2
1
1
voorste I/O-paneelconnector
4
connector geluidskaart
Wanneer u een geluidskaart installeert, verwijdert u de jumper aan het eind van het voorste I/O-
paneel. Verbind vervolgens het ene uiteinde van de kabel aan de geluidskaart en het andere uiteinden
van de kabel aan de aansluiting op het voorste I/O-paneel waar u de jumper van hebt verwijderd.
KENNISGEVING:
en sluit u de kabel vervolgens aan op de computer.
10 Plaats de computerbehuizing terug, sluit de computer en apparaten opnieuw op het lichtnet aan
en zet ze vervolgens aan.
11 Indien u een geluidskaart hebt geïnstalleerd:
Open system setup (zie "System Setup" op pagina 126), ga naar Onboard Devices
a
(ingebouwde apparatuur) en selecteer Integrated Audio (geïntegreerde audio) en zet
de instellingen op Off (Uit).
Sluit externe audioapparaten aan op de connectoren van de geluidskaart. Sluit geen externe
b
apparaten aan op de microfoon-, speaker/hoofdtelefoon- of line-in-connectoren op het
achterpaneel. Zie "Connectors op het achterpaneel" op pagina 16.
84
Onderdelen verwijderen en installeren
Als u een netwerkkabel wilt aansluiten, sluit u de kabel eerst aan op het netwerkapparaat
2
jumper
3
kabel geluidskaart
3
4