Symptoom
De startmotor werkt,
maar de motor start niet
De motor start moeilijk
of helemaal niet
De motor pingelt
Probleem
Onjuiste startprocedure.
Geen brandstof.
Uitlaat verstopt.
Brandstoffilter verstopt of vol water.
Injectiepomp krijgt geen brandstof of
er zit lucht in het brandstofsysteem.
Motor wordt onder belasting gestart. Koppel de aftakas los.
Onjuiste startprocedure.
Geen brandstof.
Lucht in brandstofleiding.
Koud weer.
Startmotor draait langzaam.
Carterolie te zwaar.
Onjuist type brandstof.
Water, vuil of lucht in het
brandstofsysteem.
Verstopt brandstoffilter.
Vuile of defecte
injectiemondstukken.
Probleem met het elektronisch
brandstofsysteem, als er een is.
Motoroliepeil te laag
Temperatuur koelvloeistof te laag.
Motor raakt oververhit.
Motor te koud.
35
Oplossing
Kijk na wat de juiste startprocedure
is.
Kijk na of er brandstof in de tank zit.
Controleer de uitlaat en verwijder de
verstopping.
Vervang het brandstoffilter of tap het
water af uit het filter.
Controleer de
brandstofdoorstroming bij de
toevoerpomp of ontlucht het
systeem.
Corrigeer de startprocedure.
Controleer de brandstoftank.
Ontlucht de brandstofleiding.
Gebruik starthulpmiddelen voor
koud weer.
Zie "Startmotor draait langzaam".
Gebruik olie van de juiste viscositeit.
Raadpleeg uw brandstofleverancier;
gebruik een type diesel dat geschikt
is voor de werkomstandigheden.
Leeg het systeem, spoel het, vul het
weer en ontlucht het.
Vervang het filterelement.
Laat een geautoriseerde
service−dealer of de
motorleverancier de injectors
nakijken.
Neem contact op met uw
leverancier of service−dealer.
Vul de olie in het motorcarter bij.
Verwijder en controleer de
thermostaat.
Zie "De motor raakt oververhit".
Verkeerde of defecte thermostaat.
Verwijder en controleer de
thermostaat.
7/120 (P425WIR), 9/110 (XP375WIR), 10/105 (HP375WIR), 14/85 (VHP300WIR),
7/170 (P600WIR), 10/125 (HP450WIR), 14/115 (VHP400WIR)