4.
Gebruik de kantelsteunhendel om de
motor in de opwaartse stand te vergren-
delen. Activeer de neerkantelschakelaar
eventjes om ervoor te zorgen dat de mo-
tor wordt ondersteund door de kantel-
steunhendel.
1
1. Kantelsteunhendel
5.
Controleer of de kantelstang en de trim-
stangen geen sporen van roest of ande-
re gebreken vertonen.
6.
Activeer de neerkantelschakelaar tot de
trimstangen zich helemaal hebben te-
ruggetrokken in de cilinders.
7.
Bedien de omhoogtrimschakelaar tot de
kantelstang volledig uitgeschoven is.
Ontgrendel de kantelsteunhendel.
8.
Kantel de buitenboordmotor naar bene-
den. Ga na of de kantelstang en de trim-
stangen soepel werken.
NOTA:
Raadpleeg uw Yamaha-dealer als er iets ab-
normaal verloopt.
DMU29172
Propeller controleren
DWM00322
WAARSCHUWING
U kan ernstig gewond raken wanneer de
motor per ongeluk start terwijl u zich in
de buurt van de propeller bevindt.
Verwijder de ontstekingsspoelen van
G
de bougies alvorens de propeller te
controleren, te verwijderen of te instal-
leren. Zet bovendien de schakelinrich-
ting in neutraal, zet de hoofdschakelaar
ZMU05869
op "
verwijder de clip van de motorstop-
schakelaar. Schakel de accuschakelaar
uit als uw boot daarmee uitgerust is.
Houd de propeller niet met uw hand
G
vast wanneer u de propellermoer los- of
vastdraait. Plaats een houten blok tus-
sen de anti-cavitatieplaat en de propel-
ler om te beletten dat de propeller kan
draaien.
ZMU05855
Onderhoud
" (off), verwijder de sleutel en
66