5.5 De zuig- en persleidingen aansluiten
Waarschuwing
Zorg dat er geen spanning op de leidingen staat!
Gebruik uitsluitend de voorgeschreven leidingtypen!
Afhankelijk van het materiaal van de aansluitflenzen
(contraflenzen):
•
Leiding en flens vervaardigd uit roestvast staal: Las de leiding
op de kraagflens.
•
Leiding en flens vervaardigd uit PP: Las de leiding op de
flenskraag.
•
Leiding en flens vervaardigd uit PVC: Bevestig de leiding op de
flenskraag.
•
De inwendige diameter van de leidingen, adapters en
connectors mag niet kleiner zijn dan DN 65. Gebruik indien
nodig ruime bochten in plaats van kniestukken.
•
De zuigleidingen moeten dusdanig worden ontworpen dat
cavitatie wordt voorkomen.
Er moeten pulsatiedempers worden gemonteerd op zowel
Voorzichtig
de zuig- als de perszijde.
Een positief drukverschil van 10 mWK is nodig voor een
juiste werking van de doseerpomp. Wanneer de totale te-
gendruk en het statische verschil in hoogte tussen het
N.B.
zuigventiel en het doseerpunt minder is dan 10 mWK, dan
moet een veerbelaste klep worden geïnstalleerd, direct
voor het doseerpunt.
•
Sluit de zuigleiding aan op de zuigklep (A).
- Installeer de zuigleiding in de tank zodat de voetklep ca. 5 tot
10 mm boven de bodem van de tank, of het eventuele
sedimentatieniveau blijft.
•
Sluit de persleiding aan op de persklep (B).
Installeer om de doseerpomp te beschermen tegen een
overmatige drukopbouw een veiligheidsventiel in de pers-
leiding.
Voorzichtig
Zorg er voor dat de ventielen goed zijn gepositioneerd -
positie van ventielschijf (C)!
Aansluiten van de zuig- en persleidingen
Pos.
Componenten
A
Zuigventiel
B
Persventiel
C
Ventielschijf
6. Elektrische aansluitingen
Zorg er voor dat de pomp geschikt is voor de elektrische voeding
waarop deze gebruikt gaat worden.
Waarschuwing
Elektrische aansluitingen mogen uitsluitend worden ge-
maakt door gekwalificeerd personeel!
Schakel de voeding uit voordat u de voedingskabel en de
relaiscontacten aansluit!
Houd de lokale veiligheidsvoorschriften aan!
Waarschuwing
Het pomphuis mag uitsluitend worden geopend door per-
soneel dat is geautoriseerd door Grundfos!
Waarschuwing
Bescherm de kabelaansluitingen en connectoren tegen
corrosie en vochtigheid.
Verwijder alleen de beschermkappen van de aansluitingen
die worden gebruikt.
De voedingsspanning moet galvanisch gescheiden zijn
Voorzichtig
van de signaalingangen en -uitgangen.
De pomp wordt uitgeschakeld door het uitschakelen van
de voedingsspanning.
N.B.
Schakel de voeding niet in totdat de pomp gestart gaat
worden.
6.1 Aansluiten van de motor
•
Sluit de motor aan overeenkomstig het aansluitschema in de
klemmenkast.
Let op de draairichting!
De klant moet zorgdragen voor een motorbeveiliging, in-
gesteld op de nominale motorstroom.
Wanneer de pomp wordt gebruikt met een frequentie-om-
Voorzichtig
vormer, moeten de jumpers in de klemmenkast worden in-
gesteld overeenkomstigde spanning van de omvormer.
De jumpers voor drie-fase motoren zijn af fabriek inge-
steld op ster aansluiting.
145