Aan
Smile
Uit
1
Gebruik de vierwegbesturing (23) om [Gezichtsdetectie]
te selecteren in het menu [A Opnemen 2] en druk
2
vervolgens op de vierwegbesturing (5).
Er verschijnt een afrolmenu.
2
Selecteer een optie met de vierwegbesturing (23).
3
Druk op de knop 4.
De instelling wordt opgeslagen.
Het pictogram Gezichtsdetectie verschijnt op het scherm.
I
J
• Gezichtsdetectie voor AF en belichting werken mogelijk niet als het
onderwerp een zonnebril op heeft, als het gezicht deels bedekt is of
als het onderwerp niet naar de camera kijkt.
• Als de camera het gezicht van het onderwerp niet detecteert, stelt de
camera scherp met de instelling die op dat moment is geselecteerd bij
[AF-veld].
• Als de [Gezichtsdetectie] is ingesteld op [Smile], wordt de sluiter
mogelijk niet automatisch ontspannen, omdat de functie Smile
Capture onder bepaalde omstandigheden niet werkt, bijvoorbeeld
wanneer het gedetecteerde gezicht te klein is. Als dat gebeurt, drukt u
op de ontspanknop om de sluiter te ontspannen.
• [Gezichtsdetectie] kan niet worden ingesteld op [Uit] in de stand b
(Autom. opname), c (Portret), B (Portret bij nacht) of R (Kinderen).
• [Gezichtsdetectie] wordt automatisch ingesteld op [Aan] in de stand 9
(Groen), b (Autom. opname), c (Portret), B (Portret bij nacht) of R
(Kinderen). Als u vanuit een van deze standen overschakelt naar een
andere stand, wordt de instelling voor Gezichtsdetectie die eerder in
die stand actief was, hersteld.
• De functie Gezichtsdetectie wordt vast ingesteld op [Aan] in de
stand e (Huisdier).
• Bij films wordt de functie Gezichtsdetectie geactiveerd voordat de
opname wordt gestart. Het kader voor gezichtsdetectie wordt niet
weergegeven tijdens het opnemen van een film.
116
De camera detecteert het gezicht van een persoon.
De camera ontspant automatisch de sluiter als uw onderwerp
glimlacht.
De camera detecteert niet het gezicht van een persoon.
Als [Gezichtsdetectie] is ingesteld op [Aan]
Als [Gezichtsdetectie] is ingesteld op [Smile]