Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Verberg thumbnails Zie ook voor 100 HVAC:
Inhoudsopgave

Advertenties

VACON · 156
PARAMETERBESCHRIJVINGEN
P3.6.3 SELECTIE VELDBUSDATA UITGANG 3 (ID 854)
Met deze parameter kunt u met behulp van de ID van een parameter of controlewaarde
instellen welke gegevens naar de veldbus worden verzonden.
De gegevens worden volgens de notatie op het bedieningspaneel omgezet naar 16bits-
notatie zonder teken. Bijvoorbeeld: de waarde 25,5 op het display is gelijk aan 255.
P3.6.4 SELECTIE VELDBUSDATA UITGANG 4 (ID 855)
Met deze parameter kunt u met behulp van de ID van een parameter of controlewaarde
instellen welke gegevens naar de veldbus worden verzonden.
De gegevens worden volgens de notatie op het bedieningspaneel omgezet naar 16bits-
notatie zonder teken. Bijvoorbeeld: de waarde 25,5 op het display is gelijk aan 255.
P3.6.5 SELECTIE VELDBUSDATA UITGANG 5 (ID 856)
Met deze parameter kunt u met behulp van de ID van een parameter of controlewaarde
instellen welke gegevens naar de veldbus worden verzonden.
De gegevens worden volgens de notatie op het bedieningspaneel omgezet naar 16bits-
notatie zonder teken. Bijvoorbeeld: de waarde 25,5 op het display is gelijk aan 255.
P3.6.6 SELECTIE VELDBUSDATA UITGANG 6 (ID 857)
Met deze parameter kunt u met behulp van de ID van een parameter of controlewaarde
instellen welke gegevens naar de veldbus worden verzonden.
De gegevens worden volgens de notatie op het bedieningspaneel omgezet naar 16bits-
notatie zonder teken. Bijvoorbeeld: de waarde 25,5 op het display is gelijk aan 255.
P3.6.7 SELECTIE VELDBUSDATA UITGANG 7 (ID 858)
Met deze parameter kunt u met behulp van de ID van een parameter of controlewaarde
instellen welke gegevens naar de veldbus worden verzonden.
De gegevens worden volgens de notatie op het bedieningspaneel omgezet naar 16bits-
notatie zonder teken. Bijvoorbeeld: de waarde 25,5 op het display is gelijk aan 255.
P3.6.8 SELECTIE VELDBUSDATA UITGANG 8 (ID 859)
Met deze parameter kunt u met behulp van de ID van een parameter of controlewaarde
instellen welke gegevens naar de veldbus worden verzonden.
De gegevens worden volgens de notatie op het bedieningspaneel omgezet naar 16bits-
notatie zonder teken. Bijvoorbeeld: de waarde 25,5 op het display is gelijk aan 255.
10.7

VERBODEN FREQUENTIES

In sommige processen kan het nodig zijn om specifieke frequenties te vermijden omdat ze
problemen met mechanische resonantie kunnen opleveren. Met de functie Verboden
frequenties kunt u voorkomen dat deze frequenties worden gebruikt. Wanneer de
ingangsfrequentiereferentie wordt verhoogd, wordt de interne frequentiereferentie op de
ondergrens gehouden totdat de ingangsreferentie de bovengrens overstijgt.
10
LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave