Bedienings-, onderhouds- en reserveonderdelenhandleiding
Idle Time (stationaire looptijd)
De stationaire looptijd begint wanneer het toerental het starttoerental overschrijdt. "Start fail"
wordt gedetecteerd wanneer in stationair bedrijf het toerental onder 2 daalt.
Min Stability Time (min. stabiliteitstijd)
Detectie van nominale generatorspanning begint nadat startmotor is uitgeschakeld,
stationaire looptijd verstrijkt, en deze tijd is verstreken.
Max Stability Time (min. stabiliteitstijd)
Indien de nominale generatorspanning niet stabiel is binnen de tijd na de uitschakeling van de
startmotor en het verstrijken van de stationaire looptijd, wordt de generator uitgeschakeld.
Stabiliteit betekent dat spanning en frequentie binnen waarschuwingslimieten liggen.
Cooling Speed (koelsnelheid)
Deze functie wordt niet gebruikt. Voorbehouden voor toekomstige toepassingen. Instelling
fabriekswaarde = NOMINAAL.
Cooling Time (koeltijd)
Looptijd van de onbelaste generator om de motor te koelen vóór een stop.
After Cool Time (nakoeltijd)
Deze functie wordt niet gebruikt. Instelling fabriekswaarde = 0.
Stop Time (stoptijd)
Wanneer de generatorstopsequentie start, kan de uitgang van de brandstofsolenoïde in deze
periode niet activeren.
44
Starttoerental
tpm
tpm=2
BO Startmotor
BO STATIONAIR
NOMINAAL
BO: STARTMOTOR
tpm
Stationaire
Min. stab.-tijd
looptijd
"Start fail"
Spanningsdetectie
Startmotor UIT
Stabiliteitstijd
Stationaire
looptijd
Bedieningsinstructies
Elektrische
beveiligingen
actief
Boek: 23184138 (1-8-2010) Herz. E