1
Gebruik de vierwegbesturing (23) om [Formatteren] te
selecteren in het menu [W Instelling 4] en druk
vervolgens op de vierwegbesturing (5).
Het scherm [Formatteren] verschijnt.
2
Selecteer [Formatteren] met de
vierwegbesturing (23).
3
Druk op de knop 4.
Het formatteren begint.
Als het formatteren is voltooid, keert de camera terug naar de
opnamestand.
De geluidsinstellingen wijzigen
U kunt het volume van bedienings- en weergavegeluiden aanpassen en
het type geluid wijzigen.
1
Gebruik de vierwegbesturing (23)
om [Geluid] te selecteren in het
menu [W Instelling 1] en druk
vervolgens op de
vierwegbesturing (5).
Het scherm [Geluid] verschijnt.
De achtereenvolgende stappen variëren al naar gelang van uw selectie.
Het volume van bedieningsgeluiden/weergave wijzigen
2
Selecteer [Bedieningsvolume] met de
vierwegbesturing (23).
3
Pas het volume aan met de vierwegbesturing (45).
Stel het volume in op f om het opstartgeluid, sluitergeluid,
bedieningsgeluid en zelfontspannergeluid uit te zetten.
Formatteren
Formatteren
Alle gegevens
Alle gegevens
worden gewist
worden gewist
Formatteren
Formatteren
Onderbreken
Onderbreken
Geluid
Geluid
Bedieningsvolume
Bedieningsvolume
Weergavevolume
Weergavevolume
Opstartgeluid
Opstartgeluid
Uit
Uit
Sluitergeluid
Sluitergeluid
Bedieningsgeluid
Bedieningsgeluid
Zelfontsp.geluid
Zelfontsp.geluid
OK
OK
5
185