AC-1)
Pagina 73 5 Elektrische installatie een verschildrukschakelaar, enz. Het gekozen apparaat moet van het type normaal gesloten zijn. De parameter [22-00] Pompbeveiligingsvertraging kan worden geconfigureerd om het alarm Pump Beveiligen (Noord-Amerika)/Externe Interlock inschakelen van het (Internationaal) te vertragen om ongewenst uitschakelen te voorkomen. Als de ingang van de 24V-voeding wordt losgekoppeld, zal de timer voor de vertraging beginnen lopen.
Pagina 74: Een Bijkomende Omvormerfeedback Configureren
5 Elektrische installatie Parameternummer Beschrijving parameter Instellen op [14–20] Modusreset Stelt het gewenste aantal automatische resets in. Als er zich meer fouten dat dit ingestelde aantal voordoen, is een handmatige reset vereist. Stel in op Handmatige reset als er geen resets zijn toegestaan. De standaardinstelling is: Automatische reset x 3.
Pagina 75 5 Elektrische installatie Afbeelding 68: Aansluitingen voor het toevoegen van de 0–10 V omvormerfeedback op AI 54 OPMERKING: Raadpleeg Configuratie analoge ingang op pagina 66 voor meer informatie over de instelling van de DIP-schakelaar A54. Stel de voglende parameters in om de controller in te stellen voor gesloten lusregeling op basis van de feedback van een externe omvormer: Tabel 11: Parameterinstellingen voor het instellen van een bijkomende omvormer op AI 53 Parameternummer...
Pagina 76: Toerentalregeling Via Een Analoge Ingang
5 Elektrische installatie Parameternummer Omschrijving Stel in op [21-10] Ext.1 Ref./Feedback eenheid Selecteer zoals gewenst voor de toepassing. Stel bijvoorbeeld in op bar bij het gebruiken van een drukomvormer. [21-11] Ext.1 Minimumreferentie Minimum waarde omvormerfeedback. Stel in op 0, voor bijvoorbeeld een 0-300psi omvormer.
Pagina 77 5 Elektrische installatie Afbeelding 70: Aansluitingen voor toerentalregeling via het stroomsignaal van de PLC of het BMS Afbeelding 71: Aansluitingen voor toerentalregeling via het spanningssignaal van de PLC of het BMS Tabel 13: Parameterinstellingen voor toerentalregeling via een externe potentiometer, PLC of BMS Parameternummer Omschrijving Stel in op...
Pagina 78: Regeling Via Een Externe Plc/Bms Via De Communicatiepoort
5 Elektrische installatie OPMERKING: Voor toerentalregeling via een spanningssignaal (DIP-schakelaar 54). • Sluit het 0-10V signaal aan op klem #54. • Stel schakelaar A54 in op = U (linker positie). • Stel [3-15] Referentie 1 Bron in op = [20-00] Feedback 1 bron in op = analoge ingang 54. •...
Pagina 79: Lokaal Bedieningspaneel
5 Elektrische installatie Tabel 15: Parameters die de regelbron voor controllerfuncties bepalen Parameternummer Omschrijving Stel in op [8-01] Regeling site Bepaalt de locatie van de regelbron. Stel in op Digitaal en ctrl.word om zowel regeling via seriële bus als via digitale ingang te gebruiken.
Pagina 80: Status Van De Controller
5 Elektrische installatie • Starten, stoppen en regelen van het toerental via het toetsenbord, indien in de modus lokaal/handmatig • De status van de controller, de pomp en het systeem bekijken en weergeven • Biedt toegang tot alle parameters en opstartfuncties •...
Pagina 81 5 Elektrische installatie Het eerste woord in de statusregel geeft de Bedrijfsmodus weer. Onderstaande tabel bepaalt de status van de Bedrijfsmodus. De controller reageert niet op regelsignalen voordat er op [Automatis Aan] is gedrukt. Automatisch Aan De controller wordt geregeld via de regelklem en/of de seriële communicatie.
Pagina 82 5 Elektrische installatie DC Stop Het motortoerental wordt behouden met een DC- stroom ([2–01] DC remstroom) gedurende een bepaalde periode ([2–02] DC remtijd). • DC-rem is geactiveerd in [2–03] DC-remcut in toerental [tpm] en er is een stopcommando actief. • DC-rem (omkeren) werd geselecteerd als een functie voor een digitale ingang (parametergroep [5–1]* Digitale ingangen).
Pagina 83 5 Elektrische installatie In [1–80] Functie bij Stop, werd Motorcontrole Motorcontrole geselecteerd. Er is een stopcommando actief. Er wordt een permanente teststroom naar de motor geleid, om te verzekeren dat de motor op de controller is aangesloten. OVC-regeling De overspanningsregeling werd geactiveerd in [2– 17] Overspanningsregeling, [2]Ingeschakeld .
Pagina 84: Lcp-Parameters
5 Elektrische installatie Toerental laag Het motortoerental is lager dan de waarde die werd ingesteld in [4–52] Waarschuwing toerental laag. Stand-by In de modus Automatisch Aan, zal de controller de motor starten met een startsignaal van een digitale ingang of via de seriële communicatie. Vertraging starten In [1–71] Startvertraging, werd een vertraging van de starttijd ingesteld.
Pagina 85: Navigatietoetsen
5 Elektrische installatie Tabel 16: Beschrijving van de functie van de menutoetsen Toets Functie Status Op de toets [Status] drukken zal tussen de verschillende statusschermen schakelen. Er zijn drie verschillende statusschermen; vijf uitlezingen (standaard), vier regels met uitlezingen of Smart Logic Control.
Pagina 86: Bedieningstoetsen
5 Elektrische installatie Tabel 17: Functies navigatietoetsen Toets Functie Terug Op de toets [Terug] drukken keert terug naar de vorige stap of de vorige laag in de navigatiestructuur. Annuleren Op de toets [Annuleren] drukken zal de laatste wijziging of commando annuleren, zolang het scherm niet is gewijzigd.
Pagina 87: Statuslampjes
5 Elektrische installatie Tabel 19: Functies van de bedieningstoetsen Handmatig Aan De toets [Handmatig Aan] schakelt bediening van de aandrijving via de LCP-interface in. Op [Handmatig Aan] drukken, start ook de motor en het toerental kan handmatig worden aangepast via de pijltoetsen.
Pagina 88: Terug Naar Fabrieksinstellingen/Initialisatie
5 Elektrische installatie WAARSCHUWING: Parametergroep [0-5]* Copy/Save werkt niet op de parametergroep 19-** Parameters Toepassing. Gebruik de parametergroep [0-5]* Copy/Save niet voor het kopiëren of opslaan van parameters als de MCO301 programmeerbare API-optiekaart op de regelaar is geïnstalleerd. Volg de volgende procedure voor het uploaden van parameters (behalve de parametergroep [19-**] Applicatieparameters) naar het LCP: 1.
Pagina 89 5 Elektrische installatie 3. Gebruik de pijlen omhoog en omlaag om naar [14-2*] Reset-functies te gaan en druk op [OK]. 4. Gebruik de pijlen omhoog en omlaag om naar [14-22] Bedieningsmodus te gaan en druk op [OK]. 5. Druk op [OK] om het wijzigen van de parameter in te schakelen. Initialisatie te gaan en druk op [OK].
Pagina 90: Mco301 Programmeerbare Api
6 MCO301 programmeerbare API 6 MCO301 programmeerbare API 6.1 Overzicht De MCO301 programmeerbare API is een geavanceerde optiekaart die is bedoeld om te gebruiken met de frequentieomvormers voor een opstelling met tot vier pompen. De MCO301 optiekaarten communiceren met elkaar via de RS485 poort met de juiste bedrading, bescherming en busbeëindiging voor een goede werking van het systeem, zoals wordt beschreven in de volgende delen in dit hoofdstuk.
Pagina 91: Veiligheid
6 MCO301 programmeerbare API Optie B klem nr. Functie 7, 8 RS485_P 9, 10 11, 12 6.2 Veiligheid WAARSCHUWING: Veiligheid Raadpleeg deel 1.2 op pagina 5 voor meer details over veiligheid. Elektrisch gevaar: Elektrische basisaansluitingen Zie deel 5.2 op pagina 49 in het hoofdstuk Elektrische installatie.
Pagina 92: Installatie-Instructies Voor Extra Behuizingsgroottes
6 MCO301 programmeerbare API Afbeelding 77: Installatie van optie A-kaart Afbeelding 76: Locaties van sleuf A en sleuf B 1. Optie A 1. Sleuf A 2. Klemmen van de regelaar 2. Sleuf B 3. LCP-frame Afbeelding 78: Installatie van optie B-kaart 1.
Pagina 93: Behuizingsgroottes A5, B1, B2, C, D
6 MCO301 programmeerbare API De MCO301 programmeerbare 3. Sluit de regelkabels aan en laat de kabel los hangen. Zie API bekabelen Afscherming voor MCO301 programmeerbare API op pagina 92 en pagina 95 voor meer informatie over bedrading. 4. Verwijder de openingen in het verlengde LCP-frame (bijgeleverd). 5.
Pagina 94: De Mco301 Programmeerbare Api Bekabelen
6 MCO301 programmeerbare API Afbeelding 80: Installatie van behuizingen met groottes A5, B1, B2, C, D LCP-houder Optie B-kaart Sleuf B 6.5 De MCO301 programmeerbare API bekabelen 6.5.1 Bedrading voor optie A S400 RS-485 Afbeelding 81: Optie A MCO301 Programmeerbare API-beëindiging 6.5.1.1 Bedrading voor volger met vast toerental •...
Pagina 95: Vaste Master Synchrone Of Vaste Master Multi-Regeling Optie A Bedrading
6 MCO301 programmeerbare API Afbeelding 82: Bedradingsschema voor de volger met vast toerental 6.5.1.2 Vaste master synchrone of vaste master multi-regeling optie A bedrading Serieschakeling klemnummers 62 (RS485-P) en 63 (RS485-N) van de MCO301 programmeerbare API optiekaart naar klemnummers 68 (+) en 69 (-) van de aansluitingen Types van regelklemmen van RS-485 seriële communicaties (zie op pagina 63) van de...
Pagina 96: Multi Master Synchrone Of Multi Master Multi-Regeloptie A Bedrading
6 MCO301 programmeerbare API BESCHERMING CS 62 63 66 67 Afbeelding 83: Vaste master synchrone of vaste master multi-regeling optie A bedradingsschema 6.5.1.3 Multi master synchrone of multi master multi-regeloptie A bedrading Sluit hetzelfde klemnummer 6262 (RS485-P) in serie aan met klemnummer 62 (RS485-P) en klemnummer 63 (RS485-N) met klemnummer 63 (RS485-N) van de eerste MCO301 programmeerbare API optiekaart op de laatste.
Pagina 97: Vaste Master Synchrone Of Vaste Master Multi-Regeling Optie B Bedrading
6 MCO301 programmeerbare API 6.5.2.1 Vaste master synchrone of vaste master multi-regeling optie B bedrading Sluit klemnummers 5 (RS485-N) en 7 (RS485-P) van de MCO301 programmeerbare API optiekaart in serie aan op klemnummers 69 (-) en 68 (+) van de aansluitingen van de RS-485 seriële communicaties (zie Types van regelklemmen op pagina 63) van de andere...
Pagina 98: Meervoudige Aardingsafscherming
6 MCO301 programmeerbare API geïsoleerd van de massa op alle stations, behalve op een. Op elk station moeten de afschermingen van de twee kabels met elkaar worden verbonden en van de massa worden geïsoleerd. De beste oplossing hiervoor is het gebruik van krimpkousen. De enkele aardingsafscherming is een goede aanpak als het systeem lange communicatiekabels gebruikt.
Pagina 99: Probleemoplossing Voor De Mco301
6 MCO301 programmeerbare API Afbeelding 89: installatie meervoudige aarding voor afscherming voor MCO301 programmeerbare API 6.7 Probleemoplossing voor de MCO301 1. Identificeer welke versie van de software (firmware) van de aandrijving is geladen voor parameter [15-43] Softwareversie, subgroep [15-4*] identificatie aandrijving. Voorbeeld weergegeven Softwareversie 5.03.
Pagina 100: Applicatieversie
6 MCO301 programmeerbare API Optie gemonteerd: B:A MC0301 Programmeerbare optie Bekijk he type van de geïnstalleerde optie. 3. Zoek de firmware van de optiekaart in [15-61] Optie SW-versie. Voorbeeld weergegeven B:A SW: 03.06. 15-61 Optie SW-versie B:A SW: 03.06 4. Zoek de SW-versie van de toepassing in [19-99] Applicatieversie, parametergroep [19-**] Parameters toepassing.
Pagina 101 6 MCO301 programmeerbare API Configuratie/status Naam Limieten Standaard Omschrijving [19–01] Multipompbesturing [0] Uitgeschakeld [0]-Multi-pompregeling is uitgeschakeld [1] Volger met vast toerental [1]-Controller met MCO301 en werking als volger. [2] Vaste Master synchroon Alleen voor Noord-Amerika: [2]-Slechts een controller met MCO301 in werking als een master in Synchrone [3] Vaste Master bedrijfsmodus multibesturing...
Pagina 102 6 MCO301 programmeerbare API Toepassing en functies Naam Limieten Standaard Omschrijving [19–19] PID uitgang [%] 00,0-100,0 PID-uitgang in % aangeven. Beveiligingsfuncties 1 Naam Limieten Standaard Omschrijving [19–20] Geen water [0] Uitgeschakeld [0]- Geen water / Drukverliesfout is uitgeschakeld. Drukverliesfout [1] Waarschuwing [1]- Controller geeft de waarschuwing “Geen water/ Drukverlies”...
Pagina 103 6 MCO301 programmeerbare API Beveiligingsfuncties 1 Naam Limieten Standaard Omschrijving [19–27] Limiet hoog systeem 0,000–999.999,999 Bovenste limietwaarde van de systeemdruk, als de feedbackdruk hoger wordt, genereert het systeem een alarmwaarschuwing zoals geselecteerd in [19-26] na de vertraging die wordt vermeld in [19-28]. [19–28] Vertraging hoog 0–999 Seconden Als de systeemdruk hoger wordt dan de “Limiet...
Pagina 104 6 MCO301 programmeerbare API Beveiligingsfuncties 2 Naam Limieten Standaard Omschrijving [19–36] Fout hoge aanzuiging [0] Uitgeschakeld [0]- Fout Aanzuig Hoog is uitgeschakeld. [1] Waarschuwing [1]- De controller geeft de waarschuwing “Aanzuig Hoog” weer, maar blijft normaal werken. [2] Alarm [2]- De controller geeft het alarm “Aanzuig Hoog” [3] Handm.
Pagina 105 6 MCO301 programmeerbare API Beveiligingsfuncties 3 Naam Limieten Standaard Omschrijving [19–42] Toerental [omw/min] 0 - 30.000 OPM Toerental in owm bij Fout alle zones Fout Alle zones [19–43] Toerental [Hz] Fout 0,0 - 6500,0 Hz Toerental in Hz bij Fout alle zones Alle zones [19–44] Zonestatus 32 bit-waarde...
Pagina 106 6 MCO301 programmeerbare API Multi-pompfuncties Naam Limieten Standaard Omschrijving [19–53] Tijdinterval Afwisseling 0–999 uur Dit bepaalt het aantal bedrijfsuren van de pomp vóór het omwisselen van pompen. Als de pompen handmatig worden gewisseld door middel van de pijltoetsen op het lokaal bedieningspaneel, wordt deze timer gereset.
Pagina 107 6 MCO301 programmeerbare API PV versnellen Naam Limieten Standaard Omschrijving [19–64] Controletijf defasering 0–999 Seconden Nadat de controller het toertental onder het toerental voor vertraging dat werd ingesteld in [19- 08] (OPM) of [19-09] (Hz) bereikt, beging de timer te lopen.
Pagina 108 6 MCO301 programmeerbare API EOC versnellen Naam Limieten Standaard Omschrijving [19–70] Input debietfeedback [0] Niet ingesteld Selecteert de feedbackingang van het systeemdebiet, dit geldt alleen voor de master [1] Analoge ingang 53 aandrijving, een debietingang is vereist voor EOC [2] Analoge ingang 54 en de functie op debiet gebaseerd versnellen/ [7] Analoge ingang X30/11 vertragen.
Pagina 109 6 MCO301 programmeerbare API Toepassing gesloten lus Naam Limieten Standaard Omschrijving [19–80] Bron Feedback 4 [0] Geen functie Selecteer de feedback-4 ingang, dit geldt alleen voor de master aandrijving, elke niet gebruikte [1] Analoge ingang 53 feedback moet door de gebruiker worden ingesteld [2] Analoge ingang 54 op “Geen Functie”...
Pagina 110 6 MCO301 programmeerbare API Toepassing gesloten lus Naam Limieten Standaard Omschrijving [19–94] Deadband 0,000–999.999,999 De systeemdruk moet in deze band blijven gedurende de tijd opgegeven in [19-93] voordat Leidingvulfunctie het toerental stap voor stap verhoogd wordt [19–95] Leiding vul max. pomp 0–4 Het maximumaantal pompen dat kan worden versneld in Leidingvulfunctie.
Pagina 111 6 MCO301 programmeerbare API Pompstatus is een binaire waarde met acht bits toegewezen per pomp met de pomp op index 1-gegevens en MSB en pomp op index 4-gegevens op LSB. De volgende tabel geeft de statustoewijzingen weer: Naam Bit = 0 Bit = 1 Gereed Aandrijving is niet...
Pagina 112: Bediening
7 Bediening 7 Bediening 7.1 Pre-start-procedure Elektrisch gevaar: Als de in- en uitgangsverbindingen verkeerd worden aangesloten, kan op deze klemmen hoogspanning komen te staan. Als stroomkabels voor meerdere motoren op een verkeerde manier in dezelfde buis worden geplaatst, kan er een stroomlek ontstaan die condensators binnen de frequentieomvormer laden, zelfs wanneer deze van het stroomnet zijn losgekoppeld.
Pagina 113: Controles Voor Het Opstarten
7 Bediening VOORZICHTIG: BESCHADIGING VAN APPARATUUR. Als de FLA van de motor (stroom bij volle belasting) groter is dan de maximale stroom van de eenheid, dan moet de controller worden vervangen door een exemplaar van de gepaste klasse. Probeer niet om de eenheid te gebruiken. Het niet afstemmen van de FLA op de maximale stroomklasse van de eenheid, kan leiden tot beschadiging van apparatuur.
Pagina 114: Opstartprocedure
7 Bediening Te controleren item Omschrijving Gedaan Trilling • Contoleer of de eenheid stevig gemonteerd is of dat er schokdempers worden gebruikt, indien nodig. • Controleer op een abnormale hoeveelheid trilling. Gecontroleerd door: Datum: 7.3 Opstartprocedure WAARSCHUWING: GEVAREN VAN APPARATUUR. De aandrijving bevat gevaarlijke spanningen als deze op Veiligheidsvoorschriften de lijnspanning is aangesloten.
Pagina 115 7 Bediening Het volgende scherm OPGELET wordt weergegeven na het opnieuw initialiseren of na het selecteren van Q4 Start-Up Genie (Noord-Amerikaanse regionale instelling) of Q4 Smart Start (Internationale regionale instelling). OPGELET: Stel voordat u verder gaat, DI 18 in op Stoppen (klem 18 open) om te voorkomen dat de eenheid de motor start.
Pagina 116: Snelmenu's
7 Bediening • Open het Hoofdmenu zoals eerder werd beschreven. • Gebruik de pijlen omhoog en omlaag om naar [5-**] Digitale In/Out te scrollen. Druk op [OK] om de parametergroep te openen. • Gebruik de pijlen omhoog en omlaag om naar [5-4*] Relais te scrollen. Druk op [OK] om de subgroep van de parameter te openen.
Pagina 117: Mijn Persoonlijk Menu
7 Bediening 7.4.2 Mijn persoonlijk menu Mijn persoonlijk menu (Q1) werd in de fabriek geconfigureerd om 20 parameters te bevatten die vaak worden gebruikt in pomptoepassingen. Gebruik Mijn persoonlijk menu op parameters te wijzigen terwijl het systeem in dienst is, zoals het wijzigen van het instelpunt. OPMERKING: Per standaard fabrieksinstelling, is Instelling 1 de actieve instelling voor alle toepassingen.
Pagina 118 7 Bediening Parameternummer Parameternaam Standaardwaarde Beschrijving parameter [20-93] PI proportionele Proportionele versterking correctieversterking voor PID-controller. Deze waarde verhogen zal zorgen voor een snellere systeemrespons. OPGELET: Deze waarde te sterk verhogen kan het systeem onstabiel maken en ernstige schommelingen veroorzaken. [20-94] PID Integrale Tijd 3,3 s Integratietijd voor de...
Pagina 119 7 Bediening Parameternummer Parameternaam Standaardwaarde Beschrijving parameter [19-63] Percentage defasering Na het beginnen versnellen van een pomp, wacht de controller tot de timer voor controle van de stabilisatie van de versnelling verlopen is. Vervolgens berekent hij het toerental bij vertraging door het toerental van de pomp te vermenigvuldigen met de waarde in deze...
Pagina 120: Mijn Persoonlijk Menu - Internationale Parameters
7 Bediening Parameternummer Parameternaam Standaardwaarde Beschrijving parameter [22–51] Onderdruk- 30 s Deze parameter vertragingstijd (Noord- specificeert de tijd tussen Amerika) / Eind curve detectie van Onderdruk vertraging en wanneer de actie die (Internationaal). is opgegeven in Onderdrukfunctie wordt opgedragen. [22–52] Eind curve tolerantie Deze parameter wordt gebruikt voor het...
Pagina 121 7 Bediening Parameternummer Parameternaam Standaardwaarde Omschrijving [20–84] De op referentie- referentiebandbreedte bandbreedte wordt berekend als een percentage van de referentie van het instelpunt. Als het verschil tussen de feedback en de referentie van het instelpunt kleiner is dan de waarde van deze parameter, zal de aandrijving werken op Curve 2.
Pagina 122 7 Bediening Parameternummer Parameternaam Standaardwaarde Omschrijving [19–63] Percentage defasering Na het beginnen met het versnellen van een pomp, wacht de controller tot de timer voor controle van stabilisatie van de versnelling afloopt. Hij berekent daarna het toerental voor vertragen door het vermenigvuldigen van het toerental van de pomp met de waarde in...
Pagina 123: Start-Up Genie (Smart Setup)
7 Bediening Parameternummer Parameternaam Standaardwaarde Omschrijving [19–21] Geen water Vertraging in seconden Beschermingsvertraging voordat de controller drukverlies naar de toestand Geen water/Verlies van aanzuig gaat. [22–50] Eind curve functie Deze parameter configureert de Eind curve functie. Het alarm/de waarschuwing Einde-curve wordt gegeven als de systeemdruk zakt tot onder [22-52] Eind curve...
Pagina 124: Instelfuncties Start-Up Genie (Smart Setup)
7 Bediening 7.4.3.1 Blokschema Start-Up Genie (Smart Setup) Genie opstarten (Smart Setup) Hoofdmenu Uitgaan Motoropstart Onderhoud Communicatie Bypass opstarten Multipomp opstarten Setup feedback Debietcompensatie opstarten Instelpunt opstarten Vaste toerentalvolger Multipomp zelfinstelling Digitale invoer opstarten Pompbeveiliging opstarten Multipomp einde van kromme van relatie Multipomp afwisseling tussen verhoging-gebied-volume Applicatie opstarten...
Pagina 125 7 Bediening Tabel 23: Instelfuncties Start-Up Genie (Smart Setup) Stroomschema’s Instelgegevens Stroomschema nr. Schermtabel Sectie Afbeelding 91: Tabel 25: Instelling Hoofdmenu • Regionale instellingen Stroomdiagram Hoofdmenusc hoofdmenu • Taal hoofdmenu hermen op pagina 132 • Sensorbron: pagina 133 pagina 134 –...
Pagina 126 7 Bediening Stroomschema’s Instelgegevens Stroomschema nr. Schermtabel Sectie Afbeelding 96: Tabel 34: Automatische Automatische Instelpunt 1, automatisch Stroomschema Schermen instelling instelling ingesteld voor constante Automatisch instellen voor druk, debietregeling en pagina 149 automatisch niveauregeling op pagina 155 instellen pagina 156 Afbeelding 97: Tabel 35: Instellen...
Pagina 127 7 Bediening Stroomschema’s Instelgegevens Stroomschema nr. Schermtabel Sectie Afbeelding 105: Tabel 44: Instelling Instelling verhoging Ingang feedback debiet, Stroomschema Stroomschem multipomp einde-curve waarde hoge/lage feedback, einde-curve a einde-curve einde-curve multipomp maximaal pompdebiet, versnellen/vertragen verhogen/ activering drempelwaarde/tijd voor controle EOC versnelling, multipomp op pagina verlagen...
Pagina 128 7 Bediening Stroomschema’s Instelgegevens Stroomschema nr. Schermtabel Sectie Afbeelding 114: Tabel 53: Instellen geen Geen water/verlies Aanzuigfour, beveiliging Stroomschema geen Schermen water/verlies van aanzuig vertraging, tijd/pogingen water/verlies van voor het van aanzuig voor opnieuw starten, aanzuig instellen van calibrantie vermogen bij op pagina op pagina 220 geen debiet...
Pagina 129: Hoofdmenu
7 Bediening Stroomschema’s Instelgegevens Stroomschema nr. Schermtabel Sectie Afbeelding 122: Tabel 65: Instellen Instellen Modbus RTU/BACnet, Stroomschema Schermen communicatie communicatie adres, baudrate, pariteit/ communicatie communicatie stopbits, BACnet apparaat op pagina 244 instellen instellen instance op pagina pagina 245 Afbeelding 123: Tabel 66: Onderhoud Onderhoud...
Pagina 130: Instellen En In Bedrijf Nemen
7 Bediening Parametergroe Naam parametergroep Bediening / Display Belasting en motor Remmen Verwijzingen Limieten / Waarschuwingen Digitale In/Out Analoog In/Out Opdr. en opties Profibus:* CAN veldbus* LonWorks* Ethernet Smart Logic Speciale functies Aandrijving gegevens Uitlezingen van gegevens Info & Uitlezingen Applicatieparameters ** Aandrijving gesloten lus Ext.gesloten lus...
Pagina 131 7 Bediening ingedrukt in de Start-Up Genie (Smart Setup) om aanvullende gegevens op te halen over het huidige scherm of de huidige parameter. Druk om door de Start-Up Genie (Smart Setup) te navigeren op [OK] om het instellen van een scherm of een parameter in te schakelen. Gebruik de pijlen omhoog en omlaag om de gewenste selectie te markeren en druk op [OK] om de selectie te bevestigen.
Pagina 132 7 Bediening Regionale instellingen Noord-Amerika Gebruik vervolgens de pijl omlaag om naar het volgende deel te gaan. In het tweede menu moet de gebruiker de taal instellen. Taal Engels US Het volgende scherm is het scherm voor de sensorbron, waar de gebruiker de sessor- of sensorloze bron kan selecteren, als er vooraf sensorloze gegevens werden geprogrammeerd in de fabriek.
Pagina 133 7 Bediening Set-upselectie Motor Als de Start-up Genie (Smart Setup) eerder in werking is geweest, kan de gebruiker de Instelselectie kiezen om een bepaalde functie in de controller te configureren. gewenste Gebruik de pijlen omhoog en omlaag om de gewenste instelling te markeren en druk op [OK] Instelselectie worden beschreven in om de instelling te openen.
Pagina 134: Instelling Hoofdmenu
7 Bediening Installatie Omschrijving Instelpunt Deze instelling maakt configuratie van tot 2 instelpunten mogelijk. Als er meerdere instelpunten worden gebruikt, wordt het instelpunt geselecteerd door middel van DI 33. Debietcompensatie Deze instelling configureert de functie debietcompensatie, die het instelpunt van het systeem automatisch kan aanpassen voor het compenseren van het effect van wrijvingsverliezen in het systeem.
Pagina 135 7 Bediening Hoofdmenu Taalkeuze (Gegevens zonder sensor gedetecteerd?) Genie opstarten (Geen) (Slimme installatie) (Ja) Regionale instelling Sensor Sensorbron Pomptoepassing Booster HVAC (Opstart niet eerder uitgevoerd) Sensorloos (Opstart eerder uitgevoerd) Set-up-selectie Motoropstart Uitgaan zie aantekeningen Voltooid Ga naar systeemwaarde Status Scherm Uitgaan Einde van installatie Afbeelding 91: Stroomdiagram hoofdmenu...
Pagina 136 7 Bediening Tabel 25: Hoofdmenuschermen Scherm Scherm Selectie Informatie instelling Informatiescherm ID nr. parameters [Noord-Amerika] • (Instelling niet Ga verder naar werken vóór): scherm ID #2. [Internationaal] [22-00] = 20s, Regionale instellingen [22-36] = 1500 Noord-Amerika OPM (Alle instellingen), [22-37] = 50 Hz (Alle instellingen), [5-10] = MCO Specifiek, [0-24] =...
Pagina 137 7 Bediening Scherm Scherm Selectie Informatie instelling Informatiescherm ID nr. parameters [Sensorloos] Sensorloos: Type • Sensor: ga verder pomptoepassing = naar scherm ID #4. [Sensor] HVAC: [20-21] = 15, • Sensorloos: Sensor Bron [1-25] = 1750 OPM. – (Instelling niet Sensorloos werken vóór): ga verder naar de...
Pagina 138: Instelling Motor
7 Bediening Scherm Scherm Selectie Informatie instelling Informatiescherm ID nr. parameters [Motor] • Afsluiten: ga verder naar scherm ID [Toepassing] #12. [Instelling multipomp] Set-upselectie • Andere selecties: [Feedback] Toepassing ga verder naar de [Instelpunt] geselecteerde tabel op de schermen [Debietcompensatie] voor selectie van [Pompbeveiliging] instellingen.
Pagina 139 7 Bediening Filter Fixed voor Sine Wave. Parameter [14-01] Schakelen frequentie zal worden ingesteld op 4 kHz voor Reactor, Dv/Dt of HVAC en op 5 kHz voor Sine Wave. 2. Als een HVAC-pomptoepassing werd geselecteerd, kunnen de stroomlimiet (%) en het motortype niet ingesteld worden.
Pagina 140 7 Bediening Tabel 26: Schermen voor het instellen van de motor Instellen motor Scherm Schermen Selecties [Parameters[ Instelge Scherminformatie ID nr. gevens Het instellen van de motor moet volledig worden Set-upselectie geconfigureerd bij het Motor voor de eerste keer gebruiken van Start- Up Genie (Smart Setup) of na het terugzetten naar...
Pagina 141 7 Bediening Instellen motor Scherm Schermen Selecties [Parameters[ Instelge Scherminformatie ID nr. gevens [Onderdompelbaar] • Onderdompelbaar: • Oppervlak: ga verder naar scherm [Oppervlak] [4-12] = 30 Hz ID #26. [1-78] = 29 Hz Motortype • Onderdompelbaar: [3-82] = 1 s Oppervlak ga verder naar [14-01] = 2 kHz...
Pagina 142: Instellen Toepassing
7 Bediening 7.5.4 Instellen toepassing Het volgende menu is Instellen toepassing waar u het type van toepassing en de regelrespons kunt selecteren en configureren. Selecteer eerst het type van toepassing en de bedrijfsmodus. De bedrijfsmodus selecteren zal bepaalde parameters configureren voor het configureren van de geselecteerd modus.
Pagina 143: Bedrijfsmodus
7 Bediening Applicatie opstarten Set-up-selectie Operating Mode (zie hoofdmenu stroomdiagram) Snelheidsregeling Enkelvoudige pompbesturing Regeling volgers Testrunmodus Multipompbesturing Afbeelding 93: Stroomschema instellen toepassing Tabel 28: Schermen voor instellen toepassing Instellen toepassing Scherm Schermen Selecties Informatie Informatiescherm ID nr. parameterinstelling Het wordt aanbevolen dat Instellen toepassing volledig Set-upselectie...
Pagina 144 7 Bediening HVAC-pomptoepassing. De sensorloze modus is niet beschikbaar in de boosterpomptoepassing. • Selecteer de gepaste eenheden voor de toepassing. • Selecteer of de toepassing een toepassing is voor het vullen of het leegmaken van een tank. • In een toepassing voor ‘Vullen’ zal de pomp versnellen als het peil in de tank onder het instelpunt zakt.
Pagina 145 7 Bediening Constant niveau Constante druk/constant debiet Parameters Langzaam Normaal Snel Langzaam Normaal Snel [3-51] 90 sec 90 sec 90 sec 70 sec 70 sec 70 sec Vermogenso pvoertijd [vermogensv erandering U] [3-52] 90 sec 90 sec 90 sec 70 sec 70 sec 70 sec Vermogensve...
Pagina 146 7 Bediening Parameter Omschrijving 3–52 Vermogensverlagingstijd [vermogensverandering Afbeelding 94: Grafiek 1. Instelpunt 2. Regelterugkoppeling (werkelijke waarde) 3. Regelband 4. Slaapvertraging 5. Slaapfrequentie 6. Uitgangsfrequentie 7. Regeling met Ramp 2 Up en Ramp 2 Down (langzame aanloop) Aquavar Intelligent Pump Controller 1.1 - 90 kW INSTRUCTIEHANDLEIDING...
Pagina 147 7 Bediening Enkelvoudige pompbesturing Multipompbesturing Toepassingstype (HVAC) (Zonder sensor) (Constante druk) (Versterker) zie aantekening #1 Toepassingstype Sensor zie aantekening #2 Tank vol/leeg Eenheden (HVAC) zie aantekening #1 zie aantekening #4 Multipomp opstarten (Versterker) (Internationaal) (Constante druk) (Nee) (Ja) zie aantekening #3 Eenheden (Nee) Automatische...
Pagina 148 7 Bediening Tabel 31: Schermen voor instellen van enkele pompregeling Instellen enkele pompregeling Scherm Schermen Selecties Informatie Informatiescherm ID nr. parameterinstelling [19-01] = (Type van Uitgeschakeld pomptoepassing): Bedrijfsmodus VERANDEREN BEDRIJF [19-00] = [1] • (Booster): ga verder Procesregeling, [19-50] naar scherm ID #61. MODUS ZAL OVERSCHRIJVEN = [19-56] = [25-20] = •...
Pagina 149 7 Bediening Instellen enkele pompregeling Scherm Schermen Selecties Informatie Informatiescherm ID nr. parameterinstelling • Noord-Amerika • (Sensor): [20-93] = • Deze 5s; [20-94] = 3,3s. toepassingstypes – [Constante druk] zijn beschikbaar • (Sensorloos): – [Debietregeling] Toepassingstype voor de HVAC- [20-03] = [20-06] = •...
Pagina 150 7 Bediening Instellen enkele pompregeling Scherm Schermen Selecties Informatie Informatiescherm ID nr. parameterinstelling [psi] Zie het bovenstaande Zie het bovenstaande scherm ID #64. scherm ID #64. [lb/in Drukregelingseenheden [in Hg] [mbar] [bar] [Pa] [kPa] [mm Hg] [Vullen] • Vullen: [20-81] = Zie het bovenstaande Normaal scherm ID #64.
Pagina 151: Automatische Instelling
7 Bediening Instellen enkele pompregeling Scherm Schermen Selecties Informatie Informatiescherm ID nr. parameterinstelling [Ja] • Ja: ga door naar de schermen met de [Nee] Wilt u Autoset gebruiken tabel Automatisch voor de overigie instellingen instellen. • Nee: ga verder naar scherm ID #70.
Pagina 152 7 Bediening Configuratie Noord-Amerika Internationaal Automatisch Constante druk Stroomregeling Niveauregeling Constante druk Constant debiet Constant niveau instellen [5–40,0] MCO geregeld MCO geregeld MCO geregeld Geen alarm Geen alarm Geen alarm Relaisfunctie 1 [5–40,1] MCO geregeld MCO geregeld MCO geregeld Actief Actief Actief Relaisfunctie 2...
Pagina 153 7 Bediening Configuratie Noord-Amerika Internationaal Automatisch Constante druk Stroomregeling Niveauregeling Constante druk Constant debiet Constant niveau instellen [19-26] Fout Uitgeschakeld Uitgeschakeld Uitgeschakeld Uitgeschakeld Uitgeschakeld Uitgeschakeld hoog systeem [19-27] Limiet hoog systeem [19-28] Vertraging hoog systeem [19-32] Fout lage Uitgeschakeld Uitgeschakeld Uitgeschakeld Uitgeschakeld Uitgeschakeld...
Pagina 154 7 Bediening Configuratie Noord-Amerika Internationaal Automatisch Constante druk Stroomregeling Niveauregeling Constante druk Constant debiet Constant niveau instellen [22-41] Minimum/ Slaaptijd [22-50] Eind curve functie [22-52] Eind curve tolerantie [22–33] Laag [4-14] * 0,5 in Instelling 1 toerental [Hz] [22–37] Hog [4-14] * 0,85 in Instelling 1 toerental [Hz] [22-39] Limiet...
Pagina 155 7 Bediening Configuratie Noord-Amerika Internationaal Automatisch Sensor Sensorloos Sensor Sensorloos instellen Constante Stroomregeli Constante Stroomregeli Constante Constant Constante Constant druk druk druk debiet druk debiet [6–27] Klem Uitgeschakel Uitgeschakel Uitgeschakel Uitgeschakel Uitgeschakel Uitgeschakel Uitgeschakel Uitgeschakel Sensorfout (Noord- Amerika) / Live Zero (internationa [14-20] Handmatig...
Pagina 156 7 Bediening Configuratie Noord-Amerika Internationaal Automatisch Sensor Sensorloos Sensor Sensorloos instellen Constante Stroomregeli Constante Stroomregeli Constante Constant Constante Constant druk druk druk debiet druk debiet [19-51] Stand- bypompen [19-68] Systeemalar Systeemalar Systeemalar Systeemalar Relaisfunctie m of m of m of m of waarschuwin waarschuwin...
Pagina 157 7 Bediening Automatische instelling (Versterker) (HVAC) (Zonder sensor) Sensor (Constante druk) (Niveauregelaar) (Debietregelaar) (Debietregelaar) (Debietregelaar) (Constante druk) (Constante druk) zie aantekening #1 zie aantekening #1 zie aantekening #1 zie aantekening #2 Uitgaan (zie hoofdmenu stroomdiagram) Afbeelding 96: Stroomschema Automatisch instellen Opmerkingen: 1.
Pagina 158 7 Bediening Tabel 34: Schermen voor automatisch instellen Automatische instelling Scherm Schermen Selecties Informatie Schermgegevens ID nr. parameterinstellingen • (Versterker): – (Constante druk): ga verder naar scherm ID #341. – (Debietregeling of constant debiet): ga verder naar scherm ID #342. –...
Pagina 159 7 Bediening Automatische instelling Scherm Schermen Selecties Informatie Schermgegevens ID nr. parameterinstellingen 341, 342, ____ [eenheid] • Scherm ID #341: 343, 347, – ga verder naar 348, 351, scherm ID #344. Instelpunt 1 • Scherm ID #342: 15.000psi – ga verder naar scherm ID #345 •...
Pagina 160 7 Bediening Automatische instelling Scherm Schermen Selecties Informatie Schermgegevens ID nr. parameterinstellingen Noord-Amerika: Peilregeling met 300 [OK] Zie de gegevens van OK: ga verder om het [eenheid], 4-20mA sensor op AI 53, de parameterinstelling scherm met de tabel slaapfrequentie = 30 Hz, herstartverschil = 10 voor peilregeling in het hoofdmenu af te [eenheid], Fout Geen water/verlies van...
Pagina 161: Instellen Multipompregeling
7 Bediening Automatische instelling Scherm Schermen Selecties Informatie Schermgegevens ID nr. parameterinstellingen Noord-Amerika [OK] Zie de gegevens van OK: ga verder om het de parameterinstelling scherm met de tabel voor debietregeling in het hoofdmenu af te (Noord-Amerika) of sluiten. Debietregeling met 4000 constant debiet [eenheid], regeling zonder sensor (internationaal) in...
Pagina 162 7 Bediening – Opmerking: een MCB101 I/O-bord voor algemene doeleinden is vereist. Zie Bedrading voor volger met vast toerental op pagina 92. • [2] Fixed Master Synch (Fixed Master Synchronous): alleen de vaste masterregelaar vereist een MCO301 programmeerbare API optiekaart. De vaste masterregelaar bedient zijn pomp met variabel toerental en de andere actieve volgerpompen met hetzelfde toerental dan de masterpomp.
Pagina 163: Bedrijfsmodus
7 Bediening Opmerking #3: • (Multi Master Synch) • (Multi Master MulCtrl) Tabel 35: Schermen voor multipompregeling Multipompbesturing Ga verder naar scherm ID #401. Bedrijfsmodus DE MODUS VERANDEREN ZAL DE HUIDIGE INSTELLING OVERSCHRIJVEN! Multipompbesturing Noord-Amerika: [19-00] = [1] • Indien [19-01] = Multi Procesregeling , [0-20] Master Synch of [Vaste toerentalvolger]...
Pagina 164: Fixed Master Synchronous
7 Bediening Opmerking: Sensorloze regeling kan niet worden toegepast in de modus Vaste toerentalvolger. 7.5.6.2 Fixed Master Synchronous De modus vaste master synchrone multipompregeling ondersteunt tot vier pompen parallel in bedrijf met een master- en tot drie hulppompen om te draaien bij variabel toerental. Een MCO301 programmeerbare API optie A- of B-kaart is vereist voor de master regelaar.
Pagina 165: Multi Master Synchronous
7 Bediening In de bedrijfsmodus Vast-Master is de master regelaar vast met een standaard adres 1 in [19-56] en kan deze het versnellen/vertragen en het toerental van alle aangesloten hulppompen regelen. Elke hulppomp moet een uniek adres hebben van 2 tot 4, afhankelijk van het aantal pompen voor een goede werking.
Pagina 166 7 Bediening WAARSCHUWING: Wanneer tijdens de werking alle pompen volledig gestopt moeten worden, moeten alle pompen in het systeem in de modus Uit worden gezet door op de toets Uit te drukken (de LED Uit zal branden) voor het stoppen van alle pompen. Als dit niet gebeurt, kan elke pomp die is gestopt maar nog on in modus Automatisch Aan staat (de LED Automatisch Aan brandt) te allen tijde starten of beginnen draaien als gevolg van de opgegeven multi master synchrone werking.
Pagina 167: Instelling Toerentalregeling
7 Bediening Aantal pompen Geavanceerde Geavanceerde Geavanceerde Geavanceerde regelaar-1 adres regelaar-2 adres regelaar-3 adres regelaar-4 adres [19-50] in master regelaar [19-56] [19-56] [19-56] [19-56] Elk adres van regelaars van hulppompen ([19-56]) moet binnen 2-4 zijn met verschillende waarden voor alle regelaars. Voor een systeem met twee pompen bijvoorbeeld moet het adres van de regelaar van de hulppomp 2 zijn, voor een systeem met drie pompen moeten de adressen van de regelaar van de hulppompen respectievelijk 2 en 3 zijn en voor een systeem met vier pompen moeten de adressen van de hulppomp respectievelijk 2, 3 en 4...
Pagina 168 7 Bediening Toerentalregeling zie aantekening #1 Geen functie zie aantekening #2 zie aantekening #3 (AI 53) Referentie/feedback (AI 54) Pompbeveiliging opstarten Voltooid Uitgaan (zie hoofdmenu stroomdiagram) Afbeelding 98: Stroomschema instelling toerentalregeling Opmerking bij het stroomschema voor instelling toerentalregeling: • Opmerking #1: Scherm voor selectie van de toerentalreferentiebron. •...
Pagina 169 7 Bediening Instellen toerentalregeling Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [Geen functie] [3-15]=[20-00]=selectie • Geen functie & (=Geen functie als veldbusreferentie: [Analoge ingang 53] veldbusreferentie werd ga verder naar [Analoge ingang 54] Referentiebron toerental geselecteerd), scherm ID #119. [Veldbusreferentie] [0-20]=Vermogen [pk], Geen functie...
Pagina 170: Instelling Volger Regeling
7 Bediening Instellen toerentalregeling Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [Ja] • Ja: ga verder naar het scherm met de [Nee] Doorgaan naar de pomp tabel voor instellen beveiliging setup? pompbeveiliging. • Nee: ga verder naar scherm ID #121. [OK] OK: ga verder naar afsluiten in de tabel op...
Pagina 171 7 Bediening Alle volger adressen ([18-31]) moet binnen 2-4 zijn met verschillende waarden voor alle volger regelaars. Minimum en maximum referentie zijn vereist voor het instellen voor toerental. • PLC Follower Control: Tot drie IPC’s kunnen worden gebruikt als PLC volgers. Een PLC die kan communiceren met de IPC’s en ze kan regelen is vereist.
Pagina 172 7 Bediening zie aantekening #1 Regeling volgers zie aantekening #3 zie aantekening #5 zie aantekening #2 Pompadres zie aantekening #4 zie aantekening #6 Uitgaan (zie hoofdmenu stroomdiagram) Afbeelding 100: Stroomschema volgerregeling Opmerkingen bij het stroomschema voor volgerregeling: • Opmerking #1: Bedrijfsmodus •...
Pagina 173 7 Bediening Instelling volgerregeling Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [0-20]=Vermogen [pk], Ga verder naar scherm [0-21]=Frequentie, ID #704. Station zal worden gebruikt als [0-22]=Motorstroom, Vaste Master-volger [0-23]=Referentie [%], Besturing [3-15]=Geen functie, [OK] [5-10]=Geen werking, [8-30]=FC, [8-32]=115200 Baud, [20-00]=Geen functie, [1390.5]=[1390.8]=[139 0.9]= Vals, [8-02]=FC-...
Pagina 174: Instellen Testrunmodus
7 Bediening Instelling volgerregeling Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [OK] OK: Ga verder naar afsluiten in de tabel op het scherm PLC-regeling volger Hoofdmenu. is geconfigureerd [OK] 7.5.9 Instellen testrunmodus Test Run Mode laat de regelaar een test uitvoeren waarbij de pomp versneld zal worden tot een bepaald toerental om een test uit te voeren op het systeem en de pomp/motor.
Pagina 175: Multipomp Instellen
7 Bediening Instellen testrunmodus Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [OK] • OK: Ga verder naar In de testrunmodus versnelt de scherm ID #105. [Terug] motor tot een opgegeven toerental. • Terug: keer terug DI 18 wordt gebruikt voor het naar vorig scherm ID beginnen en #57.
Pagina 176 7 Bediening Multipomp opstarten zie aantekening #1 (Sensor) zie aantekening #2 (Zonder sensor) Vaste toerentalvolger (Ja) (Geen) zie aantekening #4 see Note #3 (Geen) Geen Automatische instelling (Ja) Multipomp zelfinstelling zie aantekening #5 Multipomp afwisseling Geen Geen Multipomp einde van kromme van relatie tussen verhoging-gebied-volume Afbeelding 102: Stroomschema multipomp instellen Opmerkingen bij stoomschema multipomp instellen:...
Pagina 177 7 Bediening Tabel 39: Schermen voor instellen multipomp Multipomp opstarten Scherm Scherm Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters De instelling multipomp kan worden geconfigureerd voor tot Set-upselectie 4 pompen. De selectie Multipomp opstarten instelling multipomp is alleen zichtbaar na selecte van multipompregeling in de bedrijfsmodus Toepassing.
Pagina 178 7 Bediening Multipomp opstarten Scherm Scherm Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters ______ % [19-60] = eerste Ga verder naar scherm selectie. ID #416. Toerental fasering _____ secs [19-61] = tweede selectie. Controletijd fasering 0 sec ______ % [19-63] = eerste Ga verder naar scherm selectie.
Pagina 179: Multipomp Zelfinstelling
7 Bediening Multipomp opstarten Scherm Scherm Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters _____ mins [19-57] = selectie. Ga verder naar de tabel om de schermen multipomp einde-curve. Getimede defasering 0 min 7.5.10.1 Multipomp zelfinstelling Met de multipomp zelfinstelling kan de gebruiker de rest van de parameters automatisch configureren naar de standaard instellingen.
Pagina 180 7 Bediening Configuratie Noord-Amerika Internationaal multipomp Constante druk Stroomregeling Niveauregeling Constante druk Constant debiet Constant niveau zelfinstelling [14-20] Handmatig Handmatig Handmatig Handmatig Handmatig Handmatig Modusreset resetten resetten resetten resetten resetten resetten [19-10] Duur van inactiviteit pompbeweging [19-11] Gebruikstijd pompbeweging [19-12] Uitgeschakeld Uitgeschakeld Uitgeschakeld...
Pagina 181 7 Bediening Configuratie Noord-Amerika Internationaal multipomp Constante druk Stroomregeling Niveauregeling Constante druk Constant debiet Constant niveau zelfinstelling [19-53] 24 u 24 u 24 u 24 u 24 u 24 u Tijdinterval Afwisseling [19-57] Getimede defasering [19-60] Toerental fasering [19-61] Controletijd fasering [19-62] Stabilisatietijd...
Pagina 182 7 Bediening Configuratie Noord-Amerika Internationaal multipomp Constante druk Stroomregeling Niveauregeling Constante druk Constant debiet Constant niveau zelfinstelling [19-95] Leiding vul max. pomp [19-97] Vertraging aanzuiging [20–00] AI 53 AI 53 AI 53 AI 53 AI 53 AI 53 Feedback 1 bron [20–03] Bron No function No function...
Pagina 183 7 Bediening Configuratie Noord-Amerika Internationaal multipomp Sensor Sensorloos Sensor Sensorloos zelfinstelling Constante Stroomregeli Constante Stroomregeli Constante Constant Constante Constant druk druk druk debiet druk debiet [5-40.0] Geen alarm Geen alarm Geen alarm Geen alarm Relaisfunctie geregeld geregeld geregeld geregeld [5-40.1] Actief Actief Actief...
Pagina 184 7 Bediening Configuratie Noord-Amerika Internationaal multipomp Sensor Sensorloos Sensor Sensorloos zelfinstelling Constante Stroomregeli Constante Stroomregeli Constante Constant Constante Constant druk druk druk debiet druk debiet [19-27] Limiet hoog systeem [19-28] Vertraging hoog systeem [19-32] Fout Uitgeschakel Uitgeschakel Uitgeschakel Uitgeschakel Uitgeschakel Uitgeschakel Uitgeschakel Uitgeschakel...
Pagina 185 7 Bediening Configuratie Noord-Amerika Internationaal multipomp Sensor Sensorloos Sensor Sensorloos zelfinstelling Constante Stroomregeli Constante Stroomregeli Constante Constant Constante Constant druk druk druk debiet druk debiet [19-66] Toerental geforceerde defasering [19-67] Controletijd geforceerde defasering [19-68] Systeemalar Systeemalar Systeemalar Systeemalar Relaisfunctie m of m of m of m of...
Pagina 186 7 Bediening Configuratie Noord-Amerika Internationaal multipomp Sensor Sensorloos Sensor Sensorloos zelfinstelling Constante Stroomregeli Constante Stroomregeli Constante Constant Constante Constant druk druk druk debiet druk debiet [20–00] AI 53 AI 53 Sensorloze Sensorloos AI 53 AI 53 Sensorloze Sensorloos Feedback 1 druk debiet druk...
Pagina 187 7 Bediening – Noord-Amerika: (Niveauregeling) – Internationaal (Constant niveau) Tabel 42: Tabel op schermen voor multipomp zelfinstelling Multipomp zelfinstelling Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters • (Versterker): – (Constante druk): ga verder naar scherm ID #441. – (Debietregeling of constant debiet): ga verder naar scherm ID #442.
Pagina 188 7 Bediening Multipomp zelfinstelling Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters 441, ____ [unit] [20-21] = invoer • Scherm ID #441: ga 442, (Instelling 1). verder naar scherm 443, ID #444. Instelpunt 1 447, • Scherm ID #442: ga 15.000psi 448, verder naar scherm...
Pagina 189 7 Bediening Multipomp zelfinstelling Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters Noord-Amerika: Niveauregeling met 300 [OK] Zie de informatie over OK: ga verder naar [eenheid], 4-20mA sensor op AI 53, het instellen van Sluiten in de tabel op Slaapfrequentie = 30 Hz, Herstartverschil = niveauregeling (Noord- het scherm 10 [eenheid], Fout Geen water/Verlies van...
Pagina 190 7 Bediening Multipomp zelfinstelling Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters Noord-Amerika: [OK] Zie de informatie over OK: ga verder naar het instellen van Sluiten in de tabel op debietregeling (Noord- het scherm Amerika) of constant Hoofdmenu. Debietregeling met 4000 debiet (Internationaal) [eenheid], regeling zonder sensor voor sensorloze...
Pagina 191 7 Bediening Vaste toerentalvolger zie aantekening #1 (2 pompen) (4 pompen) (3 pompen) zie aantekening #2 zie aantekening #3 Geen Multipomp afwisseling Automatische instelling Afbeelding 104: Stroomschema vaste toerentalvolger Opmerkingen bij het stroomschema voor de vaste toerentalvolger: • Opmerking #1: (Parameter [19-50] Aantal pompen = 2/3/4?) •...
Pagina 192: Instelling Multipomp Einde-Curve Activering
7 Bediening Vaste toerentalvolger Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformat ID nr. parameters [OK] Ga verder naar scherm ID Pin 6 digitale uitgang 2 #504. Regeling vast toerental pomp 1, digitale uitgang Pin 7 regeling vast toerental pomp 2 [OK] “Pin 6 van digitale ingang regelt vast toerental pomp 1, Pin 7 van [OK] Ga verder naar digitale ingang regelt vast toerental pomp 2, Relais 1 regelt vast...
Pagina 193 7 Bediening regelcurve niet terug op de pompcurve kan gebracht worden, exporteert de regelaar een waarschuwing na het verstrijken van een vertraging, maar blijft de pomp in werking. OPMERKING: Een ingang van een debietmeter is vereist voor een debietmeting in de juiste eenheden en voor een einde-curve beveiliging.
Pagina 194 7 Bediening Tabel 44: Stroomschema einde-curve verhogen/verlagen debiet Einde-curve versnellen/vertragen multipomp Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters • Als (Toepassingstype = Constante druk & [19-01] Multipumpregeling = Vaste master synchroon/Multi master synchroon): ga verder naar scherm ID #461. •...
Pagina 195: Instelling Multipomp Afwisseling
7 Bediening Einde-curve versnellen/vertragen multipomp Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters ____ % [19-74] = eerste Ga verder naar scherm selectie. ID #466. Percentage EOC-fase ____ sec [19-75] = tweede selectie. Controletijd EOC-fase 0 sec ____ % [19-76] = eerste Ga verder naar scherm selectie.
Pagina 196 7 Bediening OPMERKING: Als stand-by bedrijf is ingeschakeld door het beperken van het aantal actieve pompen en het maximum aantal pompen die al draaien, zal de pomp die wordt gewisseld eerst vertragen, voordat een nieuwe pomp wordt ingeschakeld. OPMERKING: Elke gestopte of getripte pomp zal automatisch uit de sequentie voor afwisseling worden verwijderd.
Pagina 197 7 Bediening Tabel 45: Schermen voor multipomp afwisseling Multipomp afwisseling Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters • Als (vaste toerentalvolger): ga verder naar scherm ID #481. • Anders: ga verder naar scherm ID #482. [Uitgeschakeld] [19-52] = selectie •...
Pagina 198: Instellen Feedback
7 Bediening Multipomp afwisseling Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [Ja] • Ja: ga verder naar de tabel op het [Nee] Doorgaan naar de Feedback scherm Feedback instellen. Instellen? • Nee: ga verder naar het scherm voor selectie van de instelling ID #6 in de tabel op de schermen...
Pagina 199 7 Bediening [20–20] Feedbackfunctie Verschil Het verschil tussen feedback 2 en feedback 1 zal de feedback naar de regelaar zijn. Deze instelling wordt gewoonlijk gebruikt om een drukverschilsignaal te configureren door middel van 2 afzonderlijke omvormers. OPMERKING Deze selecte is alleen geldig met feedback 1 en feedback 2.
Pagina 200 7 Bediening Setup feedback Controleren feedback bronnen (Versterker) (HVAC) (Internationaal) (>1 feedback) 1 feedback Noord-Amerika (1 feedback) zie aantekening #1 zie aantekening #2 zie aantekening #3 AI niet geselecteerd zie aantekening #3 zie aantekening #2 (>1 feedback) AI niet geselecteerd zie aantekening #3 zie aantekening #2 (>2 feedbacks)
Pagina 201 7 Bediening Tabel 46: Schermen voor instelling feedback Instelling feedback Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters • De regelaar kan tot 4 feedbackbronnen gebruiken door Set-upselectie middel van de Feedback ingebouwde IO. • Instellen feedback is niet beschikbaar voor de sensorloze modus.
Pagina 202 7 Bediening Instelling feedback Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [Al de volgende die • [20-00] = Feedback • Werd er een beschikbaar zijn in de 1 bron selectie analoge ingang lijst voor het selecteren geselecteerd?: • De Feedback 1 bron van parameters 20-00, feedbackselecties...
Pagina 203 7 Bediening Instelling feedback Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters ____ • [20–13] = eerste • (# van feedbacks > invoer. [20–14] = 2): ga verder naar ____ Lage feedbackwaarde 2 tweede invoer. scherm ID #138. 0,000 • (# van feedback = •...
Pagina 204 7 Bediening Instelling feedback Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [Al de volgende die • [19-80] = selectie • Werd er een beschikbaar zijn in de analoge ingang • De beschikbare Bron Feedback 4 lijst voor het selecteren geselecteerd?: selecties zijn van parameters...
Pagina 205 7 Bediening Instelling feedback Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [Uit] [19–40] = selectie • Constant toerental: [Stoppen] – (Multipomp en #draaiende [Constant toerental] AZF-functie pompen ≠ 1 en [Stoppen en trippen] Constante snelheid motortoerental eenheid = OPM): ga verder naar scherm ID # 144.
Pagina 206: Instelpunt Instellen
7 Bediening Instelling feedback Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [1, 2, 3 of 4] [19–41] = eerste Ga verder naar scherm selectie ID #148. _____ [Hz] Aantal draaiende pompen [19–42] = tweede selectie Toerental AZF [Hz] 0,0 Hz _____ [OPM] Ga verder naar scherm ID #148.
Pagina 207 7 Bediening Instelpunt opstarten (HVAC) (Versterker) Instelpunt 1 (> 1 instelpunt) 2 instelpunten (Ja) 1 Instelpunt Instelpunt 2 (Geen) (> 2 instelpunten) (Geen) Instelpunt 1 (Ja) (2instelpunt) Instelpunt 3 (Ja) (4 instelpunten) (Geen) (Geen) (Ja) Alternatief Instelpunt 2 Alternatief instelpunt 1 instelpunt 2 Instelpunt 4 (>...
Pagina 208 7 Bediening Tabel 47: Schermen voor instellen instelpunten Instelpunt instellen Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters (HVAC): • (Booster): ga verder naar scherm ID Als ([20-20] = Verschil): #162. • (Ja): # instelpunt = 1 Set-upselectie • (HVAC): ga verder •...
Pagina 209 7 Bediening Instelpunt instellen Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters ___ [Eenheid] [20-21] = invoer. • (Een instelpunt): ga verder naar scherm ID #171. Instelpunt 1 • (Twee instelpunten): 15.000psi ga verder naar scherm ID #168. ___ [Eenheid] [2-22] = selectie.
Pagina 210 7 Bediening Instelpunt instellen Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters ___ [Eenheid] [19-84] = selectie. • (Een setpunt): zie de Geen voorwaarde in bovenstaand scherm Alt. Instelpunt 1 ID #171. 0.000 • (Meer dan een instelpunt): ga verder naar scherm ID #174.
Pagina 211: De Functie Leiding Vullen Instellen
7 Bediening 7.5.13 De functie leiding vullen instellen In wateraanvoersystemen kan waterslag voorkomen wanneer de leidingen te snel worden gevuld. Daarom wordt aangeraden om de vulsnelheid te beperken. De modus leiding vullen elimineert de kans op waterslagen als gevolg van het snel ontsnappen van de lucht uit het leidingsysteem, door de pijpen geleidelijk te vullen tegen een laag debiet.
Pagina 212 7 Bediening Tabel 48: Schermen voor de functie leiding vullen Leidingvulfunctie Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [Ingeschakeld] • Ingeschakeld: • Ingeschakeld: ga [19-90] = verder naar scherm [Uitgeschakeld] Inschakelen. ID #552. Leidingvulfunctie • Uitgeschakeld: • Uitgeschakeld: inschakelen [19-90] = –...
Pagina 213: Debietcompensatie Instellen
7 Bediening Leidingvulfunctie Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters ___ [Eenheid] [19-94] = selectie. Ga verder naar scherm ID #557. Dode zone 0.000 [19-95] = selectie. • (Toepassingstype = Constante druk): ga verder naar scherm Leiding vul max. pomp ID #558.
Pagina 214 7 Bediening Afbeelding 110: Debietcompensatiecurve OPMERKING: Het instelpunt in bovenstaande debietcompensatiecurve is het maximale instelpunt van de regeling en dit zal overeenstemmen met het instelpunt waar naar geregeld wordt. Tabel 49: Instellen parameters debietcompensatie Parameternummer Omschrijving Instellen op [19-12] Debietcompensatie Ingeschakeld [19-13] Drukverlies...
Pagina 215 7 Bediening Tabel 50: Schermen voor het instellen van de debietcompensatie Debietcompensatie instellen Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [Inschakelen] • Ingeschakeld: • Ingeschakeld: ga [19-12] = verder naar scherm [Uitschakelen] Inschakelen. ID #182. Debietcompensatie • Uitgeschakeld: • Uitgeschakeld: ga [19-12] = verder naar scherm Ingeschakeld...
Pagina 216: Pompbeveiliging Instellen
7 Bediening Debietcompensatie instellen Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [OK] Ga verder naar scherm ID #188. Flowbenadering zal worden gebruikt voor compensatie. [OK] [Ja] • Ja: ga verder naar het scherm met de [Nee] Doorgaan naar de pomp tabel voor instellen beveiliging setup? pompbeveiliging.
Pagina 217 7 Bediening Pompbeveiliging opstarten (Toerentalregeling) (Booster) Slaapstand Geen water/verlies van zuiging Aanzuigbeveiliging (Booster) (Toerentalregeling) (HVAC) Systeembeveiliging Digitale I/O beveiliging Vertraging aanzuiging (Geen) zie aantekening #1 (Ja) zie aantekening #2 (Geen) (Ja) Digitale invoer opstarten Geen Bypass opstarten Set-up-selectie (zie hoofdmenu stroomdiagram) Afbeelding 112: Stroomschema instellen pompbeveiliging Opmerkingen bij het stroomschema voor het instellen van de pompbeveiliging: •...
Pagina 218 7 Bediening Tabel 51: Schermen voor instellen pompbeveiliging Pompbeveiliging instellen Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters (Geen • (Geen toerentalregeling): toerentalregeling): • (Booster & – (Booster): ga Set-upselectie debietregeling) verder naar de Pompbescherming Sluimermodus, – [19-24] = [0] Geen water/ Uitgeschakeld, Verlies van...
Pagina 219: Instellen Sluimermodus
7 Bediening Pompbeveiliging instellen Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters na te gaan of er een bypass-aandrijving aanwezig is. • Nee: ga verder naar scherm ID #201. ______sec [19-97] = invoer. Als er een bypass- paneel wordt gedetecteerd en werkt: Vertraging aanzuiging •...
Pagina 220 7 Bediening gedraaid gedurende de tijd die werd ingevoerd in [22–40] Minimum looptijd. De [22–41] Minimum/Slaaptijd forceert de pomp om in de sluimermodus te blijven (uitgeschakeld) gedurende de periode die werd ingevoerd in [22–41] Minimum/Slaaptijd. Slaapstand Slaapstand zie aantekening #2 (Hz) inschakelen (Ja)
Pagina 221 7 Bediening Tabel 52: Schermen voor sluimermodus Sluimermodus Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [Inschakelen] • Uitschakelen: • Inschakelen: [19-24] = [22-21] = [Uitschakelen] – ([0-02] = Hz): ga [22-22] = [0] verder naar Slaapmodus Uitgeschakeld, scherm ID #212. [22-23] = [0] Uit.
Pagina 222: Instellen Geen Water/Verlies Van Aanzuig
7 Bediening Sluimermodus Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters _____ [19-25] = invoer. Ga verder naar scherm ID #217. Geen debiet Verschil herstarten 0.000 _____ [Hz] [22-43] = invoer. Ga verder naar scherm ID #217. Toerental bij ontwaken 30,0 Hz _____ [OPM] [22-42] = invoer.
Pagina 223 7 Bediening gegeven. Als de functie geen water/verlies van aanzuig is uitgeschakeld, zal de pomp niet worden beschermd tegen droog lopen en/of verlies van aanzuig. De [22–39] Limiet Geen water/Verlies van vulling (Noord-Amerika) / [22-38] Hoog toerental vermogen [kW] (Internationaal) is de waarde voor het vermogen bij geen debiet die overeenstemt met het toerental dat is ingevoerd in [22–37] Hog toerental [Hz].
Pagina 224: Instellen Aanzuigbeveiliging
7 Bediening Geen water/verlies aanzuig Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [Ja] JA: [22-21] = Ga verder naar scherm Ingeschakeld ID #233. [Nee] De kalibratie geen debiet Na automatisch instellen uitvoeren? instellen na laag vermogen, [8-13] = retourscherm, [22-20] = Ingeschakeld.
Pagina 225 7 Bediening Aanzuigbeveiliging Digitale aanzuigingsbeveiliging zie aantekening Niet ingesteld Overige zie aantekening #2 Lage aanzuiging Lage aanzuiging Uitschakeling/vertraging Drempelwaarde heropstart Lage aanzuiging Fout hoge aanzuiging Defect Overige (Alarm handmatig Overige Uitgeschakeld opnieuw opstarten) Uitgeschakeld Hoge aanzuiging Uitschakeling/vertraging (Alarm handmatig opnieuw opstarten) Hoge aanzuiging Drempelwaarde heropstart (Versterker)
Pagina 226 7 Bediening Aanzuigbeveiliging Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters _____ [Eenheid] • Geselecteerde Ga verder naar scherm waarde voor lage ID #243. _____ [Eenheid] Lage feedbackwaarde feedback [6-14] of 0.000 [6-24] of [6-34] of [6-44] of [26-14] of Hoge feedbackwaarde [26-34] = eerste 300.000...
Pagina 227: Instellen Digitale Aanzuigbeveiliging
7 Bediening Aanzuigbeveiliging Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters _____ [Eenheid] [19-37] = eerste invoer. (Uitschakelen na hoge aanzuig = Handm. reset _____ sec [19-38] = tweede alarm): invoer. Cut-out hoge aanzuiging • (Ja): keer terug naar 0.000 de aanzuigbeveiliging Vertraging hoge aanzuiging in de tabel op de...
Pagina 228: Instellen Systeembeveiliging
7 Bediening Tabel 55: Schermen voor digitale aanzuigingsbeveiliging Digitale aanzuigingsbeveiliging Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [Uitgeschakeld] (0) • [19-32] = selectie. • Uitgeschakeld: ga verder naar scherm [Waarschuwing] (1) – Uitgeschakeld: Lage aanzuigbescherming ID #253. [5-12] = Geen [Alarm] (2) instellen via digitale •...
Pagina 229 7 Bediening OPMERKING: Het alarm voor onderdruk zal worden gereset overeenkomstig zoals insgesteld in [19-48] Herstarttijd systeem & [19-49] Herstartpogingen systeem, daarna is een handmatige reset vereist. Om deze functie te configureren moet de [22–51] Onderdruk-vertragingstijd (Noord- Amerika) / Eind curve vertraging (Internationaal) en [22–52] Eind curve tolerantie worden ingesteld.
Pagina 230 7 Bediening Systeembeveiliging zie aantekening #1 Overige Hoog systeem Drempelwaarde/vertraging Uitgeschakeld Stroomonderbreker Onderbreker hoog systeem laag systeem zie aantekening Overige (HVAC) Overige Uitgeschakeld Laag systeem (Ja) Drempelwaarde/ vertraging (Geen) (Versterker) zie aantekening #3 Fout hoog systeem Digitale I/O beveiliging Afbeelding 117: Stroomschema systeembeveiliging Opmerkingen bij het stroomschema voor systeembeveiliging: •...
Pagina 231 7 Bediening Systeembeveiliging Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [Uitgeschakeld] (0) [19-45] = selectie. • Uitgeschakeld: ga verder naar de Stroomonderbreker laag [Waarschuwing] (1) uitgang van scherm systeem [Alarm] (2) #547 voor het Alarm Triplook [Handm. Alarm controleren van de resetten] (3) selectie van het toepassingstype van...
Pagina 232: Instellen Digitale I/O Beveiliging
7 Bediening 7.5.15.6 Instellen digitale I/O beveiliging De instelling digitale I/O beveiliging activeert de pompbeveiliging door middel van een externe digitale ingang. Het signaal van de digitale ingang geeft een fout weer buiten de instelbare frequentieaandrijving. Een “Pomp beschermen” heeft de instelbare frequentieaandrijving het commando gegeven om uit te schakelen.
Pagina 233 7 Bediening Tabel 57: Schermen voor het instellen van de digitale I/O pompbeveiliging Regelkaart instelling digitale I/O beveiliging, RS-485 seriële communicatie Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters • Ja: [5-11] = [7] [5-12] = [75] MCO Pompbeveiliging/ specifiek. Externe Interlock.
Pagina 234: Instellen Bypass
7 Bediening Regelkaart instelling digitale I/O beveiliging, RS-485 seriële communicatie Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters • Ja: [5-16] = [5-17] = Zie anders als Beveiliging pomp 2 en pomp 3 [7] Pompbeveiliging/ voorwaarde op instellen Externe Interlock. bovenstaand scherm via digitale ingang 2 en ID #593.
Pagina 235 7 Bediening Bypass Symbool Uit/reset toets Aandrijving/bypass toets Door op de toets Bypass aandrijving op het bypass LCP te drukken wanneer de aandrijving in de aandrijfmodus staat, zullen de opties voor de bypass- en aandrijfmodi op het scherm worden weergegeven: Druk op [OK] om over te schakelen naar de By-passmodus.
Pagina 236 7 Bediening falen van het aantal aandrijvingen dat is ingesteld in [19-58] Omloopaandrijvingen mislukt. • In de alleen digitaal configuratiemodus, wordt digitale ingang 32 gebruikt voor het instellen van het aantal pompen in [19-59] Omloop actieve pompen voor de bypassmodus in een extern deel: Bypass opstarten Digitale invoering alleen Automatisch alleen...
Pagina 237: Digitale Invoer Instellen
7 Bediening Bypass instellen Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [Uitgeschakeld] • Uitgeschakeld: • Uitgeschakeld: ga [19-58] = [19-59] = verder naar scherm [Automatisch en 0, [31-01] = 5 sec, ID #604. digitaal] Bypassfunctie [31-02] = 0 sec. •...
Pagina 238 7 Bediening OPMERKING: Alleen selecties van de volgende lijst mogen beschikbaar zijn voor digitale ingangen in dit deel (als deze selecties beschikbaar zijn voor de betreffende ingang). Als een voorheen geselecteerde waarde niet in de lijst staat, moet er worden gereset naar Geen werking. Tabel 59: Lijst met selecties voor digitale ingang Geen bediening Reset...
Pagina 239 7 Bediening Tabel 60: Functionaliteit digitale ingang op basis van bedrijfsmodus Digitale I/O Operating Mode Klemnummer Parameternum Enkele pomp Snelheidsregeli Testrunmodus Omschrijving [5–10] [75] MCO [75] MCO [75] MCO Het digitale specifiek specifiek specifiek ingangssignaal voor starten/ stoppen van de aandrijving.
Pagina 240 7 Bediening Digitale I/O Operating Mode Klemnummer Parameternum Enkele pomp Snelheidsregeli Testrunmodus Omschrijving [5–12] [0] Geen [0] Geen [0] Geen Deze ingang werking werking werking kan worden geconfigureerd voor gebruik als een ingang voor waarschuwing of alarm voor pompbeveiliging /externe interlock.
Pagina 241 7 Bediening Digitale I/O Operating Mode Klemnummer Parameternum Enkele pomp Snelheidsregeli Testrunmodus Omschrijving — Gemeenschapp Gemeenschapp Gemeenschapp Gemeenschapp elijk elijk elijk elijk voor digitale ingangen en referentie voor 24 V voeding Functionaliteit digitale ingang op bedrijfsmodus: Opmerking: - Als een van onderstaande pennen voor de digitale ingang zijn toegewezen aan [75] MCO specifiek, zal de geavanceerde regelaar alleen de functie in onderstaande lijst gebruiken (zie het bijgevoegde document).
Pagina 242 7 Bediening Tabel 61: Schermen voor het instellen van de digitale ingang Instellen digitale invoer Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie parameters [5-11] = selectie. • Alle niet gebruikte pennen voor de digitale ingang 19, Set-upselectie 27, 29, 32 of 33 Digitale ingang kunnen worden geconfigureerd als...
Pagina 243: Relais En Analoge Uitgang Instellen
7 Bediening Instellen digitale invoer Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie parameters Tabel 59: Lijst met • [5-13] = selectie (Was [5-14] DI 32 = selecties voor digitale MCO specifiek?): • [5-13] Klem 29 ingang op pagina 236 Digitale ingang ≠ •...
Pagina 244: Analoge Uitgang
7 Bediening Selectie Parameters [540.1] en [540.2] Parameters [19–68] en [19–69] waarden waarden Hydraulisch alarm systeem [51] MCO geregeld [1] Alarm systeempomp Alarm elektrisch systeem [51] MCO geregeld [2] Alarm Systeem VFD Waarschuwing systeem [51] MCO geregeld [0] Sys alarm of waarschuwing Systeem actief [51] MCO geregeld [3] Systeem actief...
Pagina 245 7 Bediening Selectie Stroombereik Parameter [6–50] Klem Parameter [19–65] 42 uitgang Functie Analoge uitgang 4–20mA [133] Motorstroom 4– 20mA Systeemvermogen* 0–20mA [52] MCO geregeld 0– [3] Systeemvermogen 20mA 4–20mA [53] MCO geregeld 4– [3] Systeemvermogen 20mA Motorvermogen 0–20mA [106] Vermogen 0–Pnom 4–20mA [136] Vermogen 4–20mA Systeemtoerental*...
Pagina 246: Instellen Communicatie
7 Bediening Instellen relais & analoge uitgang Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [Selectielijst] Opmerking: zie de Ga verder naar scherm tabel in dit deel om de ID #282. [Selectielijst] Relaisfunctie 1 parameters in te Pomp actief stellen. Relaisfunctie 2 Slaapmodus [Lijst]...
Pagina 247 7 Bediening Communicatie-setup Adres/Baudrate Pariteit/stopbit Toestelinstantie Modbus RTU BACnet BACnet Modbus RTU Set-up-selectie Onderhoud (zie hoofdmenu stroomdiagram) Afbeelding 122: Stroomschema communicatie instellen Tabel 65: Schermen communicatie instellen Instellen communicatie Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters Instelling selectie Communicatie [Modbus RTU] [8-30] = invoer Ga verder naar scherm...
Pagina 248: Onderhoud
7 Bediening Instellen communicatie Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters _____ [8-70] = invoer Keer terug naar het scherm Selectie instelling ID #6 in de BACnet Device Instance tabel op de schermen Hoofdmenu. [Ja] • Ja: ga verder naar de tabel op de [Nee] schermen...
Pagina 249: Opstart Systeem
7 Bediening Instellen Onderhoud Scherm Schermen Selecties Instelgegevens Scherminformatie ID nr. parameters [Niet resetten] Ga verder naar het scherm voor selectie [Teller resetten] Teller bedrijfsuren van de instelling ID #6 resetten in de tabel op de Niet resetten schermen Hoofdmenu. 7.5.21 Opstart systeem De procedure in dit deel vereist bedrading door de gebruiker en de programmering van de toepassing moet worden voltooid.
Pagina 250: Alarmen En Waarschuwingen
8 Alarmen en waarschuwingen 8 Alarmen en waarschuwingen 8.1 Soorten waarschuwingen en alarmen Warnings Een wordt een waarschuwing gegeven als er alarmvoorwaarde dreigt of als er een abnormale bedrijfstoestand is die ertoe kan leiden dat de frequentieomvormer een waarschuwing geeft. Een waarschuwing wordt automatisch gewist wanneer de alarmvoorwaarde verdwijnt.
Pagina 251 8 Alarmen en waarschuwingen Naast de tekst en de alarmcode op het LCP van de frequentieomvormer, zijn en drie indicatielampjes voor de status. Afbeelding 126: Indicatielampjes voor de status Tabel 67: Verklaringen van de indicatielampjes voor de status LED voor waarschuwing LED voor alarm Waarschuwing Alarm...
Pagina 252 8 Alarmen en waarschuwingen Zodra het probleem is opgelost, blijft alleen het alarm continu knipperen tot de frequentieomvormer is gereset. OPMERKING: Er is geen detectie voor ontbrekende motorfase (nummers 30–32) en geen stall-detectie actief als [1–10] Motorconstructie is ingesteld op [1] PM non salient SPM. De volgende tabel geeft aan of er een waarschuwing wordt gegeven voordat een alarm wordt gegeven en of het alarm de eenheid tript of de eenheid tript en vergrendelt.
Pagina 253: Waarschuwing Alarm/Trip
8 Alarmen en waarschuwingen Nummer Omschrijving Waarschuwing Alarm/Trip Alarm/Trip Lock Parameterreferentie Vermogenslimiet [2–13] Bewaking remweerstand van het remvermogen Korsluiting remchopper Remcontrole [2–15] Remcontrole Koelelement temp. Motorfase U [4–58] Ontbrekende ontbreekt motorfasefunctie Motorfase V [4–58] Ontbrekende ontbreekt motorfasefunctie Motorfase W [4–58] Ontbrekende ontbreekt motorfasefunctie Inrush-fout...
Pagina 254 8 Alarmen en waarschuwingen Nummer Omschrijving Waarschuwing Alarm/Trip Alarm/Trip Lock Parameterreferentie AMA onderbroken door gebruiker AMA time-out AMA interne fout Stroomgrens Pompbeveiliging (Noord-Amerika)/ Externe Interlock (Internationaal) Feedbackfout [4–30] Functie verlies motorfeedback Uitgangsfrequentie op maximale limiet Mechanische rem [2–20] Stroom laag vrijgeven rem Spanningslimiet Overtemperatuur...
Pagina 255 8 Alarmen en waarschuwingen Nummer Omschrijving Waarschuwing Alarm/Trip Alarm/Trip Lock Parameterreferentie Illegale optiecombinatie Geen veiligheidsoptie Dang storing PB Dang storing DI Optiedetectie Doorslippen mechanische rem Feebackmonitor [17–61] Bewaking feedbacksignaal Instellingen analoge 5202 ingang 54 fout Geen debiet [22–2]* Geen-debiet detectie Geen water/verlies [22–2]* Geen-debiet van aanzuig (Noord-...
Pagina 256 8 Alarmen en waarschuwingen Nummer Omschrijving Waarschuwing Alarm/Trip Alarm/Trip Lock Parameterreferentie Reset door CPU Door gebruiker gestopt Geen SDO-kanalen meer HW eindlimiet Te veer storing Geen ext. 24 V GOSUB > limiet Terugkeren @ limiet D.uit overbelast LINK mislukt Illegaal dubbel argument Interne Intr.
Pagina 257 8 Alarmen en waarschuwingen frequentieomvormer of verbonden onderdelen kan beschadigen. Een trip lock toestand kan alleen worden gereset door het uit- en opnieuw inschakelen van de voeding. Tabel 69: LED-indicatie Waarschuwing Geel Alarm Knipperend rood Trip locked >ROOD/GEEL< conform De volgende tabel bepaalt de alarmwoorden, waarschuwingswoorden en de uitgebreide statuswoorden die uitgelezen kunnen worden via seriële but of optionele veldbus voor diagnostiek of via 16–94 Ext.
Pagina 258 8 Alarmen en waarschuwingen Alarmwoord Alarmwoord Waarschuwi Waarschuwi Uitgebreide Uitgebreide ngswoord ngswoord 2 statuswoord statuswoord Alarmwoord uitgebreide statuswoord 00000040 Koppellimiet gereserveer Koppellimiet gereserveer Feedback Starten (12) (W12) Laag voorkomen feedback < 4–56 00000080 Motor Th gereserveer Motor Th gereserveer Uitgangsstro Regeling Over (A11) Over (W11)
Pagina 259 8 Alarmen en waarschuwingen Alarmwoord Alarmwoord Waarschuwi Waarschuwi Uitgebreide Uitgebreide ngswoord ngswoord 2 statuswoord statuswoord Alarmwoord uitgebreide statuswoord 00040000 262144 Overbelastin Fout Overbelastin Waarschuwi Wachtwoord Starten g rem (A26) ventilatoren g rem (W26) beveiliging ventilatoren 0–61 = ALL_NO_AC CESS OR BUS_NO_A CCESS OR BUS_READ...
Pagina 260: Sensorfout (X) (X)
8 Alarmen en waarschuwingen Alarmwoord Alarmwoord Waarschuwi Waarschuwi Uitgebreide Uitgebreide ngswoord ngswoord 2 statuswoord statuswoord Alarmwoord uitgebreide statuswoord 40000000 1073741824 Veilige stop Veilige stop Ongebruikt [A68] thermistor (W68) thermistor of (A74) (W74) 80000000 2147483648 Mech. rem Gevaarlijke Uitgebreide Beveiligings laag (A63) fout (A72) statuswoord modus...
Pagina 261: Alarmen En Waarschuwingen
8 Alarmen en waarschuwingen Alarmwoord Waarschuwingswoo Statuswoord toepassing rd toepassing toepassing (Parameter 19-02) (Parameter 19-02) (Parameter 19-04) 01000000 16777216 Niet gedef. Gereserveerd Bedrijfsmodus:0 02000000 33554432 Niet gedef. Gereserveerd Bedrijfsmodus:1 04000000 67108864 Niet gedef. Gereserveerd Bedrijfsmodus:2 08000000 134217728 Niet gedef. Gereserveerd Bedrijfsmodus:3 10000000 268435456...
Pagina 262: Dc Overspanning
8 Alarmen en waarschuwingen Waarshuwing/alarm Omschrijving Oorzaak Oplossing 5 — DC link spanning hoog De spanning van de De limiet hangt af van de tussenkring (DC) is hoger dan spanningsklasse van de de limiet voor waarschuwing frequentieomvormer. De voor hoge spanning. frequentieomvormer is nog altijd actief.
Pagina 263: Omvormer
8 Alarmen en waarschuwingen Waarshuwing/alarm Omschrijving Oorzaak Oplossing 11 — Motorthermistor over De thermistor zou kunnen Controleer op oververhitting temp. worden losgekoppeld. van de motor. Selecteer of de Controleer of de motor frequentieomvormer een mechanisch overbelast is. waarschuwing of een alarm Controleer bij het gebruiken geeft in [1–90] Thermische van klem 54, dat de thermistor...
Pagina 264: Aardingsfout
15 — Hardware mismatch Een uitgeruste optie werkt niet Noteer de waarde van de met het huidige regelbord, volgende parameters en neem hardware of software. contact op met uw Xylem- leverancier: • [15–40] FC Type • [15–41] Voedingsgedeelte • [15–42] Voltage (energiemeting) •...
Pagina 265: Vermogenslimiet (X) (X)
8 Alarmen en waarschuwingen Waarshuwing/alarm Omschrijving Oorzaak Oplossing 24 — Externe ventilatorfout De functie voor de Controleer de goede werking waarschuwing voor de van de ventilator. ventilator controleert of de Zet de voeding naar de ventilator draait. De frequentieomvormer uit en waarschuwing voor de opnieuw aan en controleer dat ventilator kan worden...
Pagina 266: Inrush-Fout
Controleer dat de optie goed geïnstalleerd is. Controleer op lossen of ontbrekende bedrading. Het kan nodig zijn om contact op te nemen met uw Xylem- leverancier of de onderhoudsafdeling. Noteer het codenummer voor verdere richtlijnen bij het oplossen van problemen.
Pagina 267: Aardingsfout
50 — AMA kalibratie mislukt Neem contact op met uw Xylem-verdeler of de onderhoudsafdeling van Xylem. 51 — AMA controle Unom and De instellingen voor Controleer de instellingen in Inom motorspanning, motorstroom [1–20] tot [1–25].
Pagina 268: Ama Motor Te Klein
Probeer de AMA opnieuw te starten. Herhaaldelijk starten kan de motor oververhitten. 58 — AMA interne fout Neem contact op met uw Xylem-verdeler. 59 — Stroomlimiet De stroom is hoger dan de Verzeker dat de waarde in [4–18] Stroomgrens. motorgegevens in [1–20] tot [1–25] juist zijn ingesteld.
Pagina 269 8 Alarmen en waarschuwingen Waarshuwing/alarm Omschrijving Oorzaak Oplossing 68 — Veilig stoppen Verlies van het 24 VDC- Zet om de normale werking te geactiveerd signaal op klem 37 heeft de hervatten 24 VDC op klem 37 frequentieregelaar geactiveerd. en reset de frequentieregelaar. 69 —...
Pagina 270 8 Alarmen en waarschuwingen Waarshuwing/alarm Omschrijving Oorzaak Oplossing 201 — Brandmodus was actief Dit geeft aan dat de Zet de voeding uit en opnieuw frequentieregelaar is aan om de waarschuwing te overgeschakeld naar de verwijderen. Bekijk de brandmodus. gegevens van de brandmodus in het alarmlog op de regelaar.
Pagina 271 8 Alarmen en waarschuwingen Waarschuwing/alarm Omschrijving Oorzaak Oplossing A505_ALL_ZONE_FAIL Alle toegewezen Het systeem zal reageren op Controleer de aansluitingen op feedbackomvormers zijn defect de actie die werd toegewezen alle analoge ingangsklemmen. of losgekoppeld van het in de [19-40] Functie Fout alle Controleer kaartklemmen 53 systeem.
Pagina 272 8 Alarmen en waarschuwingen Tabel 74: Gebeurtenis toepassing Gebeurtenis Omschrijving 506_AUTO_SLEEP Feedbackwaarde is hoger dan de [19-89] Controle-instelpunt - [19-25] Geen debiet Verschil herstarten waarde en [19-24] Geen debiet Afsluiten is ingeschakeld. Aquavar Intelligent Pump Controller 1.1 - 90 kW INSTRUCTIEHANDLEIDING...
Pagina 273: Lokaliseren Van Storingen
9 Lokaliseren van storingen 9 Lokaliseren van storingen 9.1 Opstarten en problemen bij de werking oplossen Tabel 75: Verhelpen van storingen Symptoom Mogelijke oorzaak Test Oplossing Ontbrekende of onderbroken Zie de tabel met inspecties Controleer de zekeringen of voor opstart in deze ingangsvoedingsbron stroomonderbreker handleiding.
Pagina 274 9 Lokaliseren van storingen Symptoom Mogelijke oorzaak Test Oplossing Foute referentiesignaalbron Controleer de Programmeer de juiste instellingen Controleer 3–13 referentiesignalen: Lokaal, Referentiesite . Stel de vooraf extern of busreferentie? Preset referentie actief? ingestelde referentie in op actief in parametergroep 3–1* Klemaansluiting juist? Schaling van klemmen juist? Referenties .
Pagina 275 9 Lokaliseren van storingen Symptoom Mogelijke oorzaak Test Oplossing Motor overbelast Motor is overbelast voor de Voer een opstarttest uit en toepassing controleer of de motorstroom binnen specificatie is. Als de motorstroom de stroom bij volle belasting die op het typeplaatje wordt weergegeven, kan de motor alleen werken met...
Pagina 276: Technische Specificatie
10 Technische specificatie 10 Technische specificatie 10.1 Aan vermogen verbonden specificaties Tabel 76: Netvoeding 1 x 200–240 V AC — Normaal overbelast 110% gedurende 1 minuut, P1K1-P22K Type-toewijzing P1K1 P1K5 P2K2 P3K7 P5K5 P7K5 P15K P22K Typische asuitgang [kW] Typische asuitgang bij 240 V [pk] IP20/Chassis —...
Pagina 277 10 Technische specificatie Type-toewijzing P1K1 P1K5 P2K2 P3K0 P3K7 Continu (3 x 200–240 V) [A] 11,3 15,0 Onderbroken (3 x 200–240 V) [A] 10,5 12,4 16,5 Bijkomende specificaties Geschat vermogensverlies bij nominale maximum belasting IP20/Chassis, IP21/Type 1 maximum kabeldoorsnede 4, 4, 4 (12, 12, 12) (netspanning, motor, rem en belasting delen) [mm (AWG) (Minimum 0.2 (24))
Pagina 278 10 Technische specificatie Type-toewijzing P22K P30K P37K P45K IP66/Type 4X Uitgangsstroom Continu (3 x 200–240 V) [A] 88,0 Onderbroken (3 x 200–240 V) [A] 96.8 Continu KVA (208 V AC) [kVA] 31,7 41,4 51,5 61,2 Maximum ingangsstroom Continu (3 x 200–240 V) [A] 80,0 104.0 130,0...
Pagina 279 10 Technische specificatie Tabel 81: Netspanning 3 x 380–480 V AC — Normaal overbelast 110% gedurende 1 minuut, P11K-P30K Type-toewijzing P11K P15K P18K P22K P30K Typical shaft output [kW] 18,5 Typische asuitgang [pk] bij 460 V IP20/chassis IP21/Type 1 IP55/Type 3R/12 IP66/Type 4X Uitgangsstroom Continu (3 x 380–439 V) [A]...
Pagina 280 10 Technische specificatie Type-toewijzing P37K P45K P55K P75K P90K Continu kVA (400 V AC) [kVA] 50.6 62.4 73,4 Continu kVA (460 V AC) [kVA] 51,8 63,.7 83,7 Maximum ingangsstroom Continu (3 x 380–439 V) [A] Onderbroken (3 x 380–439 V) [A] 72,6 90,2 Continu (3 x 440–480 V) [A]...
Pagina 281 10 Technische specificatie Type-toewijzing P1K1 P1K5 P2K2 P3K0 P3K7 P4K0 P5K5 P7K5 Netspanning losgekoppeld schakelaar inbegrepen [mm (AWG) 4 (12) Efficiëtie 0,97 0,97 0,97 0,97 — 0,97 0,97 0,97 Tabel 84: Netspanning 3 x 525–600 V AC - Normaal overbelast 110% gedurende 1 minuut, P11K-P90K Type-toewijzing P11K P15K P18K P22K P30K P37K P45K P55K P75K P90K Typische asuitgang [kW]...
Pagina 282 10 Technische specificatie Type-toewijzing P1K1 P1K5 P2K2 P3K0 P4K0 P5K5 P7K5 Typische asuitgang [pk] Behuizing IP20 (alleen) Uitgangsstroom Continu (3 x 525–550 V) [A] Onderbroken (3 x 525–550 V) [A] 14,4 17,6 Continu kVA (3x551–690 V) [kVA] Onderbroken kVA (3x551–690 V) [kVA] Continu kVA (525 V AC) [kVA] Onderbroken kVA (690 V AC) [kVA] Maximum ingangsstroom...
Pagina 283 10 Technische specificatie Type-toewijzing P11K P15K P18K P22K P30K Geschat vermogensverlies bij nominale maximum belasting [W] Maximum kabeldoorsnede (netspanning, motor, belasting delen en 35, 25, 25 (2, 4, 4) rem) [mm (AWG)] Maximum kabeldoorsnede netspanning losgekoppeld [mm 16, 10, 10 (6, 8, 8) (AWG) Efficiëntie 0,98...
Pagina 284 10 Technische specificatie Type-toewijzing N110 N132 N160 N200 N250 N315 Behuizing IP20 Uitgangsstroom Continu bij 400 V) [A] Onderbroken (60 sec overbelast) (bij 400 V) [A] Continu (bij 460/480 V) [A] Onderbroken (60 sec overbelast) (bij 460/480 V) [A] Continu KVA (bij 400 V) [KVA] Continu KVA (bij 460 V) [KVA] Maximum ingangsstroom Continu (bij 400 V) [A]...
Pagina 285: Algemene Technische Gegevens
10 Technische specificatie Type-toewijzing N110 N132 N160 N200 N250 N315 N400 Continu (bij 550 V) [A] Continu (bij 575 V) [A] Continu (bij 690 V) [A] Maximum kabeldoorsnede, netspanning motor, rem en 2 x 95 2 x 185 belasting delen [mm (AWG (2 x 3/0) 2 x 350 mcm)
Pagina 286 10 Technische specificatie Voeding 380–480 V/525–600 V ±10% Voedingsspanning 525–690 V ±10% Uitval netspanning: Tijdens een lage spanning of een uitval van de netspanning, blijft da aandrijving werken tot de spanning van de hulpkring zakt tot onder het minimum stopniveau, wat gewoonlijk overeenstemt met 15% onder de laagste nominale voedingsspanning van de frequentieomvormer.
Pagina 287 10 Technische specificatie Maximum kabeldoorsnede naar regelklemmen, 0,0023 in (1,5 mm )/16 AWG (2x0,75 mm flexibele/stijve draad zonder sleuven op kabeleinden Maximum kabeldoorsnede naar regelklemmen, 0,0016 in (1 mm )/18 AWG flexibele/stijve draad met sleuven op kabeleinden Maximum kabeldoorsnede naar regelklemmen, ,0008 in (0,5 mm )/20 AWG...
Pagina 288 10 Technische specificatie 1. +24 V 2. 18 3. 37 4. Functionele isolatie 5. RS485 6. Besturing 7. PELV-isolatie 8. Hoge spanning 9. Arbeidsfactor 10. Motor 11. DC-Bus Afbeelding 127: PELV-isolatie Puls Programmeerbare puls Puls klemnummer , 33 / 33 Maximum frequentie op klem 29, 33 110 kHZ (push-pull aangestuurd) Maximum frequentie op klem 29, 33...
Pagina 289: Relaisuitgangen
10 Technische specificatie De RS-485 seriële communicatiekring is functioneel gescheiden van andere centrale kringen en galvanisch gescheiden van de voedingsspanning (PELV). Digitale uitgang Programmeerbare digitale/pulsuitgangen Klemnummer 27, 29 Spanningsniveau op digitale/frequentie-uitgang 0–24 V Maximum uitgangsstroom (element of bron) 40 mA Maximum belasting bij frequentie-uitgang 1 kΩ...
Pagina 290 10 Technische specificatie Maximum klembelasting (DC-1) op 46 (NC) 50 V DC, 2 A (weerstandsbelasting) Maximum klembelasting (DC-13) op 46 (NC) 24 V DC, 0,1 A (inductieve belasting) Maximum klembelasting op 13 (NC), 12 (NO), 46 24 V DC 10 mA, 24 V AC 20 mA (NC), 45 (NO) Omgeving overeenkomstig EN 60664–1 overspanningscategorie III/vervuilingsgraad 2...
Pagina 291: Zekeringen En Stroomonderbrekers
10 Technische specificatie EMC-normen, emissie EN 61800–3, EN 61000–6–3/4, EN 55011 EMC-normen, immuniteit EN 61800–3, EN 61000–6–1/2, EN 61000–4–2, EN 61000–4–3, EN 61000–4–4, EN 61000–4–5, EN 61000–4–6 Alleen voor ≤ 3,7 kW (200-240 en tot 400-480 V), ≤ 7,5 kW (200-240 en tot 400-480 V) Als behuizingskit voor ≤...
Pagina 292: Nec (Nfpa 70) Naleving
10 Technische specificatie • Zekeringen van het type gG • Stroomonderbrekers van de Eaton-types. Zorg er bij andere typen stroomonderbrekers voor dat de hoeveelheid energie die naar de instelbare frequentieregelaar gaat, gelijk is aan of lager is dan de hoeveelheid die door de Eaton-types wordt geleverd. Het gebruik van aanbevolen zekeringen en stroomonderbrekers zorgt ervoor dat mogelijke schade aan de frequentieregelaar beperkt blijft tot beschadigingen in het apparaat.
Pagina 293: Ce Conformiteit
10 Technische specificatie Vermogen (pk [kW]) Maximale ingangsstroom, continu grootte NEC-zekering (bij 3x441-480 V AC) 5 [4] 7,5 [5,5] 10 [7,5] 15 [11] 20 [15] 24 [18] 30 [22] 40 [30] 50 [37] 60 [45] 75 [55] 100 [75] 125 [90] Tabel 93: Lijnvoeding 3x200–240 V AC - Driefase Vermogen (pk [kW]) Maximale ingangsstroom, continu...
Pagina 294 10 Technische specificatie Type behuizing Vermogen (pk [kW]) Aanbevolen grootte Aanbevolen max. Aanbevolen Max. zekering grootte zekering stroomonderbreker uitschakelniveau [A] (Eaton) 7,5-15 [5,5-11] gG-25 (7,5-10 gG-63 PKZM4-50 [5,5-7,5]) gG-32 (15 [11]) 20-24 [15-18] gG-50 (20 [15]) gG-125 NZMB1-A100 gG-63 (25 [18]) 30-40 [22-30] gG-80 (30 [22]) gG-150 (30 [22])
Pagina 295 10 Technische specificatie Type behuizing Vermogen (pk [kW]) Aanbevolen grootte Aanbevolen max. Aanbevolen Max. zekering grootte zekering stroomonderbreker uitschakelniveau [A] (Eaton) 1,5-10 [1,1-7,5] gG-10 (1,5-4 gG-32 PKZM0-25 [1,1-3]) gG-16 (5-10 [4-7,5]) 15-25 [11-18,5] gG-40 gG-80 PKZM4-63 30-40 [22-30] gG-50 (30 [22]) gG-100 NZMB1-A100 gG-63 (40 [30])
Pagina 296: Ul Naleving
10 Technische specificatie Tabel 97: 525-690 V, Behuizingstypes A, B en C Type behuizing Vermogen (pk [kW]) Aanbevolen grootte Aanbevolen max. Aanbevolen Max. zekering grootte zekering stroomonderbreker uitschakelniveau [A] (Eaton) 1,5 [1,1] gG-6 gG-25 PKZM0-16 2 [1,5] gG-6 gG-25 3 [2.2] gG-6 gG-25 4 [3]...
Pagina 297 10 Technische specificatie Tabel 99: 3 x 200–240 V, Behuizingstypes A, B en C Aanbevolen maximum zekering Vermogen (pk Bussmann Bussmann Bussmann Bussmann Bussmann Bussmann [kW]) Type RK1 Type J Type T Type CC Type CC Type CC 1,5 [1,1] KTN-R-10 JKS-10 JJN-10...
Pagina 298 10 Technische specificatie 3. A6KR-zekeringen van FERRAZ SHAWMUT kunnen A2KR voor 240 V instelbare frequentieomvormers vervangen. 4. A50X-zekeringen van FERRAZ SHAWMUT kunnen A25X voor 240 V instelbare frequentieomvormers vervangen. Tabel 101: 3 x 380–480 V, Behuizingstypes A, B en C Aanbevolen maximum zekering Vermogen (pk Bussmann...
Pagina 299 10 Technische specificatie Aanbevolen maximum zekering Vermogen SIBA Littelfuse Ferraz- Ferraz- Bussmann Ferraz- Ferraz- Littelfuse (pk [kW]) Shawmut Shawmut Shawmut Shawmut Type RK1 Type RK1 JFHR2 JFHR2 Type CC Type RK1 JFHR2 60 [45] 2028220– KLS-R-125 — A6K-125–R FWH-125 HSJ-125 —...
Pagina 300 10 Technische specificatie Tabel 104: 3 x 525-690 V, Behuizingstypes A, B en C Aanbevolen maximum zekering Vermogen (pk Bussmann Bussmann Bussmann Bussmann Bussmann Bussmann [kW]) Type RK1 Type J Type T Type CC Type CC Type CC 1,5 [1,1] KTS-R-5 JKS-5 JJS-6...
Pagina 301 10 Technische specificatie UL naleving Onderstaande zekeringen zijn geschikt voor gebruik op een stroomkring die 100.000 Ams (symmetrisch) kan leveren, afhankelijk van de spanningsklasse van de aandrijving. Met de juiste zekering is de kortsluitstroom van de instelbare frequentieregelaar 100.000 Ams. Tabel 107: Framegrootte D, lijnzekeringen, 380–480 V Zekeringopties Bussmann...
Pagina 302 10 Technische specificatie Tabel 110: Ventilatorzekeringen Grootte/Type Bussmann PN* Littelfuse Klasse P315, 380–480 V KTK-4 4A, 600 V P450, 525–690 V KTK-4 4A, 600 V P355-P450, 380–480 V KLK-15 15A, 600 V Onderbrekers lijnspanning Grootte frame Vermogen en spanning Type D1/D3 1500–1750 380–480 V &...
Pagina 303: Aanhaalmomenten
10 Technische specificatie 10.4 Aanhaalmomenten Tabel 113: Aanhaalmomenten voor deksels in Nm (in-lbs) Frame IP20 Open IP21/Type 1 IP55/Type 3R/12 IP66/Type 4X A3/A4/A5 — — 2 (18) 2 (18) B1/B2 — 2,2 (19) 2,2 (19) C1/C2/C3/C4 — 2,2 (19) 2,2 (19) * Geen schroeven om vast te zetten —...
Pagina 304: Tabellen Met Kabeldoorsnedes
10 Technische specificatie Tabel 116: Klassen voor aanhaalmomenten van bevestigingen Locatie Boutgrootte Aanhaalmoment Nm (in-ln) Spanningsklemmen M10/M12 19 (168)/37 (335) Motorklemmen M10/M12 19 (168)/37 (335) Aardingsklemmen M8/M10 9,6 (84)/19,1 (169) Remklemmen 9,6 (84) Klemmen gedeelde belasting M10/M12 19 (168)/37 (335) Relaisklemmen 0,5 (4) Deksel deur/paneel...
Pagina 305: Parameterlijst
10 Technische specificatie 10.6 Parameterlijst Aquavar Intelligent Pump Controller 1.1 - 90 kW INSTRUCTIEHANDLEIDING...
Pagina 306 10 Technische specificatie Aquavar Intelligent Pump Controller 1.1 - 90 kW INSTRUCTIEHANDLEIDING...
Pagina 307 10 Technische specificatie Aquavar Intelligent Pump Controller 1.1 - 90 kW INSTRUCTIEHANDLEIDING...
Pagina 308 10 Technische specificatie Aquavar Intelligent Pump Controller 1.1 - 90 kW INSTRUCTIEHANDLEIDING...
Pagina 309 10 Technische specificatie Aquavar Intelligent Pump Controller 1.1 - 90 kW INSTRUCTIEHANDLEIDING...
Pagina 310: Productgarantie
11 Productgarantie 11 Productgarantie Voor Bell & Gossett en CentriPro Commerciële garantie Garantie. Voor goederen die worden verkocht aan commerciële kopers, garandeert de verkoper de aan de goederen verkochte goederen hieronder (uitgezonderd membranen, dichtingen, pakkingen, elastomeren, coatings en andere "slijtageonderdelen" of verbruiksgoederen die niet door de garantie worden uitgesloten, tenzij anders vermeld in de verkoopofferteformulier) zullen (i) worden gemaakt overeenkomstig de specificaties in de offerte of het verkoopcontract, als zulke specificaties uitdrukkelijk deel uitmaken van deze...
Pagina 311 11 Productgarantie WORDEN TOT HET BEDRAG DAT DOOR DE KOPER WERD BETAAL VOOR HET DEFECTE PRODUCT. DE VERKOPER ZAL IN GEEN GEVAL AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR ALLE ANDERE VORMEN VAN SCHADE, DIRECT OF INDIRECT, GELIQUIDEERDE, ACCIDENTELE, PUNITIEVE, VOORBEELDIGE OF SPECIALE SCHADE, MET INBEGRIP VAN, MAAR NIET BEPERKT TOT HET VERLIES VAN WINST, VERLIES VAN VERWACHTE BESPARINGEN OF OMZET, VERLIES VAN INKOMSTEN, VERLIES VAN HANDEL, VERLIES VAN PROCUTIE OF DE MOGELIJKHEID OP VERLIES VAN REPUTATIE.
Pagina 312 11 Productgarantie VAN DE VERKOPER VOOR EEN INBREUK OP DE VOORGAANDE GARANTIES, BEPERKT TOT HET REPAREREN OF VERVANGEN VAN HET PRODUCT EN ZAL HET IN ALLE GEVALLEN BEPERKT WORDEN TOT HET BEDRAG DAT DOOR DE KOPER WERD BETAAL VOOR HET DEFECTE PRODUCT. DE VERKOPER ZAL IN GEEN GEVAL AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR ALLE ANDERE VORMEN VAN SCHADE, DIRECT OF INDIRECT, GELIQUIDEERDE, ACCIDENTELE, PUNITIEVE, VOORBEELDIGE OF SPECIALE SCHADE, MET INBEGRIP VAN, MAAR NIET BEPERKT TOT HET VERLIES...
Pagina 316 Xylem biedt ook een toonaangevend portfolio van slimme meters, netwerktechnologieën en geavanceerde analyses voor water-, gas- en elektriciteitsbedrijven.